abcdefgh
GGA Midden-Brabant
portefeuillehoudersoverleg Verkeer en Vervoer
t.a.v. de heer A.H. Stoop, voorzitter
postbus 717
5000 AS TILBURG
Contactpersoon Doorkiesnummer
Datum Bijlage(n)
14 september 2007 2
Ons kenmerk Uw kenmerk
DGTL-2007/9372 -
Onderwerp
Brabantroute; externe veiligheid
Geachte heer Stoop,
Hierbij reageer ik op uw brief van 3 juli 2007 (kenmerk 2007/07/03/RS/externe veiligheid
Brabantroute) waarin u mij verzoekt antwoord te geven op een aantal vragen over het
vervoer van gevaarlijke stoffen over de Brabantroute.
Ontwikkeling vervoer gevaarlijke stoffen
U signaleert in uw brief dat het vervoer van gevaarlijke stoffen per spoor over de
Brabantroute toeneemt en dat de groei van dit vervoer groter is dan op basis van de
beleidsvrije marktprognose van ProRail uit 2003 mocht worden verwacht. Dat klopt. Mijn
ambtsvoorganger heeft in de aanbiedingsbrief bij de marktprognose aan de Tweede
Kamer ook aangegeven dat de status van deze prognose niet anders is dan de status van
elke andere prognose: deze betreft "het weergeven van een verwachting, zonder enige
garantie", want allerlei onvoorziene marktomstandigheden kunnen ertoe leiden dat het
vervoer van gevaarlijke stoffen per spoor zich heel anders ontwikkelt.
Ik kan u melden dat ProRail binnenkort een geactualiseerde marktverwachting van het
vervoer van gevaarlijke stoffen per spoor zal publiceren. Deze laat ten opzichte van de
prognose uit 2003 een verwachte toename van het vervoer van gevaarlijke stoffen zien.
Dit komt onder andere doordat er bij het opstellen van de prognose uit 2003 nog geen
inzicht was in het (extra) vervoer van gevaarlijke stoffen dat kan ontstaan door de in
gebruik name van de Tweede Maasvlakte. Dat inzicht is er nu wel. Ook de liberalisatie van
het spoorvervoer zorgt ervoor dat de marktpartijen meer vervoer van gevaarlijke stoffen
per spoor verwachten.
Postadres Postbus 20901 2500 EX Den Haag Telefoon 070 - 351 6171
Bezoekadres Plesmanweg 1-6 2597 JG Den Haag Fax 070 - 351 7895
Internet www.verkeerenwaterstaat.nl
Bereikbaar met tram 9 (station hs en cs) en bus 22 (station cs)
DGTL-2007/9372
De nieuwe marktverwachting is net als de prognose uit 2003 beleidsvrij. Dat wil zeggen
dat ProRail bij het opstellen van de marktverwachting geen rekening heeft gehouden met
mogelijke beleidsingrepen van de overheid die zijn gericht op het beïnvloeden van de
omvang en/of routering van vervoersstromen. Juist dat zal in het kader van het Basisnet
Spoor kunnen gaan gebeuren, indien dat noodzakelijk is om een duurzaam evenwicht
tussen ruimtelijke ontwikkelingen, vervoer van gevaarlijke stoffen en veiligheid tot stand te
brengen (doelstelling Basisnet).
Zodra het Basisnet is vastgesteld, kan de onzekerheid van prognoses worden ingewisseld
voor de zekerheid van vaste gebruiksruimtes voor het vervoer van gevaarlijke stoffen.
Gemeenten kunnen zich na vaststelling van het Basisnet bij hun risicoanalyses baseren op
deze gebruiksruimtes. Als het bevoegd gezag, gegeven die ruimte, een verdere toename
van het groepsrisico accepteert, dan is het betreffende bevoegd gezag daarvoor
verantwoordelijk. Of en wie er verantwoordelijk kan worden gesteld voor ontstane
situaties betreft een juridisch complex vraagstuk waarover ik geen algemene uitspraken
kan doen.
Betuweroute
In uw brief vraagt u tenslotte naar het effect van de ingebruikneming van de Betuweroute
en de argumentatie voor de afspraak die ik met de burgemeesters van de gemeenten
langs de Betuweroute heb gemaakt over het gebruik van deze route voor het vervoer van
gevaarlijke stoffen.
Zoals bekend, is de Betuweroute in het `ingroei-jaar' nog niet onbeperkt beschikbaar voor
vervoer. Wanneer de Betuweroute volop in gebruik is (naar verwachting in de loop van
2008) zal het vervoer van gevaarlijke stoffen via de Brabantroute en via de Utrechtroute
afnemen, omdat dat vervoer dan deels via de Betuweroute gaat. Ondanks de
ingebruikneming van de Betuweroute zal er echter ook vervoer van gevaarlijke stoffen
over de Brabantroute nodig blijven, bijvoorbeeld van en naar de chemische complexen in
Moerdijk (Shell) en Limburg (DSM, Sabic).
Met de gemeenten langs de Betuweroute is voor de eerste periode na de ingebruikneming
afgesproken dat in geval van extreme weersomstandigheden (grote droogte, zware vorst)
het vervoer van gevaarlijke stoffen over de Betuweroute tijdelijk zal worden gestaakt. Naar
verwachting komt deze beperking eind 2007 te vervallen. Intussen kan, zolang de
bedoelde extreme weersomstandigheden niet optreden, het vervoer van gevaarlijke
stoffen over de Betuweroute in principe onbelemmerd plaatsvinden.
Bestuurlijk Overleg
Om van gedachten te wisselen over het vervoer van gevaarlijke stoffen over de
Brabantroute en eventuele zorgen die daarover bij betrokkenen leven, wordt er een
bijeenkomst belegd met de Bestuurlijke Taskforce Brabantroute.
---
DGTL-2007/9372
U kunt uw inbreng in dit overleg leveren via uw vertegenwoordigers (onder andere de
Provincie Noord-Brabant) in de taskforce.
Ter informatie treft u in de bijlage bij deze brief een afschrift van de brieven die ik over het
vervoer van gevaarlijke stoffen over de Brabantroute aan de Provincie Noord-Brabant en
de Provincie Zuid-Holland heb gestuurd.
Hoogachtend,
DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT,
Camiel Eurlings
Een afschrift van deze brief is verstuurd aan:
- de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
- het College van Gedeputeerde Staten van de Provincie Limburg
- het College van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant
- het College van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland
---
Ministerie van Verkeer en Waterstaat