Cliënten AWBZ krijgen herindicatie voor huishoudelijke verzorging
Overgangsregime voor cliënten Awbz in 2008
Hulp bij het huishouden valt sinds 1 januari 2007 onder
verantwoordelijkheid van de gemeente. Mensen die op grond van de
Algemene wet bijzondere ziektekosten (Awbz) huishoudelijke verzorging
kregen moeten daarom opnieuw worden geindiceerd. Dat is een gevolg van
de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). In Arnhem moeten nu nog
ca 2500 Awbz-clienten opnieuw geindiceerd worden voor een
Wmo-indicatie. Naar verwachting wordt dit herindicatieproces op 1
april 2008 afgerond. Het jaar 2007 geldt voor de Wmo als
overgangsjaar, waarin de bestaande thuiszorg blijft gehandhaafd. De
nieuwe Wmo-indicatie wordt in de loop van 2008 in gang gezet.
De herindicaties worden uitgevoerd door Centrum Indicatiestelling Zorg
(CIZ) Velp. Gemeente en CIZ hebben gezamenlijk een plan van aanpak
ontwikkeld om het proces soepel te laten verlopen. Daarbij wordt
gebruik gemaakt van landelijke afspraken, bijvoorbeeld over het
gebruik van gegevens van de voormalige Awbz-indicatie. Daarvoor moet
de gemeente dan wel toestemming vragen aan de desbetreffende cliënten.
Wel of geen ondersteuning bij organiseren huishouden
In de Wmo is sprake van twee verschillende vormen van hulp bij het
huishouden, namelijk een vorm waarbij ook hulp nodig is bij het
organiseren van het huishouden (HH2) en de vorm waarbij alleen
huishoudelijke taken worden verricht (HH1). Als op basis van het
dossieronderzoek de huidige Awbz-indicatie niet kan worden voortgezet,
zal het CIZ in overleg treden met de betrokken thuiszorgaanbieder en
de cliënt, zo nodig gevolgd door een huisbezoek, om te komen tot een
zorgvuldige Wmo-indicatie.
Gewijzigde indicering
Clienten die niet langer in aanmerking komen voor hulp bij het
organiseren van de huishouding, krijgen een indicatie voor HH1. De
benodigde ondersteuning volgens de gewijzigde indicatie zal gefaseerd
in 2008 in gang worden gezet. De fasering duurt tot 1 juli 2008.
Cliënten krijgen hierdoor een overgangsperiode om aan de nieuwe
situatie te wennen. Voor sommige cliënten kan dat een andere
zorgverlener betekenen. Omdat niet alle thuiszorgaanbieders waar
Arnhem mee werkt, HH1 aanbieden betekent dat voor sommige cliënten dat
zij naar een andere thuiszorgleverancier moeten overstappen. Deze
klantgroep krijgt speciale begeleiding vanuit de gemeente.
Zorgaanbieders hebben de gemeenten gevraagd om rekening te houden met
de tijd die zij nodig hebben om hun personeelsbestand aan te passen
aan de verschuiving in de ondersteuningsvraag. Voorheen gold ongeveer
70% HH2 en 30 % HH1. Dat wordt naar verwachting een verhouding van 70%
HH1- 30% HH2.
Aanbesteding voor vaste prijzen
De gemeente heeft vorig jaar de hulp in het huishouden Europees
aanbesteed. Daarbij heeft de gemeente geprobeerd om zoveel mogelijk
thuiszorgaanbieders die cliënten in deze gemeente hebben, een contract
aan te bieden. Dat was mogelijk door niet op basis van concurrerende
prijzen, maar op basis van kwaliteitseisen te laten inschrijven. Er
zijn vaste uurprijzen gehanteerd: 15 voor HH1 en 23 voor HH2. Niet
alle thuiszorgaanbieders hebben voor beide vormen van hulp in het
huishouden ingeschreven; sommigen gaan alleen voor HH2. De
raamcontracten waren voor 2007 afgesloten, maar het college heeft
vandaag besloten om deze te verlengen voor 2008.
Gemeente Arnhem