Raad van State
Uitspraken in de media
Op de pagina 'Uitspraken in hoofdzaken' treft u een actueel en
volledig overzicht van zaaknummers in hoofdzaken (bodemprocedures)
aan, waarin de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op
de woensdag uitspraak doet. De lijst met zaaknummers is lang.
Gemiddeld wordt wekelijks in 60 zaken uitspraak gedaan. De
persvoorlichters van de Raad van State maken op maandag een selectie
van de uitspraken die mediagevoelig kunnen zijn. Deze lijst treft u op
deze pagina aan. Deze selectie is uiteraard arbitrair, omdat
mediagevoeligheid, vooral regionaal, niet altijd goed is in te
schatten.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de persvoorlichters
van de Raad van State:
mr. Pieter-Bas Beekman (070 - 426 45 20 / 06 - 52 07 70 04)
mr. Daniël Tempelman (070 - 426 48 12)
De mediagevoelige zaken van deze week zijn:
(Deze lijst wordt iedere maandag om 14.00 uur geactualiseerd)
Op woensdag kunt u vanaf 10.15 uur op het onderstreepte zaaknummer
klikken voor de volledige tekst van de uitspraak.
* 200605435/1
(Bestemmingsplan Landgoed Bouwfonds 2005 van gemeente Nijkerk)
Uitspraak over de goedkeuring door het college van gedeputeerde
staten van Gelderland van het bestemmingsplan Landgoed Bouwfonds
2005 van de gemeente Nijkerk. In het bestemmingsplan wordt een
uitbreiding ter grootte van 8.650 m² van het kantorencomplex van
Bouwfonds in Hoevelaken mogelijk gemaakt. Het bestemmingsplan
voorziet verder in natuurontwikkeling in de vorm van een
uitbreiding van het landgoed Hoevelaken van ruim 11 hectare.
Volgens een aantal inwoners van Hoevelaken is het bestemmingsplan
in strijd met het provinciale streekplan. Door het bestemmingsplan
worden volgens hen landschappelijke en cultuurhistorische waarden
geschaad, waaronder de openheid van het landschap. Verder zijn
volgens hen de gevolgen van het bestemmingsplan voor de beschermde
diersoorten in het gebied onvoldoende onderzocht. Zij zijn ook van
mening dat voor de vestigingsplaats van Bouwfonds betere
alternatieven voor handen zijn en zij vrezen dat de luchtkwaliteit
zal verslechteren. De zaak is op 25 mei van dit jaar op zitting
behandeld.
* 200607672/1
(Van der Valk-motel Nuland tegen goedkeuring bestemmingsplan
Kernen Maasdonk)
Uitspraak over de goedkeuring door het college van gedeputeerde
staten van Noord-Brabant van het bestemmingsplan Kernen Maasdonk
van de gemeente Maasdonk. Onder meer het Motel Nuland Exploitatie
B.V. en Van der Valk International Holding komen tegen de
goedkeuring van het plan in beroep. Het beroep is onder andere
gericht tegen het plandeel met de bestemming Horeca met de nadere
aanduiding hotel dat betrekking heeft op de gronden van Motel
Nuland. Volgens het bedrijf heeft het provinciebestuur ten
onrechte niet onderkend dat de detailhandelsactiviteiten, zoals de
zogenoemde vliegende verkopen, onder het overgangsrecht van het
vorige plan vallen. Onder vliegende verkopen verstaat Van der Valk
beurzen, veilingen en andere verkoopactiviteiten die in zalen van
het motel worden georganiseerd. Deze detailhandelsactiviteiten
hadden volgens Van der Valk dan ook positief bestemd moeten
worden, omdat deze activiteiten vanaf november 1990 onafgebroken
en structureel hebben plaatsgevonden. Volgens het provinciebestuur
is dit niet het geval en is er sprake van illegaal gebruik. De
zaak is op 22 mei van dit jaar op zitting behandeld.
