TNS NIPO


Publicaties TNS NIPO onderzoek

13 september 2007

Achterban PvdA en CDA tegen versoepeling ontslagrecht

Minister Donner van Sociale Zaken heeft aangegeven na het zomerreces met een wetsvoorstel te zullen komen waarin het ontslagrecht wordt versoepeld. Een meerderheid van de Nederlandse burgers is het met deze plannen niet eens. Men neemt het vooral de PVDA, maar ook het CDA, kwalijk dat ze aan het bestaande ontslagrecht willen tornen. Een ruime meerderheid van de werkgevers zegt juist blij te zijn als het wetsvoorstel doorgaat. Dit blijkt uit onderzoek van TNS NIPO, uitgevoerd in opdracht van de FNV.

Een meerderheid van de Nederlandse burgers is tegen de plannen van het kabinet om het ontslagrecht te versoepelen. Zonder argumentatie vooraf is ruim de helft (55%) van de burgers tegen versoepeling van het ontslagrecht. Drie op de tien (32%) Nederlanders zijn in dat geval juist voor een versoepeling. Als vervolgens de argumenten van zowel de werkgevers- als de werknemersorganisaties worden gegevenFONT size="1">1, blijkt het verschil toe te nemen: 61 procent is dan tegen en 29 procent voor versoepeling.

Werkgevers in meerderheid vóór kabinetsplannen ontslagrecht De werkgevers zijn voor de plannen om het ontslagrecht te versoepelen. Acht op de tien werkgevers (81%) zijn voor versoepeling van het ontslagrecht (zonder dat argumentatie voor of tegen vooraf wordt gegeven), dertien procent is tegen. Als daarentegen argumenten van zowel de werkgevers- als werknemersorganisaties worden gegeven, stijgt het aandeel tegenstanders van 13 procent naar 25 procent.
---

1 | Werkgevers voor, burgers tegen versoepeling ontslagrecht
---

Vóór noemen argumenten Ná noemen argumenten Burgers Werkgevers Burgers Werkgevers % % % % Voorstander 32 81 29 72 Tegenstander 55 13 61 25 Weet niet 13 6 11 3
---

Vooral PvdA en CDA worden plannen aangerekend
Als de plannen van het kabinet worden doorgezet, kunnen zowel de PvdA als het CDA op weerstand uit de achterban rekenen. Van de PvdA-stemmers (Tweede Kamer verkiezingen 2006) is maar liefst driekwart tegen de plannen; slechts 21 procent is voor. Onder CDA-stemmers is 52 procent tegen en 42 procent voor. Onder ChristenUnie-stemmers houden beide kampen elkaar in evenwicht: 47 procent is tegen, 44 procent voor.

---

2 | Electoraat PvdA en SP kent meeste tegenstanders; ook CDA-stemmers tegen

---

CDA PvdA SP VVD PVV CU Totaal % % % % % % % Zonder argumenten
Voorstander 42 22 17 56 43 41 32 Tegenstander 49 70 73 37 47 45 55 Weet niet 10 8 11 6 10 14 13

Met argumenten
Voorstander 42 21 14 50 27 44 29 Tegenstander 52 73 73 48 69 47 61 Weet niet 6 6 12 2 4 10 11
---

Een op de vijf Nederlanders zegt dat - vanwege de ontslagrechtplannen
- de kans kleiner wordt dat men op dezelfde partij gaat stemmen als in november vorig jaar. Dit geldt vooral voor de PvdA-stemmers (TK 2006): 38 procent zegt dat de kans kleiner wordt dat men weer op de PvdA gaat stemmen bij de volgende verkiezingen. Drie procent overweegt nu juist eerder weer PVDA te stemmen. Bij het CDA is dit respectievelijk 27 procent en 6 procent, bij de ChristenUnie 15 procent en 0 procent. De PvdA zou vooral stemmen verliezen aan de SP.

