Halsema vraagt premier mondiaal fonds tegen CO2-uitstoot
18 september 2007
Geachte premier, beste Jan Peter,
Als ik goed ben geïnformeerd dan neem je op 24 september in New York deel
aan een VN bijeenkomst over de aanpak van de klimaatverandering. Op deze
`high level meeting' moet de basis worden gelegd voor een succesvolle afloop
van de VN-klimaattop, die in december op Bali (Indonesië) is gepland. Succes
op Bali betekent dat er een agenda wordt vastgesteld voor de
onderhandelingen over een nieuw verdrag dat het huidige Kyoto verdrag
opvolgt. Zoals je weet zal dit nog de nodige weerstand oproepen.
Femke Halsema stuurde op 18 september deze brief aan Jan Peter
Balkenende, vlak voor zijn deelname aan een VN-bijeenkomst over de
aanpak van de klimaatcrisis. (Lees ook in Trouw:
GroenLinks bepleit mondiaal fonds tegen CO2-uitstoot)
Veel landen uit het zuiden, met name snel groeiende landen als China
en India, wantrouwen de bereidheid van de rijkste landen om echt
offers te brengen voor een forse reductie van de mondiale Co2
uitstoot. Dat wantrouwen is niet ongegrond. Het Westen heeft al 150
jaar, sinds de start van de industriële revolutie, een grote
verantwoordelijkheid voor de exponentieel groeiende Co2 uitstoot. Toch
is China vaak de gebeten hond in de politieke strijd rond
Co2-reductie. India is een goede tweede. Deze landen krijgen te horen
dat zij hun uitstoot moeten beperken, want anders zou een effectieve
wereldwijde klimaataanpak uitgesloten zijn. Dit verwijt is hol, zeker
als het uit de VS komt. Dat land weigert het Kyoto verdrag te
ratificeren, terwijl een gemiddelde Amerikaan zeven keer meer Co2
uitstoot dan een Chinees.
Begin deze maand zagen we helaas dat de APEC landen er niet in
geslaagd zijn om de klimaatpatstelling te doorbreken. Op de top in
Australië kwamen de 21 APEC landen niet verder dan een paar bescheiden
doelstellingen, die bovendien niet in concrete getallen zijn
uitgedrukt. Terwijl in die regio het "Great Barrier Reef" (het
grootste koraalrif ter wereld) ernstig wordt bedreigd en er
bijvoorbeeld door verdroging en vernietiging van veengronden op
Sumatra en Kalimantan de gigantische hoeveelheid van 2000 miljoen ton
Co2 wordt uitgestoten. Dit zijn geen regionale kwesties, maar mondiale
rampen. Die niet door nationale regeringen individueel opgelost kunnen
worden, maar een internationaal antwoord vergen.
De urgentie hiervan is groot. Want naast de forse ecologische én
economische schade die klimaatverandering toebrengt, is het ook
oorzaak van conflict en oorlog. Afgelopen woensdag zocht het
gezaghebbende Institute voor Strategic Studies (ISS) de wereldpers op
met haar oordeel dat klimaatverandering, naast islamitisch terrorisme
en de verspreiding van nucleaire wapens, de grootste bedreiging vormt
voor de internationale veiligheid. Ook jouw kabinet heeft er alle
belang bij dat de klimaatimpasse wordt doorbroken. In alle
bescheidenheid wil ik je daarom het volgende voorstel doen.
Het is noodzakelijk om landen die arm zijn of zich pas relatief kort
flink ontwikkeld hebben technisch én financieel bij te staan in de
aanpak van hun Co2 uitstoot. Pas als er op substantiële wijze kennis
en kapitaal wordt gedoneerd is het mogelijk deze landen een flinke
reductiedoelstelling te laten accepteren.
Concreet pleit ik voor de oprichting van een Internationaal Klimaat
Fonds (IKF). Dit fonds zou gevoed kunnen worden door een mondiale
heffing op kerosine en/of een NOx tax op de uitstoot van vliegtuigen.
Deze heffingen leveren op zich al een belangrijke bijdrage aan de
vermindering van het broeikaseffect en zullen nieuwe en duurzame
innovaties in de luchtvaart afdwingen. Daarnaast kan via het IKF de
opbrengst gebruikt worden om de transitie van fossiele naar duurzame
energie te bevorderen in ontwikkelingslanden en de opkomende markten.
Deze landen krijgen een zogenaamd `trekkingsrecht', op voorwaarde dat
zij zelf ook heffingen innen op het vliegverkeer. Het saldo voor deze
landen zal positief zijn, omdat de ontwikkelde landen worden
uitgesloten van het trekkingsrecht.
Het beheer van dit fonds kan bij de zogenaamde Klimaatraad komen te
liggen, die bestaat uit gekozen vertegenwoordigers van de landen die
verdragspartij zijn. De raad ziet toe op het uitkeren van
trekkingsrechten, maar kan bijvoorbeeld ook de bevoegdheid krijgen om
Co2-bestrijdingsmissies uit te zenden. Dan gaat het om teams van
experts, die landen dit dat wensen op (milieu) technisch én financieel
gebied bijstaan. De Klimaatraad zou op termijn - als een nieuw verdrag
het Kyoto-verdrag opvolgt - kunnen uitgroeien tot een Raad met meer
bevoegdheden; wellicht zelfs sanctiemogelijkheden als staten of grote
bedrijven stelselmatig en bewust hun verantwoordelijkheden blijven
ontlopen.
Mijn voorstel richt zich vooral op de aanpak van de Co2 uitstoot,
uiteraard weet jij ook dat er nog een andere internationale uitdaging
ligt. Veel arme landen ondervinden nu al de gevolgen van de
klimaatverandering, die in belangrijke mate veroorzaakt zijn door de
uitstoot van het Westen. Deze landen hebben veel hulp nodig bij de
aanpassing aan de gevolgen van klimaatverandering. Zij moeten
financieel gesteund worden bij het bouwen van dijken, het tegengaan
van verwoestijning, het verplaatsen van inwoners en de aanpak van
nieuwe ziektes die mens en dier bedreigen. Ook hier zijn harde
toezeggingen noodzakelijk. Dat kan niet allemaal via het Klimaatfonds
lopen, maar dient prioriteit te krijgen binnen bestaande
ontwikkelingsrelaties.
Ik hoop dat ik in deze korte schets mijn voorstel voldoende heb
toegelicht. Graag verneem ik je oordeel over dit voorstel en ben
benieuwd of jij het op VN niveau wilt bepleiten.
Tot slot wil ik opmerken dat het mij verheugt dat klimaatverandering
ook jouw grote belangstelling heeft. Zoals je weet, is in mijn partij
veel kennis aanwezig over het terugdringen van dit grote,
internationale probleem. Mocht je er behoefte aan hebben dan ben ik
graag bereid deze kennis in te zetten, bijvoorbeeld tijdens de
klimaattop op Bali als meereizend adviseur.
Met vriendelijke groet,
Femke Halsema
GroenLinks