* 200608250/1
(Bestemmingsplan Essendael van gemeente Albrandswaard)
Uitspraak over de goedkeuring door het college van gedeputeerde
staten van Zuid-Holland van het bestemmingsplan Essendael van de
gemeente Albrandswaard. Het plan maakt de bouw mogelijk van een
nieuwe woonwijk met 550 tot 650 woningen aan de zuidoostrand van
Rhoon. Twee inwoners van Rhoon zijn tegen het plan. Zij willen op
het achterste gedeelte van hun perceel twee woningen bouwen, maar
dat laat het bestemmingsplan niet toe. De gemeenteraad heeft
volgens deze twee inwoners bebouwing op dat gedeelte van hun
perceel onmogelijk gemaakt, omdat de gemeente hun gronden niet in
eigendom kon verwerven en zij zelf woningen wilden bouwen. De
gemeenteraad stelt zich op het standpunt dat de bouwplannen van de
twee inwoners niet passend is in de uiteindelijk gekozen
stedenbouwkundige opzet van de wijk. De zaak is op 8 juni van dit
jaar op zitting behandeld.
* 200608460/1
(Bestuursdwang voor fouragehandel in Putten)
Uitspraak over het besluit van het college van gedeputeerde staten
van Gelderland, waarbij aan een fouragehandel uit Putten te kennen
is gegeven dat bestuursdwang zal worden toegepast ten aanzien van
haar bedrijf aan de Nijverheidsweg in Putten. In het bedrijf vindt
de opslag en bewerking van organische producten plaats. Het
college is tot toepassing van bestuursdwang overgegaan nadat in
2002 tijdens onderhoudswerkzaamheden twee silos zijn geëxplodeerd,
waarbij twee doden vielen. Het provinciebestuur verwijt het
bedrijf dat het na de explosie de bedrijfsactiviteiten
onverminderd heeft voortgezet, terwijl dit onaanvaardbare risico's
voor het milieu meebracht. Het provinciebestuur is van mening dat
het bedrijf destijds direct een nieuwe aanvraag voor een
milieuvergunning met aangepaste bedrijfsprocessen had moeten
indienen. Het bedrijf is het hier niet mee eens, omdat volgens hem
de voorschriften uit de milieuvergunning niet worden overtreden.
De zaak is op 23 april van dit jaar op zitting behandeld.
* 200608503/1
(Terugvordering subsidie in het kader van ESF)
Uitspraak over de terugvordering door de minister van Sociale
Zaken en Werkgelegenheid van eerder verstrekte subsidies aan de
provincie Limburg ten behoeve van het kaderproject "Experimenteel
programma scholing voor behoud van werk in Limburg". Het betreft
een project op grond van de subsidieregeling ESF met de
doelstelling "scholing voor behoud van werk". De subsidie is
destijds verstrekt uit het Europees Sociaal Fonds, een van de
structuurfondsen van de Europese Gemeenschappen. Het ESF werd
ingezet bij het voeren van een Europese structuurpolitiek en kent
in de loop der tijd verschillende projecten. Het gaat in dit geval
om een terugvordering van ruim 550.000. Het college van
gedeputeerde staten van Limburg is van mening dat de uiteindelijke
vaststelling van het subsidiebedrag en de terugvordering niet
gebaseerd had mogen worden op een rapportage uit maart 2002, de
zogenoemde rapportage ESF bijzonder onderzoek, betreft controle op
de einddeclaratie van ABB-projecten. Deze rapportage zag volgens
het provinciebestuur niet op zes deelprojecten, maar op andere
projecten die zijn uitgevoerd in het kader van ESF-subsidies.
Volgens het provinciebestuur heeft de minister dan ook ten
onrechte nagelaten de projectadministratie van de deelprojecten te
onderzoeken. De zaak is op 3 juli van dit jaar op zitting
behandeld.
