Senaat verheldert mandaat uitzending militairen
woensdag 11 juli 2007
De Eerste Kamer heeft in een debat met de ministers Verhagen van
Buitenlandse Zaken en Van Middelkoop van Defensie afgelopen maandag en
dinsdag de regeringsopvatting verhelderd over het volkenrechterlijk
mandaat bij uitzending van militairen. Na het debat met de regering
dit voorjaar naar aanleiding van de regeringsverklaring, had de senaat
zich voorgenomen hierover te discussiëren met beide bewindspersonen.
Een aantal fracties had vooraf vragen gesteld en de beantwoording van
de regering
Voor vragen over dit pdf-document kunt u contact opnemen met de
redactie van deze website: telefoon 070-3129200; e-mail
cip@eerstekamer.nl. U kunt ook via het reageerformulier een bericht
sturen aan de Redactie.
vormde de basis voor het debat. Tegelijkertijd verscheen er een
regeringsnotitie over dit onderwerp dat ook in het debat aan de orde
kwam. CDA-senator Russell constateerde in de tweede termijn dat er een
redelijke consensus bestaat in de senaat over het mandaat bij
toekomstige uitzendingen.
Onderzoek
Mede door een petitie die vorige week werd aangeboden aan de
voorzitter van de commissie voor Buitenlandse Zaken, Defensie en
Ontwikkelingssamenwerking, De Graaf, werd door buitenstaanders de druk
op senatoren opgevoerd om een parlementaire enquête te starten naar de
steun en betrokkenheid van Nederland aan de oorlog in Irak. Hoewel die
steun als casus wel aan de orde kwam in het debat, voelt een ruime
meerderheid van de Eerste Kamer op dit moment niet voor een
parlementaire enquête. PvdA-senator De Vries zei hierover: Een enquête
hoor je grondig voor te bereiden. Wij zien niet op tegen een besluit
hierover, maar je kunt niet zomaar zeggen 'ik wil een onderzoek'. Je
moet eerst duidelijkheid hebben over wat je precies te weten wilt
komen. Formuleer de vragen die je beantwoord wilt zien en kijk of je
daar overeenstemming over kunt bereiken in de senaat. Wellicht wil de
regering die vragen wel beantwoorden zonder enquête. SP-senator
Vliegenthart had even daarvoor aangekondigd na de zomer een separaat
debat hierover te willen voeren. CDA-woordvoerder Russell begreep
niets van dat voornemen: Het debat van vandaag laat niets aan
duidelijkheid te wensen over. Wat wilt u nog meer weten om nu al een
enquête te vragen? Dit is toch het moment? De SP wil echter de tijd
nemen om een dergelijk debat degelijk voor te bereiden en bleef haar
standpunt. Zij kreeg daarbij steun van de fracties van GroenLinks, D66
en de Partij voor de Dieren.
Expliciet
Op een vraag van mevrouw Böhler (GroenLinks) antwoordde Verhagen dat
ook hij de voorkeur geeft aan een expliciete vermelding in
VN-resoluties van de mogelijkheid van militair ingrijpen. Als dat er
niet in staat mag dat geen vrijbrief zijn om dat te doen, aldus de
CDA-minister. Maar, zo nuanceerde hij zijn standpunt hierover: soms
formuleert de Veiligheidsraad bewust een resolutie vaag en moeten
lidstaten zelf de betekenis ervan interpreteren en dat kan leiden tot
een politieke beslissing om tot militair ingrijpen over te gaan. De
resolutie biedt dan impliciet de rechtvaardiging daarvoor. Verhagen
benadrukte verder dat hoewel politieke steun aan militair ingrijpen
iets anders is dan de feitelijke deelname daaraan, de rechtmatige
grondslag daarvoor hetzelfde kan zijn. De regering moet kunnen
besluiten tot politieke steun zonder daadwerkelijk militairen uit te
zenden, als andere landen daarvoor bijvoorbeeld beter zijn toegerust,
aldus de minister.
Eerste Kamer der Staten Generaal