European Union



IP/07/1115

Brussel, 18 juli 2007

Commissie neemt maatregelen om de loonverschillen tussen mannen en vrouwen te verkleinen

De Europese Commissie heeft geconstateerd dat vrouwen in de EU nog steeds gemiddeld 15% minder verdienen dan mannen. In een nieuw verslag, dat vandaag wordt gepubliceerd, worden maatregelen uiteengezet waarmee de EU de loonverschillen kan verkleinen. In die loonverschillen (dat zijn de verschillen tussen de gemiddelde uurlonen van mannen en vrouwen in Europa vóór belasting) is de laatste tien jaar namelijk nauwelijks verandering gekomen. Zij zijn het gevolg van blijvende discriminatie en ongelijkheid op de arbeidsmarkt, waaronder in de praktijk vooral vrouwen te lijden hebben.

"Op school presteren meisjes beter dan jongens, en er komen meer vrouwen dan mannen met een universitair diploma op de arbeidsmarkt, maar vrouwen verdienen nog steeds 15% minder. In deze absurde situatie moet verandering komen", aldus Vladimír Spidla, Europees commissaris voor werkgelegenheid, sociale zaken en gelijke kansen. "De loonverschillen zijn een complex probleem en hebben diverse oorzaken. Soms is het pure discriminatie, maar vaak zijn de redenen niet zo zichtbaar: vrouwen doen meer onbetaald werk (zij doen bijvoorbeeld het huishouden of zorgen voor afhankelijke personen) en werken vaker deeltijds. Bovendien gelden vaak lagere loonschalen in sectoren waar vooral vrouwen werken. De tijd is gekomen om de maatregelen aan te scherpen. De enige manier om te slagen, is mannen en vrouwen, ngo's, sociale partners en overheden bij de maatregelen te betrekken en het probleem op alle niveaus aan te pakken".

Het probleem van de loonverschillen tussen mannen en vrouwen reikt veel verder dan de toepassing van het beginsel van gelijk loon voor gelijk werk. Een van de belangrijkste oorzaken is de verschillende waardering van de competenties van mannen en vrouwen. Werk dat vergelijkbare kwalificaties of ervaring vereist, wordt vaak minder goed betaald wanneer dat werk hoofdzakelijk door vrouwen wordt gedaan. In sommige landen verdienen kindermeisjes bijvoorbeeld minder dan automonteurs, caissières in de supermarkt minder dan magazijnbedienden en verpleegsters minder dan politieagenten.

De loonverschillen zijn ook het gevolg van ongelijkheden op de arbeidsmarkt, waarvan vooral vrouwen het slachtoffer zijn, zoals problemen om werk en gezin te combineren. Vrouwen werken vaker deeltijds en nemen vaker loopbaanonderbreking, en dat heeft negatieve gevolgen voor hun loopbaan. Zij bekleden nog steeds minder managementfuncties dan mannen en stuiten bij hun loopbaanontwikkeling op meer obstakels en weerstand. De loopbaan van vrouwen wordt dus vaker onderbroken, verloopt trager en is korter. Dat heeft als gevolg dat vrouwen minder goed betaald worden dan mannen. Uit de statistieken blijkt dat de loonverschillen groter worden met de leeftijd, de opleiding en het aantal dienstjaren: voor de leeftijdsgroep 50-59 jaar beloopt het loonverschil meer dan 30%, terwijl het voor de leeftijdsgroep onder 30 jaar 7% bedraagt; het verschil bedraagt meer dan 30% voor wie hoger onderwijs heeft genoten en 13% bij mensen met een diploma

lager middelbaar onderwijs; voor werknemers met meer dan 30 jaar dienst in een bedrijf bedraagt het verschil 32%, terwijl het 22% (dus
10% minder) bedraagt voor mensen met één tot vijf jaar anciënniteit in een bedrijf.

In de mededeling wordt voorgesteld om dit probleem op vier fronten tegelijk aan te pakken:

* de bestaande wetgeving beter toepassen (analyseren hoe bestaande wetgeving kan worden aangepast, en aan bewustmaking doen);
* de loonverschillen tussen mannen en vrouwen verkleinen als integrerend deel van het werkgelegenheidsbeleid van de lidstaten (de mogelijkheden van EU-financiering, in het bijzonder van het Europees Sociaal Fonds, ten volle benutten);
* het beginsel van gelijk loon bij de werkgevers bevorderen, met name via maatschappelijke verantwoordelijkheid;
* de uitwisseling van goede praktijken in de EU ondersteunen en de sociale partners bij de maatregelen betrekken.

De kloof tussen mannen en vrouwen dichten is één van de belangrijkste doelstellingen van de "routekaart voor de gelijkheid van vrouwen en mannen 2006-2010". Uit een Eurobarometer-enquête van januari 2007 is bovendien gebleken dat een grote meerderheid van de Europeanen vindt dat meer vrouwen managementfuncties (77%) moeten bekleden en dat er meer vrouwelijke parlementsleden (72%) moeten komen. 68% van de Europeanen vindt dat gezinstaken vrouwen hinderen bij het opklimmen tot een managementfunctie; 47% is van mening dat vrouwen met dezelfde kwalificaties minder kans maken dan mannen om te worden bevorderd. In de mededeling worden de oorzaken van de loonverschillen tussen mannen en vrouwen geanalyseerd en wordt vastgesteld wat op EU-niveau kan worden ondernomen. Aan de loonverschillen kan alleen iets worden gedaan wanneer op alle niveaus wordt opgetreden, wanneer alle belanghebbenden bij de maatregelen worden betrokken en aan alle oorzaken aandacht wordt besteed.