Ingezonden persbericht

Nijmeegse Orgelkring

Wedesteinbroek 11-40

6546 RG Nijmegen

Nijmegen 22 juli 2007

PERSBERICHT

De Franse klassieken: bron en inspiratie

NIJMEGEN - Op 31 juli geeft Erwin Wiersinga een concert in de Sint Stevenskerk waarin muziek uit de Franse Barok als bron en inspiratie dient voor componisten uit later tijd. Het concert begint om 20.30 uur. De toegang bedraagt respectievelijk ¤6,- en ¤ 5,- voor houders van 65+ pas, CJP en studentenkaart.

Componisten halen hun inspiratie uit verschillende bronnen. Een mogelijkheid is de muziekstijl van collega's uit vroeger tijd. In het concert van Wiersinga is de Franse Barok ten tijde van François Couperin de bron waardoor Johann Sebastian Bach, Jean Langlais en Maurice Ravel zich laten inspireren.

Om de inspiratiebron te kunnen herleiden, speelt Wiersinga eerst muziek van een van de belangrijkste representanten van de Franse Barok, François Couperin: een aantal delen van de Messe Solemnelle a l'usage des Paroisses. Deze muziek wordt gekenmerkt door een grote diversiteit aan klankkleuren, scheutig gebruik van tongwerken en inegal orgelspel (een gepuncteerd ritme), hetgeen de muziek vaak een feestelijk karakter geeft. De Messe Solemnelle bestaat uit een groot aantal kortere composities. Deze zijn geïnspireerd door de melodieën van bijvoorbeeld een kyrie of een tekst uit het Gloria, zoals Domine Deus, Rex coelestis en Qui tollis peccate mundi, suscipe Amen.

De drie componisten die volgen hebben zich op verschillende wijze door de Franse Barok van Couperin en tijdgenoten laten inspireren. Bach speelde alvorens aan het werk te gaan, graag stukken van andere meesters waardoor bij hem het vuur van de inspiratie werd aangewakkerd. Daarbij kreeg hij ook de toegepaste methodiek in de vingers, zodat hij gebruikte technieken zelf kon toepassen en uitwerken in zijn eigen composities. Zo is de Pièce d' Orgue gebaseerd door muziek uit de Franse Barok. In het eerste deel (très vitement) van het Pièce d'Orgue zijn kenmerken van het openingsdeel van de Livre dÓrgue van Pierre Du Mage, een vierstemmig Plein Jeu, terug te vinden. Gebruikte technieken in het middendeel (gravement) zijn terug te voeren op het Grand plein jeu continu uit het Premier Livre dÓrgue van Jacques Boyvin. En als derde Franse element keert het gepuncteerde ritme uit de Franse Barok terug in het Pièce d'Orgue.

Jean Langlais volgt in zijn Suite Française de opbouw van de Franse Klassieken op de voet. Kortere deelcomposities waarin een heel spectrum aan klankkleuren de revue passeert. Wiersinga speelt vier delen: op het grand jeu (plenum), de jeux d' anches, (tongwerken), jeux de flutes (fluitenkoor) en het jeux de fonds (grondstemmen). Met zijn eigen virtuositeit en improvisatietalent vertaalt Jean Langlais de 18de eeuwse inspiratiebron naar een eigentijdse twintigste-eeuwse compositie.

Maurice Ravel heeft de suite Le Tombeau de Couperin gecomponeerd ter ere van François Couperin. Hij imiteert in dit werk de elegante, heldere 18de-eeuwse Barokstijl van Couperin en tijdgenoten, maar gebruikt duidelijk twintigste-eeuwse harmonieën en kleuren. Het werk is tevens opgedragen aan vrienden die Ravel heeft verloren tijdens de Eerste Wereldoorlog. Het werk is door Ravel voor piano en orkest geschreven. Erwin Wiersinga heeft hier een eigenhandige bewerking voor orgel van gemaakt. Deze orgelversie is begin dit jaar door de muziekuitgeverij Boeyenga uitgegeven.

Erwin Wiersinga studeerde aan het Stedelijk Conservatorium in Groningen en behaalde het Diploma UM met onderscheiding. Wiersinga geeft regelmatig concerten in binnen- en buitenland en is te beluisteren op verschillende cd's. Daarvan werd de cd Orgelcultuur in Groningen die is opgenomen met enkele Groningse collega's bekroond met een Edison. Verder is de cd van het Requiem en de Messe Cum Jubilo van Maurice Duruflé, welke Wiersinga samen met het vocaal ensemble The Gents maakte, in 2005 in het Franse Classic Today opgenomen in de top 10 van beste cd's.

Erwin Wiersinga is organist op het Hinsz-orgel in de Nederlands Hervormde kerk in Roden en sinds 1997 docent aan de Universität der Künste in Berlijn.

---

Noot voor de pers,

Ingezonden persbericht