Provincie Zuid-Holland

Stuurgroep RijnGouwelijn zet vraagtekens bij alternatief Leiden 06-07-2007

De stuurgroep RijnGouwelijn zet vraagtekens bij het alternatief dat de gemeente Leiden nu op tafel legt voor het tracé van de RijnGouwelijn door de Leidse Breestraat. De stuurgroep is van mening dat dit alternatief nog niet voldoet aan de eerder geformuleerde uitgangspunten. Martin Huls, voorzitter van de stuurgroep: "Leiden moet de komende tijd uitleggen hoe het alternatief voor de Hooigracht / Langegracht er precies uit moet zien. Positief is wel, dat er nu een alternatief ligt. Maar eerst kiezen voor een busverbinding en later voor rails betekent: twee keer kosten maken. Daar zijn we niet voor, en daar is geen geld voor beschikbaar."

Het voorstel van Leiden is vrijdag gepresenteerd in de stuurgroep RijnGouwelijn als bredere visie op het openbaar vervoer voor de stad. Wethouder Steegh van Leiden presenteerde als alternatief voor de Breestraat een buscorridor over de Hooigracht / Langegracht. Bij gebleken succes kunnen volgens hem dan later alsnog rails worden aangelegd.

In het coalitieakkoord van de provincie is echter afgesproken dat de RijnGouwelijn een doorgaande railverbinding moet zijn. In mei schreven Gedeputeerde Staten een brief aan B&W van Leiden waarin zij stelden dat het alternatief aan duidelijke randvoorwaarden moet voldoen: het moet voorzien in een doorgaande lightrail-verbinding van Gouda naar de kust en via de binnenstad van Leiden lopen. Ook de stuurgroep, waar alle gemeenten langs de lijn in vertegenwoordigd zijn, deelt het uitgangspunt dat de RijnGouwelijn vanaf de start een doorgaande lijn moet zijn van oost naar west. Verder moet het alternatief acceptabel zijn voor het Rijk in verband met de geplande rijksbijdrage van 140 miljoen euro.

De stuurgroep dringt aan op een gesprek tussen de provincie Zuid-Holland en de gemeente Leiden over het gepresenteerde alternatief. In dit gesprek moet er een duidelijk antwoord komen op vragen rond reizigersaantallen, extra kosten en exploitatie. Als blijkt dat er extra kosten zijn is de stuurgroep van mening dat die voor rekening komen van de gemeente Leiden. Tot het moment dat er overeenstemming bestaat over een alternatief blijft het uitgangspunt van een ongedeelde lijn door de Breestraat gehandhaafd, aldus de stuurgroep.

Achtergrond
Uit een referendum eerder dit jaar bleek, dat de Leidse bevolking niet wil dat de gemeente meewerkt aan de RijnGouwelijn door de stad. De provincie Zuid-Holland heeft de gemeente daarop tijd gegeven om over alternatieven na te denken. Over het voorliggende alternatief zal het college van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland zich de komende weken buigen, en uiterlijk 17 juli met een standpunt naar buiten komen. Het college heeft Provinciale Staten (PS) toegezegd om in oktober een planning voor de RijnGouwelijn te presenteren.

RijnGouwelijn
De RijnGouwelijn is ingegeven door de wens goed openbaar vervoer te ontwikkelen op locaties waar de mobiliteit het hardste groeit. Uit studies blijkt dat de beste optie voor de RijnGouwelijn een doorgaande tramverbinding tussen Gouda en Katwijk/Noordwijk is, door de binnenstad van Leiden, met lightrail-materieel. In 2005 tekenden de betrokken overheden een eerste bestuursovereenkomst voor dit plan. Daarna rezen in Leiden twijfels over het tracé door de Leidse binnenstad.

Het project bestaat uit een oostelijk en een westelijk deel. Het deel Gouda - Leiden is grotendeels bestaand spoor. Het gedeelte Leiden - Katwijk/Noordwijk moet nieuw worden aangelegd. Het oostelijk deel van de lijn eindigt nabij het transferium aan de A44 in Oegstgeest, en omvat dus het gedeelte door de binnenstad van Leiden.

Zie voor meer informatie over de RijnGouwelijn www.rijngouwelijn.nl.

Bron: Communicatie 070 - 441 66 22.