Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

Kamervragen over roofvogelvervolging

17 juli 2007 - kamerstuk

Kamerbrief over de sancties voor jachtaktehouders die roofvogels vervolgen en doden. De minister wil niet zonder meer overgaan tot het voorgoed weigeren van een akte bij eerdere overtredingen.

Meer informatie

* Kamervragen over roofvogelvervolging
Kamerstuk | 17-07-2007 | PDF-Document, 45 kB
Voor downloaden van PDF-bestanden: Zie het origineel


uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum
onderwerp bijlagen
D i rectie Juridische Zaken

Geachte Voorzitter,

Hierbij beantwoord ik, mede namens de minister van Justitie, de vragen van het lid Thieme (PvdD) over roofvogelvervolging.


1
Kent u het bericht "Jagerstrio zaait jarenlang dood en verderf onder roofdieren"1, waaruit blijkt dat drie jachtaktehouders uit Hardenberg zijn aangehouden die jarenlang beschermde roofvogels en roofdieren hebben vergiftigd en geschoten?

Ik heb kennisgenomen van het bericht "Jagerstrio zaait jarenlang dood en verderf onder roofdieren" in het Dagblad van het Noorden van 1 juni 2007.


2
Is het waar dat de richtlijn "herziening richtlijn jachtakten" van 19 april 2000 aan de korpschefs nog steeds van toepassing is? Zo ja, deelt u de mening dat het een verouderde richtlijn betreft en dat aanscherping van de richtlijn, mede in het licht van de toenemende agressie tegen beschermde roofdieren, een effectief middel is om bijvoorbeeld roofvogeldoding terug te dringen? Zo ja, op welke wijze en binnen welke termijn wilt u de richtlijn vervangen of aanscherpen. Zo neen, waarom niet en kunt u aangeven op welke wijze u dan de toenemende agressie tegen beschermde roofdieren wilt voorkomen en aanpakken?

Ik neem aan dat u de herziene Richtlijn intrekking jachtakten van 19 april 2000 (Stcrt. 2000, 81) bedoelt. Het gaat hier om een richtlijn inzake de toepassing van bepalingen van de Jachtwet over het intrekken van jachtakten. Desbetreffende bepalingen zijn per 1 april 2002 inhoudelijk vrijwel ongewijzigd opgenomen in de Flora- en faunawet. Hoewel de richtlijn verwijst naar de oude artikelen van de Jachtwet geldt de richtlijn onverminderd voor de intrekking van jachtakten onder het regime van de Flora- en faunawet. Dat geldt ook voor het onderdeel van de richtlijn dat stelt dat op het doden van beschermde vogels intrekking van de jachtakte zou moeten volgen.


1 Dagblad van het Noorden, 1 juni 2007.

Ministerie van Landbouw,
Natuur en Voedselkwaliteit
Directie Juridische Zaken
Team Inrichtingsbeleid en
Natuurbeheer
Bezuidenhoutseweg 73
Postadres: 20401
2500 EK Den Haag
Telefoon: 070- 378 6868
Fax: 070- 378 6127
Telegramadres: Landvis
www.minlnv.nl
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der
Staten-Generaal

Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
6 juni 2007 2060717250 TRCJZ/2007/2306 17 juli 2007 Kamervragen over roofvogelvervolging
(TRC/2007/2761)
Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad

17 juli 2007 TRCJZ/2007/2306 2

Ik heb uw Kamer bij brief van 27 juni 2007 ingelicht over maatregelen om roofvogelvervolging, roofvogeldoding daarbij inbegrepen, door jagers te voorkomen. Eén van de maatregelen betreft het intrekken van jachtakten van jagers die zich schuldig maken aan roofvogelvervolging. Deze maatregel is opgenomen in de Interventiestrategie roofvogelvervolging van het Openbaar Ministerie.

3
Deelt u de mening dat vergunningenhouders, waaronder jachtaktehouders, welke opzettelijk beschermde diersoorten doden en hiervoor veroordeeld zijn, definitief niet meer in het bezit mogen komen van een jachtakte en dat artikel 39, onder H van de Flora- en Faunawet hierop aanpassing behoeft? Zo ja, bent u bereid de richtlijn "herziening richtlijn jachtakte" en artikel 39 onder H van de Flora- en Faunawet conform het gestelde in vraag
4 aan te passen? Zo ja, op welke wijze en binnen welke termijn? Zo neen, waarom niet en kunt u uitleggen waarom u accepteert dat veroordeelde jachtaktehouders nog steeds in het bezit kunnen blijven of kunnen komen van een jachtakte? Neen, op grond van artikel 39, eerste lid, aanhef en onder j, van de Flora- en faunawet wordt een jachtakte geweigerd indien de aanvrager in de twee jaren voorafgaande aan het verzoek tot het verkrijgen van een jachtakte veroordeeld is voor het doden van beschermde dieren. Indien meer dan twee jaar na zo'n veroordeling een verzoek ter verkrijging van een jachtakte wordt gedaan, wordt - zoals bij ieder verzoek - naar de omstandigheden van het geval beoordeeld of tot verlening wordt overgegaan. Een veroordeling in het verleden kan ook dan een verlening van de jachtakte in de weg staan. Ik geef de voorkeur aan deze op het desbetreffende geval toegesneden beoordeling boven het automatisch voorgoed weigeren van een jachtakte na een veroordeling. Het is een algemeen beginsel dat een sanctie in een evenredige verhouding moet staan tot de ernst van de feiten. Overigens kan bij rechterlijke uitspraak de bevoegdheid om te jagen worden ontzegd. In dat geval kan de desbetreffende persoon gedurende de tijd voor welke die bevoegdheid is ontzegd geen jachtakte verkrijgen (zie artikel 39, eerste lid, aanhef en onder i, van de Flora- en faunawet).

Wat betreft het in bezit kunnen blijven van een jachtakte heb ik in het antwoord op vraag
2 aangegeven dat bij roofvogeldoding intrekking van de jachtakte past.

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,
G. Verburg