Gemeente Hoorn


West-Friese jongeren sporten meer en roken minder

10 juli 2007 - West-Friese jongeren kennen aan hun leven gemiddeld een dikke acht toe. Ze hebben voldoende vrienden en de band met hun ouders is goed. Vergeleken met vier jaar geleden doen meer West-Friese jongeren aan sport, terwijl landelijk gezien de jeugd juist minder sport. Minder jongeren roken of drinken op jonge leeftijd. Ook worden minder overtredingen gepleegd, wordt er minder gespijbeld en neemt het pesten op school af.

Dit zijn enkele resultaten uit de Tweede West-Friese Jeugdmonitor onder tien- tot en met vijftienjarigen. Het eerste exemplaar van de rapportage is donderdag 5 juli aangeboden aan de wethouders jeugd en welzijn van de negen West-Friese gemeenten, die de opdrachtgevers van de jeugdmonitor zijn. Dit periodieke onderzoek onder de jeugd van West-Friesland gaat in op onder meer de schoolsituatie, sociale contacten, vrijetijdsbesteding, psychische en lichamelijke gezondheid en veiligheid. Van de benaderde jeugd deed 83 procent mee, ofwel bijna zesduizend jongeren. De jeugdmonitor is uitgevoerd door onderzoeksbureau I&O Research.

Minder gunstig

Op een aantal terreinen is de situatie van met name allochtone jongeren en jongeren uit eenoudergezinnen minder gunstig. Veel minder jongeren doen aan sport en zijn lid van een vereniging. Gebruik van drugs en alcohol komt meer voor onder jongeren uit eenoudergezinnen. Onder allochtone jongeren komt dit juist minder voor. Jongeren uit eenoudergezinnen beoordelen hun kwaliteit van leven met een gemiddeld lager cijfer en meer van hen maken zich zorgen over de toekomst. Zowel allochtone jongeren als jongeren uit eenoudergezinnen hebben vaker niemand met wie ze over problemen kunnen praten. Onder deze groepen komt het ook vaker voor dat er bij thuiskomst uit school niemand is om hen op te vangen.

Roken en alcohol

Van de kinderen tussen tien en elf jaar heeft nog bijna niemand alcohol gedronken. Vanaf dertien jaar neemt het aantal drinkers snel toe: van de vijftienjarigen drinkt bijna driekwart wel eens alcohol. Vergeleken met de vorige meting in 2002 zijn deze percentages afgenomen, maar wel drinkt een aanzienlijk deel van de jongeren regelmatig en in grote hoeveelheden. Er is dus wel degelijk sprake van problematisch alcoholgebruik. Opvallend hierbij is dat de meerderheid van de jongeren zegt dat hun ouders het alcoholgebruik goedkeuren.

Steeds minder West-Friese jongeren roken: 11 procent van de twaalf- tot vijftienjarigen rookte drie jaar geleden wel eens, tegen 7 procent nu. Ook is het middelengebruik afgenomen: 8 procent van de jongeren heeft wel eens drugs gebruikt, meestal hasj of wiet.

Ouders staan afwijzender tegenover roken en middelengebruik dan tegenover alcoholgebruik.

Wensenlijst

Een op de vijf jongeren vindt dat de gemeente niet genoeg doet voor de jeugd, maar in vergelijking met vier jaar geleden zijn ze beter te spreken over het voorzieningenaanbod in hun gemeente.

De jongeren missen vooral uitgaansgelegenheden en andere plekken waar ze kunnen samenkomen. Voldoende sport- en spelmogelijkheden staan bovenaan hun wensenlijst. Ook de veiligheid in de buurt vinden ze een belangrijk punt waarmee het gemeentebestuur aan de gang zou moeten.