PvdA Rotterdam


Beantwoording van de schriftelijke vragen van de heren M. Heijmen en M.G.J. Van Muijen over de ontmanteling van hennepkwekerijen

Aan de Gemeenteraad.

Op 21 juni 2007 stelden de leden van uw raad, de heren M. Heijmen en M.G.J. Van Muijen (beiden PvdA), ons college schriftelijke vragen over het ontmantelen van hennepkwekerijen.

Inleidend wordt het volgende gesteld:
"Een van de doelstellingen van het collegeprogramma is het ontmantelen van elke opgespoorde illegale hennepkwekerij: jaarlijks worden 600 ontdekte hennepkwekerijen ontmanteld. Uit de bestuursrapportage blijkt dat in het afgelopen kwartaal slechts 115 ontmantelingen geweest zijn. In het eerste kwartaal is er sprake van enige achterstand vanwege bezettingsproblemen binnen de afdeling. Hier wordt aan gewerkt. Er zal ondanks deze complexiteit alles eraan gedaan worden om de target te behalen, vermeldt de rapportage. We hebben begrepen dat het hennepteam ontbonden is en de ervaren projectleider ander werk is gaan doen. Vanwege het vertrouwelijke karakter van de informatie-uitwisseling en de relatie tussen vastgoed & hennepteelt en vastgoed & prostitutie & mensenhandel is een apart hennepteam in nauwe samenwerking met de ALIJDA aanpak wenselijk. Bovendien is er afgelopen twee jaar veel deskundigheid opgebouwd. De terugval in het aantal ontmantelde hennepkwekerijen baart zorgen".

Hieronder volgen hun vragen, voorzien van onze antwoorden.

Vraag 1:
Klopt het dat het hennepteam ontbonden is en de taken zijn ondergebracht bij de reguliere taken van toezicht gebouwen van de dienst stedenbouw en volkshuisvesting?

Antwoord:
Het hennepteam is niet ontbonden. Er heeft alleen een personele wisseling plaatsgevonden. Het hennepteam maakt organisatorisch deel uit van de afdeling Toezicht Gebouwen. Het hennepteam houdt zich alleen bezig met het ontmantelen van hennepkwekerijen.

Vraag 2:
Is een apart team niet wenselijker, gezien het speciale karakter van opsporing van hennepkwekerijen en de vertrouwelijke informatie die het hennepteam heeft?

Antwoord:
Zoals al uit ons antwoord op vraag 1 blijkt is er nog steeds sprake van een apart hennepteam. Opsporing is niet de primaire taak van het hennepteam. Het hennepteam komt in actie op basis van meldingen van de politie die deze via Meld Misdaad Anoniem ontvangt of via het gemeentelijke veiligheidsregistratiesysteem (GVRS) of de deelgemeenten e.d. binnenkrijgt. Het hennepteam gaat vervolgens deze meldingen verifiëren en de informatie veredelen door onder andere gebruik te maken van warmtebeeldfotografie en de meting van de stroomsterkte door Eneco.

Vraag 3:
Naast ontmantelen van hennepkwekerijen kan het hennepteam ook zorgen voor integrale growshopcontroles en recherchewerk naar de bovengenoemde velden. Bestaat het gevaar niet dat deze activiteiten onvoldoende tot hun recht komen als deze taken bij de reguliere dienst worden ondergebracht?

Antwoord:
Het hennepteam zorgt niet voor integrale growshopcontroles en recherchewerk. In
het kader van de aanpak Maatschappelijke Integriteit werken gemeente, Belastingdienst, politie en OM nauw samen om de criminele organisaties die actief zijn in de softdrugsketen te bestrijden. In die samenwerking heeft elke partij zijn eigen rol en verantwoordelijkheid. Het recherchewerk is een specifieke taak van de politie.

Vraag 4:
Hoeveel growshopcontroles zijn afgelopen jaar en afgelopen kwartaal uitgevoerd met welke resultaten?

Antwoord:
Op 16 mei 2006 zijn alle bekende 31 growshops in de Rotterdam gecontroleerd met een multidisciplinair team. In 17 growshops werd de Opiumwet overtreden en er werden 34 aanhoudingen verricht. In totaal werden er 60 kilo henneptoppen en 6800 hennepstekken/planten in beslag genomen. De burgemeester heeft vervolgens 10 growshops bestuurlijk gesloten. Afhankelijk van de overtredingen zijn er 5 voor een jaar gesloten en 5 voor de duur van 6 maanden. De wijkpolitie controleert nu nog steeds regelmatig bij growshops, zowel ten behoeve van de handhaving van de opgelegde sluitingen, als ter controle van de activiteiten bij de geopende growshops.

