Chronisch zieken en Gehandicapten Raad Nederland

Algemeen Overleg in de Tweede Kamer over Passend Onderwijs 5 juli 2007: Uitbreiding Wet Gelijke Behandeling toegezegd

Lees de gehele pagina voor of selecteer een gedeelte van de tekst om t e laten voorlezen

Over gebrek aan belangstelling hadden staatssecretaris Dijksma en de leden van de vaste commissie OCW niet te klagen toen zij op donderdag 5 juli 2007 (nog net voor het reces) spraken over Passend Onderwijs: de publieke tribune zat stampvol.

Het langverwachte kamerdebat leverde van de afgevaardigden van PvdA, SP, CDA, Christen Unie, Groen Links en VVD een veelheid van vragen op naar aanleiding van de brief van staatssecretaris Dijksma. (LINK Brief staatssecretaris) De staatssecretaris zegde een invoeringsplan in oktober toe, waarin ze concretere ingaat op een aantal van deze vragen. Dit invoeringsplan moet ook duidelijkheid geven over extra financiële middelen die beschikbaar komen met Prinsjesdag; die verwachting werd althans gewekt door mevrouw Dijksma. De verschillende onderwijsorganisaties en ook de ouderorganisaties (LINK Brief CG-Raad) hadden gepleit voor extra middelen. Passend Onderwijs, waarin een passend onderwijsarrangement voor iedere leerling wordt gegarandeerd, kan volgens de organisaties niet worden ingevoerd zonder extra geld. De kamer beaamde dat en constateerde een spanning tussen enerzijds het kind centraal stellen en anderzijds het budget in de hand willen houden.

Zorgen van ouders

Ook de zorgen van ouders kregen gehoor. Men pleitte voor versterking van de positie van de ouders. De PvdA deed dat door te benadrukken dat er draagvlak bij ouders moet zijn voor passend onderwijs: zij zijn de belangrijkste stakeholders. Aangegeven werd dat mondige ouders vaak worden gezien als lastpakken. Versterken van de positie van ouders is belangrijk in verband met de totstandkoming van het handelingsplan en het voorkomen van verwijzingen naar het speciaal onderwijs. Ouders hebben daarom een onafhankelijke belangenbehartiger nodig, aldus de PvdA. De SP refereerde met instemming aan de brief van de CG-Raad, waarin wordt gepleit voor een onafhankelijke ouderondersteuner naast de reeds bestaande onderwijsconsulenten. Het CDA vroeg zich af of versterking van de ouders via medezeggenschap voldoende was. Groen Links verwoordde een belangrijke zorg van de ouders: wie bepaalt er wat passend onderwijs is: de school of de ouders? Daarna vroeg Groen Links de staatssecretaris hoe zij staat tegenover uitbreiding van de Wet Gelijke Behandeling op grond van handicap of chronische ziekte naar basis- en voortgezet onderwijs. De staatssecretaris gaf daarop aan dat zij diezelfde dag samen met haar collega Bussemakers van VWS, een brief naar de kamer had gestuurd waarin zij samen het voornemen voor uitbreiding van de wet kenbaar maken. Hierop werd door de verschillende fracties zeer verheugd gereageerd.

Harde eis

De afschaffing van de gedwongen winkelnering van de ambulante begeleiding bij de LGF, door de PvdA als 'harde eis' naar voren gebracht, haalde het niet in dit stadium. De staatssecretaris staat een proces voor, waarbij geen brokken worden gemaakt en waarvoor voldoende draagvlak behouden moet worden. Wel stelde ze voor op basis van de huidige structuur verbeteringen aan te brengen. De Christen Unie uitte zijn zorg over het verschuiven van middelen vanuit de rugzak naar preventieve ambulante begeleiding (PAB). Dit kan tot gevolg hebben dat er minder beschikbaar is voor kinderen die het stadium van PAB voorbij zijn. De staatssecretaris beloofde een aantal scenarios uit te gaan werken. In oktober wordt het invoeringsplan toegestuurd aan de kamer. Vanaf halverwege 2008 wordt gewerkt aan het wetgevingstraject. Ervaringen vanuit experimenten worden hierin verwerkt. De wet zou vervolgens in 2011 moeten ingaan.

Ellen Visser, met dank aan Albert Boelen (WEC Raad)

(Geplaatst: 16 mei 2007)

---