Dexia Bank


Brussel, 13 september 2007

Studie Dexia Bank : Nieuwe sociaaleconomische typologie van de gemeenten

Waarom een typologie van de gemeenten ?

Achter een ogenschijnlijke eenvormigheid van de gemeenten als instelling schuilen in feite sterk uiteenlopende sociaaleconomische, culturele en financiële verschillen. Het uitwerken van een classificatie is een statistische oefening met als onderliggend doel gemeenten met een vergelijkbare sociaaleconomische omgeving onder te brengen in zo homogeen mogelijke klassen en zo een geschikt referentiekader uit te werken om de financiële aspecten van de gemeenten te kunnen vergelijken (zoals de belastingscapaciteit, het investeringsniveau, de uitgaven voor sociale bijstand en veiligheid, de schuldgraad, ...).
Elke gemeente heeft immers een eigen sociaaleconomische context. Het inkomensniveau van de inwoners, de economische dynamiek, de demografische evolutie beïnvloeden stuk voor stuk rechtstreeks of onrechtstreeks zowel de inkomsten als de uitgaven van de gemeenten.

Om de diversiteit van de gemeenten beter te benaderen, werkte Dexia Bank reeds een eerste keer dergelijke sociaaleconomische typlogie uit in 1997. In tien jaar tijd kunnen bepaalde gemeenten echter grondige wijzigingen hebben ondergaan, zowel wat hun grondgebied en bevolking als hun economische activiteit betreft. Het was dus nodig om deze typologie te actualiseren op basis van meer recente statistieken.

Een originele en nauwkeurige methodologie

Het opstellen van de typologie van de gemeenten begint met het aanleggen van een sociaaleconomische database met informatie over alle gemeenten. In tegenstelling tot heel wat studies die Dexia reeds publiceerde over de gemeentefinanciën, hebben alle variabelen die in de analyse worden gebruikt niets te maken met het beheer van de gemeente. De meer dan 150 verzamelde variabelen zijn afkomstig uit officiële statistische bronnen (NIS, ECODATA, regionale statistische diensten,...) en kenschetsen het grondgebied, de bevolking en de economische activiteit van de 589 gemeenten die het land rijk is.

De typologie van de gemeenten wordt opgebouwd via een dubbele statistische verwerking van de begininformatie.
De factoranalyse is een klassieke inductieve methode die in de eerste plaats het aantal beginvariabelen wil reduceren en de statistische informatie hergroepeert in een kleiner aantal synthetische variabelen (factoren).

De clusteranalyse die op deze kleinere set van statistische gegevens wordt toegepast groepeert vervolgens de gemeenten met een zo homogeen mogelijke sociaaleconomische omgeving. Ze past een algoritme toe dat de observaties (d.w.z. gemeenten) opzoekt die de meest vergelijkbare combinatie van factorscores hebben (en dus de meest gelijkende sociaaleconomische context).

Deze dubbele statistische verwerking wordt uitgevoerd voor elk van de gewesten. Een keuze die voor de hand ligt gezien de toenemende rol van de Gewesten bij het vaststellen van het regelgevend en financieel kader van de gemeenten.

Verschillende clusters, beperkt in aantal

Onze benadering leverde 16 clusters van gemeenten op voor Vlaanderen, 14 voor Wallonië en 5 voor Brussel, wat overeenkomt met een gemiddelde van ongeveer 20 gemeenten voor de Vlaamse en Waalse clusters (tegen slechts 4 gemeenten voor de Brusselse regio). Deze categorieën van gemeenten hebben voornamelijk verschillen in levensstandaard en socioprofessionele positie van de bevolking; in verstedelijkingsgraad, zowel "morfologisch" (belang van bebouwing) als "functioneel" (aantrekkingskracht, centrumfunctie), in belang van de economische activiteit (industrie, tertiaire sector, toerisme) en in demografische dynamiek (natuurlijk saldo en migratiesaldo, mate van vergrijzing van de bevolking).

De homogeniteit van de gemeenten binnen een cluster is lang niet absoluut. Clustering houdt in dat een compromis wordt gezocht tussen een beperkt aantal categorieën en de samenstelling van zo homogeen mogelijke groepen binnen elke cluster.

