Uitspraak Samir A.
Amsterdam, 17 september 2007 - Het gerechtshof Amsterdam heeft vandaag
uitspraak gedaan in de zaak Samir A.
Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte
voorwerpen, stoffen en informatiedragers in zijn woning voorhanden
heeft gehad. Het hof is van oordeel dat deze objecten kennelijk
bestemd waren voor het - kort gezegd - plegen van een aanslag op één
of meer van de (overheids)gebouwen die in de bewezenverklaring zijn
genoemd. De aangetroffen objecten verkrijgen een strafwaardig karakter
en betekenis in hun onderlinge samenhang. Hoewel de in de
bewezenverklaring genoemde voorwerpen op zichzelf in het stadium
waarin deze werden aangetroffen (nog) niet in alle opzichten geschikt
waren om een dergelijke aanslag te plegen, waren zij daartoe in deze
voorbereidende fase wel kennelijk bestemd in de zin van artikel 46 van
het Wetboek van Strafrecht.
Verdachte wordt veroordeeld tot vier jaar gevangenisstraf.
LJ Nummer
BB3756
Bron: Centrale redactie rechtspraak.nl
Datum actualiteit: 18 september 2007 Naar boven
Gerechtelijke organisatie