---

3 | CDA en PvdA dreigen kiezers te verliezen wanneer plannen doorgang vinden

---

CDA PvdA SP VVD PVV CU Totaal
% % % % % % %
Kans opnieuw op deze partij te gaan stemmen als plannen doorgaan Groter 6 3 18 17 21 - 10
Kleiner 27 38 11 10 6 15 20
Maakt geen verschil 67 59 71 72 73 85 70

---

Vooral de PvdA wordt kiezersbedrog verweten (door 46 procent van alle Nederlanders en 53 procent van de eigen kiezers). Ook het CDA en ChristenUnie worden beschuldigd van kiezersbedrog (CDA: 31% van allen en 27% van de CDA-kiezers; ChristenUnie: 32% van allen en 32% van CU-kiezers).

Bekendheid met kabinetsplannen ontslagrecht laag Ruim zes op de tien Nederlanders hebben iets meegekregen van de kabinetsplannen met betrekking tot het ontslagrecht. Eén op de vijf Nederlanders is inhoudelijk (enigszins) op de hoogte van de kabinetsplannen. Onder werkenden in loondienst is dit iets meer dan een kwart (27%).

Maximeren ontslagvergoeding krijgt steun burgers en werkgevers Een onderdeel van het kabinetsplan is het maximeren van de ontslagvergoeding voor werknemers tot 40 jaar (maximaal EUR 75.000) en 40-plussers (maximaal EUR 100.000). Met dit voorstel kunnen zowel burgers (52%) als werkgevers (60%) leven.

Verdeeldheid over vervallen toetsing ontslag
Burgers en werkgevers staan loodrecht tegenover elkaar als het gaat om het onderdeel van de kabinetsplannen waarin staat dat werkgevers niet langer verplicht zijn het ontslag van een werknemer te laten toetsen door de kantonrechter of het CWI. Burgers zijn in tweederde van de gevallen tegen, werkgevers juist in bijna tweederde (63%) van de gevallen voor deze maatregel.

Vast contract verliest waarde bij nieuw ontslagrecht Driekwart van de burgers en tweederde van de werkgevers zijn van mening dat een vast contract minder waarde zal hebben als de versoepeling van het ontslagrecht - zoals nu voorgesteld - wordt doorgevoerd. Een op de drie burgers zegt in dat geval een rechtsbijstandsverzekering te nemen (als hij of zij die nog niet had) en een op de zes zegt lid te worden van de vakbond (als hij of zij dat nog niet was). Drie op de tien werklozen, uitzendkrachten en studenten denken sneller een baan te zullen vinden wanneer de versoepeling van het ontslagrecht van kracht wordt.

Van de werkgevers verwacht 60 procent dankzij de plannen sneller personeel aan te gaan nemen. Anderzijds geeft 29 procent toe dankzij de plannen eerder mensen te zullen ontslaan.

1 De argumenten zijn als volgt voorgelegd:
Werkgeversorganisaties zeggen dat de versoepeling van het ontslagrecht een goede zaak is. Volgens hen wordt het door een soepeler ontslagrecht voor werkgevers makkelijker om mensen aan te nemen en leidt het tot minder administratieve en financiële lasten voor werkgevers.
De vakbonden zeggen dat het huidige ontslagrecht prima voldoet als een werkgever een geldige reden voor ontslag heeft. Volgens hen zet een soepeler ontslagrecht de rechtsbescherming van werknemers onder druk en vergroot het juist de werkloosheid bij groepen die toch al moeilijk aan de slag komen.

E8692 | TNS NIPObase (CASI/CAWI) | Het onderzoek is uitgevoerd in opdracht van de FNV. Het veldwerk vond plaats van 3 tot en met 9 september 2007. Het onderzoek onder burgers is uitgevoerd onder 1053 personen van 18 jaar en ouder, afkomstig uit TNS NIPObase, middels de CASI-methode. Voor het werkgeversonderzoek is als steekproefbasis TNS NIPObase Business gebruikt. Dit deel van het onderzoek is uitgevoerd middels de CAWI-methode.

Bij publicatie of verspreiding graag de bron TNS NIPO vermelden. Voor eventuele vragen kunt u contact opnemen met Peter Kanne (tel: 020 522 59 24) of Mattijs de Jongh (tel: 020 522 54 91).