abcdefgh
De voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Binnenhof 4
2513 AA DEN HAAG
Contactpersoon Doorkiesnummer
- -
Datum Bijlage(n)
12 juli 2007 1
Ons kenmerk Uw kenmerk
DGP/SPO/U.07.01113 -
Onderwerp
Trendanalyse spoorwegveiligheid 2006
Geachte voorzitter,
Hierbij ontvangt u het rapport "Trendanalyse 2006. Trends in de veiligheid van het
spoorwegsysteem in Nederland", zoals dat is uitgebracht door de Inspectie Verkeer en
Waterstaat. In deze brief ga ik in op een aantal in het rapport gesignaleerde trends in de
spoorveiligheid in het jaar 2006.
Achtergrond
De trendanalyses worden opgesteld door de Inspectie Verkeer en Waterstaat. De
rapportage verschijnt jaarlijks in het tweede kwartaal en heeft betrekking op de staat van
de spoorwegveiligheid van het afgelopen kalenderjaar. De nu voorliggende trendanalyse
2006 is de zesde rapportage die de Tweede Kamer in deze vorm ontvangt.
De Trendanalyse is de jaarlijkse evaluatie van het vigerende railveiligheidsbeleid. De
Trendanalyse geeft een beeld van de veiligheid op het spoor aan de hand van parameters
omschreven in de tweede kadernota railveiligheid: "Veiligheid op de Rails". Centraal in
het railveiligheidsbeleid staan de risicodragers. Voor elke risicodrager is in de tweede
kadernota "Veiligheid op de Rails" een ambitie benoemd. De Trendanalyse geeft aan in
hoeverre een ambitie behaald is en welke trends zijn waar te nemen. Om een trend te
bepalen, moet gekeken worden naar meerdere jaren. Het beeld wordt anders sterk
bepaald door eenmalige gebeurtenissen. Bij de trendanalyses wordt gewerkt met
vijfjaargemiddelden.
Ministerie van Verkeer en Waterstaat Telefoon 070 - 351 6171
Postbus 20901 2500 EX Den Haag Fax 070 - 351 7895
Bezoekadres : Plesmanweg 1-6, Den Haag Internet www.minvenw.nl
Bereikbaar met tramlijn 9 of bus 22 vanaf station CS of met tramlijn 9 vanaf station HS
DGP/SPO/U.07.01113
Het algemene beeld over 2006 is positief ten aanzien van de veiligheid op het spoor en
resultaten van het beleid. Er is geen aanleiding het railveiligheidsbeleid zoals nu verwoord
in de nota `Veiligheid op de Rails' te wijzigen.
Ondanks deze positieve constatering zullen alle partijen binnen het spoorsysteem alert
moeten blijven op nieuwe of onvoldoende onderkende risico's. Het is om deze reden dat
de Inspectie Verkeer en Waterstaat een bredere taak heeft dan de beoordeling van het
vigerende beleid. Zij beoordeelt het veiligheidsniveau in algemene zin. Haar bevindingen
rapporteert zij in het Jaarbericht. Het Jaarbericht zal omstreeks deze tijd gepubliceerd
worden. Het spreekt voor zich dat ook de conclusies uit het Jaarbericht meetellen in de
bijsturing van het railveiligheidsbeleid.
Naar aanleiding van deze Trendanalyse wil ik voor een aantal specifieke onderwerpen kort
uiteenzetten welke concrete beleidsinzet hiervoor gekozen is.
Ongevallen met letsel (paragraaf 3, pagina 12)
Opvallend positief is de ontwikkeling ten aanzien van het aantal ongevallen waar
overweggebruikers bij betrokken zijn. De doelstelling voor 2010 is bereikt (een
vijfjaarsgemiddelde van maximaal 24 dodelijke slachtoffers). Voor een belangrijk deel is dit
toe te schrijven aan de ombouw van AKI's (automatische knipperlichtinstallaties) naar
mini-AHOB's (automatische halve overweg bomen). In december 2006 is het
ombouwprogramma afgesloten met de formele ombouw van de laatste AKI. Een verdere
daling van het aantal overwegslachtoffers voor de komende jaren is onzeker. Door de
intensivering van het weg- en treinverkeer is zelfs een toename van het aantal
overwegbotsingen niet uit te sluiten.