De heren Heijmen en Van Muijen stellen vervolgens: "Al eerder stelde de PvdA vragen over de aanpak van hennepkwekerijen. Op 22 maart 2005 gaf het college aan zowel strafrechtelijk als bestuursrechtelijk de eigenaren van hennepkwekerijen aan te pakken. Bij het vervolgingsbeleid worden boetes opgelegd door de rechter."

Vraag 5:
Hoeveel boetes zijn in 2006 opgelegd? Welke opbrengst was er?

Antwoord:
Het OM heeft in het afgelopen jaar (2006) in 445 gevallen een boete geëist of een transactie (boete) aangeboden. In 72 gevallen is een transactie aangeboden, in 24 gevallen is een vonnis opgelegd met geldboete, en 349 zaken is wel een boete geëist, maar een vonnis opgelegd zonder boete, of is de zaak nog niet afgerond.

De heren Heijmen en Van Muijen stellen verder:
"U antwoordde destijds dat het ook mogelijk is langs de bestuursrechtelijke weg op te treden tegen illegale hennepkwekerijen via de Bouwverordening op grond van regels over brandveiligheid. De kosten kunnen verhaald worden op de overtreder."

Vraag 6:
Hoe vaak is deze bestuursrechtelijke weg gevolgd?
Gegeven de gemiddelde waarde van de aangetroffen hennepkwekerij van 3500 euro en 600 aangetroffen hennepkwekerijen. Kunt u aangeven of het bedrag van ongeveer 2,1 miljoen euro klopt en of het gevorderd is bij de henneptelers? Zijn alle door het hennepteam gemaakte kosten verhaald op de henneptelers?

Antwoord:
Bij de start van deze aanpak was de inschatting dat sprake zou zijn van 600 hennepkwekerijen en een terugvorderingpercentage van 70%. Kijkend naar de cijfers van 2006 hebben we aan de hand van een interne evaluatie onlangs vast moeten stellen dat er weliswaar meer dan 600 hennepkwekerijen zijn aangepakt, maar dat 466 hiervan via de bestuursrechtelijke weg zijn ontmanteld. Tevens is vastgesteld dat het percentage van succesvolle vorderingen te hoog is ingeschat. In 2006 is een veel lager percentage van 26,5% van de gemaakte ontmantelingkosten succesvol verhaald. Er worden op dit moment herstelacties ingezet die er op gericht zijn om het aantal ontmantelingen toe te laten nemen (actieve campagne) en de verhaalbaarheid van de kosten te vergroten, zodat de target (600 per jaar) alsnog wordt gehaald.

Vraag 7:
We hebben begrepen dat de incassocapaciteit van de dienst Stedenbouw en Volkshuisvesting onvoldoende is om geld te innen. Is het niet effectiever om deze taak bij de dienst Gemeentebelastingen Rotterdam te leggen?

Antwoord:
De incassocapaciteit is niet het probleem. Het gaat veel meer om de juridische aansprakelijkheid. De standaardprocedure is reeds dat de factuur verzonden wordt door de dS+V en bij niet betalen na één aanmaning de vordering direct naar de dienst GBR gaat.

Vraag 8:
In hoeverre is een lik op stuk aanpak mogelijk, waarbij ter plekke het geld geïnd wordt bij de telers?

Antwoord:
Lik op stuk heeft natuurlijk altijd de voorkeur, maar is alleen mogelijk als de veroorzaker aanwezig is en de beschikking direct kan worden overhandigd. Dit blijkt in de praktijk zelden mogelijk, omdat bij de ontmanteling van hennepkwekerijen de telers (veroorzakers) meestal niet aanwezig zijn. Indien er waardevolle goederen worden aangetroffen (bijvoorbeeld auto, breedbeeldtelevisie e.d.) wordt er door de belastingdienst reeds conservatoir beslag gelegd op deze goederen.

Vraag 9:
Neemt ENECO nog steeds deel aan de aanpak van ontmanteling hennepkwekerijen als het team ontbonden blijft?

Antwoord:
Zoals eerder vermeld, het hennepteam is niet ontbonden. Eneco maakt, samen met dS+V, Roteb, GBR en Politie deel uit van de keten aanpak hennepkwekerijen.

Burgemeester en Wethouders van Rotterdam,

De secretaris, De burgemeester,

A.H.P. van Gils I.W. Opstelten


---- --