European Union



Meer dan 1 700 verdachten aangehouden in Europa in 2005: het tweede verslag van de Commissie bevestigt de doeltreffendheid van het Europees aanhoudingsbevel

De Commissie heeft haar tweede evaluatieverslag bekendgemaakt over de stand van omzetting van het kaderbesluit van 13 juni 2002 betreffende het Europees aanhoudingsbevel en de procedures van overlevering tussen de lidstaten. Dit verslag betreft de jaren 2005, 2006 en 2007. Het verslag vestigt de aandacht op het veelvuldig gebruik van dit instrument en brengt de goede praktijken van de lidstaten in kaart alsook de moeilijkheden die in een aantal nationale wetgevingen nog bestaan met betrekking tot de omzetting van het Europees aanhoudingsbevel.

Vicevoorzitter Franco Frattini, die is belast met justitie, vrijheid en veiligheid, stelt verheugd vast dat: "Het Europees aanhoudingsbevel de eerste tastbare toepassing vormt van het beginsel van wederzijdse erkenning van rechterlijke beslissingen. Dit instrument is ontegenzeglijk een succes wanneer men in ogenschouw neemt dat de termijnen voor de procedures voor overlevering van door justitie gezochte personen aanzienlijk zijn verkort. Dit succes kan worden afgemeten aan het gebruik van dit instrument door de nationale autoriteiten." Hij voegt daaraan toe: "Het is niettemin belangrijk de nog bestaande tekortkomingen bij de tenuitvoerlegging van het kaderbesluit zo spoedig mogelijk weg te werken."

In de meeste landen is een van de opvallendste voordelen van het Europees aanhoudingsbevel dat de termijnen voor overleveringsprocedures aanzienlijk zijn verkort in vergelijking met de klassieke uitleveringsprocedures. Wanneer de persoon niet instemt met zijn overlevering, is een overleveringsverzoek gemiddeld in minder dan zes weken uitgevoerd. Wanneer de persoon instemt met zijn overlevering, bedraagt de gemiddelde overleveringstermijn elf dagen. Bij de oude uitleveringsprocedure konden uitleveringsverzoeken echter meer dan een jaar aanslepen.

Het succes van dit instrument blijkt ook uit het feit dat er per jaar steeds meer Europese aanhoudingsbevelen worden uitgevaardigd. In 2005 zijn er in vergelijking met 2004 dubbel zoveel Europese aanhoudingsbevelen uitgevaardigd (meer dan 6 900^ ); dit heeft geleid tot de opsporing en aanhouding van 1 700 personen. Van deze 1 700 personen zijn er 1 532 overgeleverd.

Alle grondwettelijke problemen in Duitsland, Polen en Cyprus met betrekking tot de omzetting van het kaderbesluit zijn intussen opgelost. Deze moeilijkheden betroffen de overlevering van personen die de nationaliteit bezaten van de uitvoerende staat. Ofschoon de overlevering van eigen onderdanen door deze staten nog steeds aan bepaalde voorwaarden is onderworpen, is het Europees aanhoudingsbevel vandaag opnieuw operationeel in de 27 lidstaten.

De tekortkomingen die de Commissie bij de eerste evaluatie van de omzetting van het kaderbesluit door de lidstaten aan het licht had gebracht, zijn tot nu toe echter nog steeds niet weggewerkt. Om meer te weten te komen over de activiteiten van vicevoorzitter Frattini, kunt u zijn website raadplegen:

http://www.ec.europa.eu/commission_barroso/frattini/index_fr.htm..
---

Voor 2005 hebben 23 lidstaten cijfers meegedeeld (COPEN 52 REV 4 en COPEN 52 REV 5 van 18 januari 2007).