Het beleid ten aanzien van overwegveiligheid is op 25 en 26 april uitgebreid met u
besproken. U hebt uw tevredenheid uitgesproken over de bereikte doelen. Ik wil nogmaals
benadrukken dat de sterke betrokkenheid van de Tweede Kamer bij dit onderwerp van
groot belang is geweest voor het realiseren van de huidige aanpak. Bij het beoordelen van
de veiligheidssituatie op spoorwegovergangen zal de wegbeheerder een integrale
risicoanalyse van de lokale verkeerssituatie maken aan de hand van het format dat door de
Inspectie ontwikkeld is. De Inspectie zal de door wegbeheerders verrichte risicoanalyses
beoordelen. In het geval de selectieve sluiting een zelfde veiligheidsniveau kan geven, zal
ik onderzoeken in hoeverre ik additionele middelen kan vrij maken voor een
tegemoetkoming in de kosten die de wegbeheerder moet maken bij een selectieve
sluiting.
Minder positief is de ontwikkeling ten aanzien van het personeel. Het risico voor
baanwerkers blijft hardnekkig op een te hoog niveau. Hoewel de absolute aantallen laag
zijn en trendontwikkeling niet negatief, is het risico voor de beroepsgroep hoog in
vergelijking met andere beroepen. Het risico bevindt zich structureel boven de
streefwaarde voor het maximaal aanvaardbare risico. Dit onderwerp wordt nauwlettend
door mijn Inspectie gevolgd. ProRail probeert bijvoorbeeld door het automatiseren van het
schouwen (videoschouwen) en verdere verbetering van de planning van treinvrije
perioden het aantal baanwerkers in risicoposities te verminderen.
---
DGP/SPO/U.07.01113
De ambitie voor het aantal dodelijke slachtoffers onder de reizigers wordt sinds 1995
gerealiseerd. Ten aanzien van het aantal gewonden is een negatieve trend waarneembaar,
voornamelijk in het aantal licht gewonden.
Indicatoren veiligheid reizigersvervoer (paragraaf 4, pagina 26)
Voor de indicatoren zijn geen ambities geformuleerd. Een indicator geeft een potentieel
risico weer. De trend van een indicator geeft een aanwijzing voor mogelijke ontwikkeling
van de risico's. (zie paragraaf 2, pagina 8). Van de acht gehanteerde indicatoren voor de
veiligheid van het reizigersvervoer, scoren er drie neutraal, drie positief en twee negatief.
Negatief scoren de indicatoren "Botsing na passage rood sein" en "Ontsporing van een
reizigerstrein met letsel in de trein". Opgemerkt moet worden dat het deze laatste gaat
om rekenkundig kleine aantallen met daardoor een grote spreiding in de uitkomsten.
Indicatoren veiligheid goederenvervoer (paragraaf 5, pagina 35)
De veiligheid van het goederenvervoer is vooral van belang voor de externe veiligheid.
Met name het vervoer van gevaarlijke stoffen is hierbij van belang. In Nederland is in de
laatste 20 jaar niemand omgekomen ten gevolge van het vervoer van gevaarlijke stoffen
per trein. Het potentiële gevolg van een ernstig ongeval is echter groot. Om toch een
beeld te verkrijgen van de risico's, wordt gebruik gemaakt van een aantal indicatoren
specifiek voor de veiligheid van het vervoer van goederen en gevaarlijke stoffen. In de
beschikbare gegevens speelt, meer nog dan in het personenvervoer, dat het aantal
relevante cijferreeksen klein is: wederom kleine aantallen met een grote spreiding.
