D66

Teleurstelling over uitblijven registratie homofoob geweld

17 juli 2007

Het kabinet is niet bereid een specifiek registratiesysteem in te voeren voor delicten met een homofobe achtergrond. Dat schrijven de ministers Plasterk en Hirsch Ballin als antwoord op Kamervragen van D66 Kamerlid Boris van der Ham naar aanleiding van het toenemende geweld tegen homo's in Amsterdam. `Teleurstellend, want een voorstel van D66 om homofoob geweld apart te registreren is een jaar geleden door een ruime Kamermeerderheid aangenomen'.

Wel doen de bewindslieden voorstellen om het huidige systeem te verbeteren, bijvoorbeeld door de invoering van specifieke vragen in standaard vragenlijsten. Ook zal in een nieuw bedrijfsprocessensysteem van het openbaar ministerie voor elk delict een zogenaamde maatschappelijke classificatie aangegeven kunnen worden. `Dat zijn zeker stappen in de goede richting, maar het is zo jammer dat dit nu pas gebeurt, terwijl de Kamer zich hier al in mei 2006 over uitgesproken heeft', aldus Van der Ham.

Verder is de D66-er teleurgesteld omdat de regering verzuimt harde toezeggingen te doen over het landelijk monitoren van homofoob geweld. Van der Ham: `Van een paar grote steden kennen we de cijfers, maar het zou juist goed zijn plaatselijke en regionale cijfers met elkaar te vergelijken om daar conclusies uit te kunnen trekken. Waar gaat het goed? Waar kan het beter? Wat zijn de zogenaamde best practices en wat kunnen we leren van elkaar? Zijn de geweldsexcessen in Amsterdam een uitzondering of is dit een landelijk probleem? Dat zijn vragen waar ik graag antwoord op zou willen. De bewindslieden zeggen in antwoord op mijn vragen toe in overleg te zullen treden met de politie, maar ik vind de tijd van overleggen voorbij. Het probleem is te urgent om weer een nieuwe ronde van praten, voelen en aftasten in te gaan er moet nu echt wat gebeuren. Daar zal ik dit kabinet op aan blijven spreken.'
---