Vereniging Nederlandse Gemeenten

Financiering wijkaanpak

18.07.2007

De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) is een groot voorstander van de wijkaanpak zoals deze door minister Vogelaar is geïnitieerd. In een aantal wijken in Nederland neemt de kwaliteit van de leefomgeving namelijk zienderogen af. Daar liggen complexe problemen aan ten grondslag die alleen in onderlinge samenhang kunnen worden aangepakt. Onder gemeentelijke regie zullen samen met alle betrokkenen (Rijk, woningcorporaties, buurtbewoners, scholen, politie, ondernemers en maatschappelijke organisaties) deze problemen worden aangepakt. Voor die aanpak is geld nodig.

De VNG vindt dat de 18 gemeenten, waarin de 40 wijken liggen, uitdrukkelijk over een eigen budget moeten kunnen beschikken. Maatwerk op lokaal niveau bepaalt immers of de wijkaanpak succesvol is. De minister voor WWI stelt voor de financiering een publieksinvesteringsfonds voor. De VNG wisselt hier graag haar ideeën over uit met de minister. De VNG eist uit het publiekinvesteringsfonds vrij besteedbare middelen voor de Colleges van de gemeenten. Anders gezegd gemeenten moeten voor het lokaal maatwerk over vrij besteedbare middelen kunnen beschikken. Uiteraard passend binnen de wijkactieplannen die nu worden opgesteld. Wel houden wij daarbij de mogelijkheid open om, onder eindverantwoordelijkheid van de minister, vanuit de VNG mede-bestuursverantwoordelijkheid over dit fonds te dragen.

Voor de financiering van dit fonds wordt door het kabinet uitdrukkelijk gekeken naar het vermogen van de corporaties. Er is door het kabinet nog geen besluit genomen op welke wijze de corporaties moeten bijdragen aan de wijkaanpak. Wij zijn van mening dat als er een heffing komt op het vermogen van de corporaties dit niet ten koste mag gaan van de mogelijkheden van de corporaties om te investeren op lokaal niveau in alle wijken en gemeenten.

Investeren in wonen en leefbaarheid is de kerntaak van de corporaties. De investeringen van corporaties dragen bij aan het realiseren en behouden van goede wijken. We merken in de dagelijkse praktijk dat steeds meer corporaties voluit willen samenwerken met de gemeenten. Dit positieve proces mag niet door een algemene heffing worden doorkruist.

De gelden uit het fonds moeten direct in de geselecteerde wijken en buurten ingezet worden. Het uitgaveritme van de gelden in het fonds moet ons inziens daarom aansluiten bij de behoefte van de gemeenten.

Den Haag, 18 juli 2007