Indicatoren Europese veiligheidsrichtlijn (paragraaf 6, pagina 38)
Het gaat hierbij om ontwikkelingen in enkele typen incidenten, die niet tot ongevallen of
letsel hebben geleid, maar die wel relevant zijn voor de veiligheid. In de opzet wordt
aangesloten bij de toekomstige Europese Veiligheidsrichtlijn. In de rapportage wordt een
voorlopige definitie aangehouden. Het gaat hierbij om: infrastructuurdefecten, roodsein
passages, materieelgebreken, vandalisme en technische veiligheid infrastructuur.
Opvallend waren de spoorspattingen, de ultrasoon gebreken, de roodsein passages en het
vandalisme.
Twee spoorspattingen hebben geleid tot ontsporingen, diverse andere spoorspattingen
zijn tijdig gesignaleerd zodat incidenten voorkomen konden worden. De Inspectie heeft de
voorvallen onderzocht en ProRail op de beheersing van een aantal processen
aangesproken. ProRail heeft naar aanleiding hiervan in haar veiligheidsagenda
maatregelen genomen om in de toekomst vergelijkbare situaties te voorkomen. Ik zal via
de Inspectie Verkeer en Waterstaat de uitwerking hiervan nauwlettend volgen. Naast de
twee genoemde onderzoeken, bekijkt de IVW of het aantal spoorspattingen in Nederland
in 2006 in vergelijking tot het buitenland uitzonderlijk hoog was. Verwacht wordt dat dit
onderzoek nog in 2007 wordt afgerond. Zodra hierover meer bekend is, zal ik u daarvan
in kennis stellen en aangeven of, en zo ja welke, maatregelen genomen zullen worden.
---
DGP/SPO/U.07.01113
Het aantal ultrasoon gebreken is sterk toegenomen. De toename wordt vooral
waargenomen in de minst ernstige klasse. Door de tijdige signalering en snel ingrijpen kan
voorkomen worden dat deze kunnen uitgroeien tot ernstige gebreken. De meest ernstige
klasse laat een gestage daling in aantal zien. Het risico op spoorstaafbreuken blijft hiermee
beheersbaar. Vooralsnog is hier geen verdergaande beleidsinzet op noodzakelijk.
De term vandalisme omvat op het spoor een breed scala van incidenten. De (potentiële)
gevolgen kunnen sterk verschillen. Het aantal bijna aanrijdingen of schade door
vandalisme is de laatste jaren niet toegenomen.
Het aantal roodsein passages liet in 2005 een daling zien ten opzichte van voorgaande
jaren. In 2006 is het aantal echter weer toegenomen. Het aantal niet-technische roodsein
passages in 2006 was 292. Dit is 42 meer dan in het jaar daarvoor. De stijging vond vooral
plaats bij het goederenvervoer. Het vijfjaarsgemiddelde is vrijwel constant. Het is nog te
vroeg om te spreken van een trendbreuk. Het vijfjaarsgemiddelde in het aantal botsingen
na roodsein passage is eveneens iets toegenomen. Naar aanleiding van de toename in het
aantal roodsein passages heeft de spoorbranche extra maatregelen getroffen. Hierover
heb ik u 6 februari 2007 (29 893, nr 42) geïnformeerd. Verwacht kan worden dat deze
nieuwe initiatieven nog in de loop van dit jaar resultaten zullen opleveren. De Inspectie
Verkeer en Waterstaat doet verder onderzoek naar de achterliggende oorzaken van STS-
en. In het najaar zal ik, ingeval de resultaten daar aanleiding toe geven, melden welke
aanvullende maatregelen genomen worden. Uit onderzoek van de IVW is gebleken dat er
een verband is tussen het optreden van STS-en en het vertrekken van een trein op geel
sein, daarachter gevolgd door een rood sein (nog op het stationsemplacement).
Ik ga ervan uit u met het bovenstaande voldoende inzicht te hebben gegeven in de staat
van de spoorwegveiligheid en de belangrijkste conclusies uit de trendanalyse over 2006.
Hoogachtend,
DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT,
Camiel Eurlings
---
Ministerie van Verkeer en Waterstaat