* 200608981/1
(Weigering bouwvergunningen voor windturbines in Zeewolde)
Uitspraak over een tiental weigeringen door het college van
burgemeester en wethouders van Zeewolde om bouwvergunning te
verlenen voor windturbines aan de Nekkeveldweg in Zeewolde. De
aanvragen voor de windturbines zijn gedaan door agrarische
bedrijven die aan die weg zijn gevestigd. De agrarische bedrijven
willen de turbines gebruiken voor hun eigen energieverbruik. Het
gemeentebestuur vindt echter dat de vergunningen vanwege
bepalingen in het geldende bestemmingsplan niet kunnen worden
verleend. Het college van burgemeester en wethouders stelt zich op
het standpunt dat er geen verband is tussen de agrarische
activiteiten en de turbines. De agrarische bedrijven zijn het daar
niet mee eens en komen, na door de rechtbank in Zwolle-Lelystad in
het ongelijk te zijn gesteld, in hoger beroep bij de Raad van
State. De bedrijven voeren aan dat de opwekking van windenergie
als een agrarische activiteit kan worden beschouwd, nu de
windenergie op de agrarische bedrijven wordt geproduceerd. Zie ook
de zaaknummers 200608982/1 en 200608984/1 tot en met 200608991/1,
waarin de Afdeling bestuursrechtspraak op 1 augustus 2007
uitspraak doet. De zaken zijn op 3 juli van dit jaar op zitting
behandeld.
* 200609295/1
(Bouwvergunning voor woontoren van 65 meter hoog in Schiedam)
Uitspraak over de bouwvergunning die het college van burgemeester
en wethouders van Schiedam heeft verleend aan ABB Ontwikkeling
B.V. voor de bouw van een woontoren in de wijk Nieuwland in
Schiedam. Het gaat om een gebouw van 65 meter hoog waarin 116
appartementen zijn verdeeld over 22 verdiepingen en om 36
grondgebonden woningen aan het Poldervaartpad in Schiedam. Het
gebied bevindt zich aan de rand van de wijk Nieuwland, tussen de
Poldervaart, de Spieringshoekschool, de begraafplaats en het
tennispark Spieringshoek. Onder meer de Huurdersvereniging
Spieringshoekflat, de Stichting voor Katholiek Onderwijs St.
Liduina en de Poldervaartvereniging verzetten zich tegen de bouw
van de woontoren. Volgens hen is het bouwplan in strijd met het
Besluit Luchtkwaliteit, omdat van de onjuiste verkeersaantallen
zou zijn uitgegaan. Daarnaast zijn zij van mening dat het bouwplan
de aanwezige landschappelijke en natuurwetenschappelijke waarden
rondom de Poldervaart aantast en dat de bouw van de woontoren tot
onevenredige windhinder leidt. De zaak is op 25 juni van dit jaar
op zitting behandeld.
* 200700961/1
(Afwijzing verzoek islamistische scholengemeenschap in Den Haag)
Uitspraak over de afwijzing door de minister van Onderwijs van het
verzoek van de Stichting voor Islamitisch Voortgezet Onderwijs
'Ibn Ghaldoun' om een islamitische scholengemeenschap te plaatsen
op het zogenoemde Plan van Scholen 2006-2008. Het gaat om een
islamitische scholengemeenschap in Den Haag voor atheneum, havo,
mavo en afdelingen vbo-administratie en vbo-verzorging. Plaatsing
op het Plan van Scholen betekent dat de school voor bekostiging
door het Rijk in aanmerking komt. De minister heeft het verzoek
geweigerd, omdat er volgens hem een dekkend netwerk is van
basisscholen van de gevraagde richting. In het gebied zijn al twee
islamitische basisscholen, een van de liberale en een van de
orthodoxe richting. De minister is van mening dat er geen plaats
is voor meer islamitische basisscholen en dat vervolgens op basis
van prognoses geen behoefte bestaat aan een islamitische
scholengemeenschap voor voortgezet onderwijs in Den Haag. Volgens
'Ibn Ghaldoun' wijkt de minister in dit geval af van een vaste
gedragslijn. Deze houdt in dat geen sprake is van een 'dekkend
netwerk van basisscholen', indien van een aanmerkelijk lagere
feitelijke deelname aan islamitisch basisonderwijs sprake is dan
de gemeten belangstelling voor islamitisch voortgezet onderwijs
blijkend uit een directe meting. De zaak is op 17 juli van dit
jaar op zitting behandeld.