Daarbij is het een feit dat de gemeentelijke entiteit vaak ook een grote interne heterogeniteit vertoont, zowel qua sociaaleconomische kenmerken van de bevolking als qua samenstelling van het grondgebied (woonzones, industriezones, winkelzones, landbouwzones enz.).

Een analyse die een schat aan informatie oplevert

Dankzij de indeling in categorieën kan ook het vaak monolithisch beeld van de gemeentesector worden doorbroken en de aandacht worden gevestigd op de vaak tegengestelde groeidynamiek van gemeenten, wat vertaald wordt in evenveel beperkingen en uitdagingen voor de gemeentebestuurders.

Heel wat factoren die uit onze analyse naar voor komen (bijv. vergrijzing van de bevolking, migratie,...) koppelen bijvoorbeeld duidelijk gelijktijdige ontwikkelingen van onroerend goed, de structuur van de leeftijdsgroepen van de bevolking, de inkomsten uit grondbezit en het gezinsinkomen aan elkaar. Deze dynamiek heeft concrete gevolgen voor de uitdagingen waarmee de gemeentebesturen zullen worden geconfronteerd, zowel op vlak van ruimtelijke ordening als op het vlak van toekomstige belastinggrondslagen en dus de inzetbare middelen om bepaalde lokale beleidsopties te financieren.

Op de kaarten met de verschillende clusters voor elk van de gewesten is het spectaculair om te zien hoe de verschillende gemeenten in een geografisch verband samenhoren (ruimtelijke correlatie). Het is opmerkelijk om vast te stellen dat hele delen van gewesten, provincies of arrondissementen zich in een bepaalde sociaaleconomische categorie bevinden. De gemeenten beschikken over een grote autonomie, maar het is duidelijk dat de sociaaleconomische dynamiek vaak de administratieve grenzen van de gemeenten overstijgen en zelfs die van de gewesten.


---

De structuur van deze brochure bestaat uit vier grote hoofdstukken. Na het specifieke doel van onze samenstelling van de typologie van de gemeenten te hebben belicht (deel 1), bekijken we meer in detail de statistische methodologie die werd toegepast (deel 2). In het derde deel volgt dan een gedetailleerde beschrijving van de resultaten voor elk van de regio's (zowel voor de factoranalyse als voor de clustering). Het vierde deel tracht een vergelijking te maken van de resultaten van de drie regio's en illustreert ook het verband tussen de gemeentefinanciën en de sociaaleconomische categorieën van gemeenten.

Bijkomende informatie

Persdienst - Tel.: 02 213 50 81

In verband met de inhoud:
Directie Research - Tel.: 02 222 56 10 of 02 222 19 75

De volledige studie "Sociaaleconomische typologie van de gemeenten" kan geraadpleegd worden op het internet : www.dexia.be (Professioneel - Public Finance ­ Publicaties ­ Specifieke dossiers)

http://www.dexia.be/Nl/Professional/PublicFinance/oursector/Publications/SpecialStudy/

Inhoudstafel

Problematiek van de classificatie van de gemeenten
1. Verscheidenheid van de gemeentelijke structuur
2. Doel van de «sociaaleconomische» typologie van Dexia

Methodologie

1. De keuze van de beginvariabelen

2. Samenstelling van indicatoren

3. Factoranalyse : een voorafgaande syntheseoefening
4. De clustermethode : de samenstelling van klassen

Resultaten

1. Vlaanderen

2. Wallonië

3. Brussel

Slotbeschouwingen

1. Bijdrage van de statistische verwerking
2. Verband tussen de sociaaleconomische clusters en de gemeentefinanciën
3. Algemeen besluit

Bijlagen

1. Lijst van beginvariabelen

2. Samenstelling van de sociaaleconomische clusters ­ Vlaamse gemeenten
3. Samenstelling van de sociaaleconomische clusters ­ Waalse gemeenten
4. Samenstelling van de sociaaleconomische clusters ­ Brusselse gemeenten


---


---- --