Raad van State
Uitspraak
Zaaknummer: 200703898/1
Publicatie datum: woensdag 25 juli 2007
Tegen: de raad van de gemeente Capelle aan den IJssel
Proceduresoort: Voorlopige voorziening
Rechtsgebied: Kamer 2 - Milieu - Wet geluidhinder
---
200703898/1.
Datum uitspraak: 25 juli 2007
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak van de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de
Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige
voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) in het
geding tussen:
de vereniging "Huurdersvereniging De Rondelen", gevestigd te
Capelle aan den IJssel,
verzoekster,
en
de raad van de gemeente Capelle aan den IJssel,
verweerder.
1. Procesverloop
Bij besluit van 23 april 2007 heeft verweerder een maatregelenbesluit
als bedoeld in artikel 99 juncto artikel 81 van de Wet geluidhinder
vastgesteld in verband met de reconstructie van de Algeraweg te
Capelle aan den IJssel.
Tegen dit besluit heeft verzoekster bezwaar gemaakt.
Bij brief van 31 mei 2007, bij de Raad van State ingekomen op 5 juni
2007, heeft verzoekster de Voorzitter verzocht een voorlopige
voorziening te treffen.
De Voorzitter heeft de zaak ter zitting behandeld op 19 juli 2007,
waar verzoekster, vertegenwoordigd door ing. C. Boonstra, en
verweerder, vertegenwoordigd door mr. B. Huizenaar, ambtenaar van de
gemeente, bijgestaan door J.A. de Blaauw, ir. E.L. van de Woude en
ing. J.J.A. van Leeuwen, zijn verschenen. Voorts is als partij gehoord
het college van burgemeester en wethouders van Capelle aan den IJssel,
eveneens vertegenwoordigd door mr. B. Huizenaar, ambtenaar van de
gemeente, bijgestaan door J.A. de Blaauw, ir. E.L. van de Woude en
ing. J.J.A. van Leeuwen.
2. Overwegingen
2.1. Ingevolge artikel 99, eerste lid, van de Wet geluidhinder, voor
zover hier van belang, wordt tot reconstructie van een weg niet
overgegaan dan in overeenstemming met een besluit van burgemeester en
wethouders, met overeenkomstige toepassing van artikel 81 genomen naar
aanleiding van een door de wegbeheerder aan burgemeester en wethouders
gedane mededeling van zijn voornemen en na een met overeenkomstige
toepassing van artikel 80 ingesteld onderzoek.
Ingevolge artikel 81, eerste lid, van de Wet geluidhinder, voor zover
hier van belang, nemen burgemeester en wethouders een besluit,
bepalende welke maatregelen nodig zijn om te voorkomen dat de
geluidbelasting die de weg na zijn aanleg binnen de zone zal
veroorzaken, de waarden die als de ten hoogste toelaatbare worden
aangemerkt, te boven zou gaan.
2.2. Bij het bestreden besluit is - samengevat weergegeven -
vastgesteld dat het in verband met de voorgenomen reconstructie van de
Algeraweg noodzakelijk is om aan de westzijde van deze weg een
geluidscherm aan te brengen en de weg te voorzien van geluidreducerend
asfalt.
2.3. Naar het oordeel van de Voorzitter is het belang van verzoekster,
bestaande in onder meer het bevorderen van het welzijn en de woon- en
leefomgeving van de huurwoningen aan de Valeriusrondeel en de
Reviusrondeel te Capelle aan de IJssel, anders dan verweerder heeft
gesteld, gezien de aard en de strekking van het bestreden besluit
daarbij rechtstreeks betrokken. De door verweerder genoemde
omstandigheden dat het bestreden besluit betrekking heeft op een
geluidscherm aan de westzijde van de Algeraweg en de Valeriusrondeel
en Reviusrondeel aan de oostzijde van deze weg zijn gelegen kan daar
niet aan afdoen.
2.4. De Voorzitter stelt vast dat het bestreden besluit, in strijd met
artikel 99, eerste lid, juncto artikel 81, eerste lid, van de Wet
geluidhinder, is genomen door de raad. Het bestreden besluit is
onbevoegd genomen.
Gelet hierop ziet de Voorzitter aanleiding de hierna te melden
voorlopige voorziening te treffen.
2.5. Van proceskosten die voor vergoeding in aanmerking komen is niet
gebleken.
3. Beslissing
De Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van
State:
I. schorst bij wijze van voorlopige voorziening het besluit van de
raad van de gemeente Capelle aan den IJssel van 23 april 2007 tot zes
weken na de bekendmaking van de beslissing op het bezwaar, met dien
verstande dat indien binnen die termijn wordt verzocht om het treffen
van een voorlopige voorziening, de schorsing doorloopt totdat op het
verzoek is beslist;
II. gelast dat de gemeente Capelle aan den IJssel aan verzoekster het
door haar voor de behandeling van het verzoek betaalde griffierecht
ten bedrage van 285,00 (zegge: tweehonderdvijfentachtig euro)
vergoedt.
Aldus vastgesteld door mr. K. Brink, als Voorzitter, in
tegenwoordigheid van mr. W.G. Timmerman, ambtenaar van Staat.
w.g. Brink w.g. Timmerman
Voorzitter ambtenaar van Staat
Uitgesproken in het openbaar op 25 juli 2007
431.