Vereniging Bedrijfsleven Curaçao
Onderwerpen Persconferentie VBC d.d. 5 juli 2007 en standpunten VBC
1. Bezoldiging,- Uitkering,- Pensioenregeling Eilandsraadleden Curaçao
De regeling moet door de nieuw aangetreden Eilandsraad vanwege
onderstaande punten opnieuw aan de orde worden gesteld en worden
aangepast respectievelijk terug worden gedraaid. Er moet niet gewacht
worden op de Gouverneur. Politieke partijen moeten nu kleur bekennen.
Met name de aan de macht zijnde politieke partijen. Achter de rug
schuilen van de Gouverneur is laf.
1. Gedeputeerden en leden van de Eilandsraad hebben recht op een
goede bezoldiging en pensioenregeling echter deze dient in lijn te
zijn met hetgeen maatschappelijk aanvaardbaar is;
2. De thans door de meerderheid van de Eilandsraad goedgekeurde
regeling is ondeugdelijk, onbehoorlijk, onverantwoord en
willekeurig (een dag voor wisselen van de wacht doorheen drukken
van het voorstel, geen gedegen financiële onderbouwing en
financiering, in strijd met regeling versterking budgetdiscipline,
niet marktconform);
3. Pensioenpremies storten in een fonds. Uitkeringen moeten uit dit
fonds worden gefinancierd en niet uit de algemene middelen
4. In de uitkeringsregeling moet een minimum tijdsperiode worden
ingebouwd. Niet reeds na 1 dag in aanmerking komen voor een
uitkering van een jaar.
5. De VBC herhaalt haar standpunt dat de huidige regeling van de
politieke gezagdragers (Ministers, Statenleden, Gedeputeerden,
Eilandsraadleden ander eilanden dan Curaçao) aangepast moet worden
omdat deze bovenmatig is en niet marktconform
6. Indien derden b.v. ambtenaren een soortgelijke regeling via b.v.
het gerecht afdwingen dan zullen financiële en economische
gevolgen voor de Curaçaose samenleving zeer ernstig zijn.
2. Politieke benoemingen / Rapport ARNA
Naar oordeel van de VBC dient op basis van o.a. de bevindingen van
de ARNA
door het Openbaar Ministerie een onderzoek te worden verricht of
er sprake is
van strafbare handelingen en/of er mogelijke gronden aanwezig zijn
op tot
vervolging van bestuurders over te gaan die zich hieraan schuldig
hebben
gemaakt.
Dit oordeel is gebaseerd op de volgende overwegingen:
Het overheidsapparaat wordt willens en wetens door politieke
gezagdragers misbruikt om zichzelf en hun politieke vrienden te
verrijken. Politieke benoemingen worden als normaal beschouwd en het
overheidsapparaat wordt als banen verschaffend en werkgarantie
verstrekkend instituut ge(mis)bruikt. Geheel ten onrechte omdat het
overheidsapparaat niet hiervoor is ingesteld, maar om optimale service
te verlenen aan de samenleving. Deze taak wordt thans schromelijk
verwaarloosd en genegeerd.
Uit het ARNA rapport blijkt dat in de periode 2003-2006 maar liefst
353 personen in het apparaat zijn benoemd a rason van Na f 35 miljoen
terwijl sprake was van een absolute personeelstop. Ook in 2007 heeft
deze praktijk zich voortgezet. Het is vrijwel zeker dat deze aantallen
en bedragen hoger zijn.
Het is goed om te beseffen dat gedurende deze periode de volgende
politieke partijen Curaçao hebben geregeerd: FOL, PNP, PLKP, PAR, MAN,
LNPA, MKP en MSL. Blijkbaar hebben allen zich bediend van praktijken
die niet anders omschreven kunnen worden als hoogst ondeugdelijk,
onbehoorlijk, onverantwoord en volstrekt willekeurig bestuur. De ARNA
constateert dat sprake is van ONRECHTMATIGHEID en ONDOELMATIGHEID.
Zeer kwalijk en riekend naar (georganiseerd) crimineel handelen.
Daarnaast moeten alle politieke benoemingen terug worden gedraaid
omdat zij ernstige schade berokkenen aan het overheidsapparaat en
onrechtmatig zijn.
Ook moet de vraag worden gesteld hoe het staat met het waarborgen van
de fundamentele menselijke rechten en vrijheden en de rechtszekerheid
van de hardwerkende en zich aan de wet houdende burgers? Is het niet
de hoogste tijd dat de Koninkrijksregering haar verplichtingen op dit
terrein nakomt?
3. Rapport Prof Ellis
Ook op andere terreinen schort het aan "good governance". Het
rapport van Prof. Ellis
bevestigt voor de zoveelste keer dat een meerderheid van de
politieke gezagdragers
niet thuis is als het op aankomt om besluiten te nemen en deze
uit te voeren om
duurzame economische groei en werkgelegenheid te bevorderen en
orde op zaken te
stellen met betrekking tot de overheidsfinanciën.
Adviezen en aanbevelingen van internationaal gerenommeerde
instituten zoals de
Worldbank, FIAS, IDB, OECD en het IMF, doch ook lokale experts
o.a. Cie van
Wijze Mannen, de Algemene Rekenkamer en de President van de BNA
worden
genegeerd.
Als het om het direct eigen persoonlijk belang gaat en populaire
issues betreft dan
worden op zeer diligente wijze en in record tijd besluiten
genomen en uitgevoerd.
Echter als het om zaken gaat die het algemeen belang regarderen,
doch niet populair
zijn dan wordt alles op de lange baan geschoven. Als voorbeeld
kan het
belastingstelsel worden aangehaald. Alle experts zijn van mening
dat versimpeling
van het belastingsysteem en het competitief maken van de
belastingdruk noodzakelijk
zijn om duurzame economische groei, werkgelegenheid en meer
overheidsinkomsten
te genereren. De meerderheid van de politieke gezagdragers doet
alsof hun neus
bloedt en negeert deze aanbevelingen.
Idem ten aanzien van zaken zoals flexibilisering van de
arbeidsmarkt, aanpak
bureaucratie, verlaging cost of doing business, vergroten
arbeidsproductiviteit,
verbeteren niveau onderwijs etc.
De vraag is wat de Minister van Financiën en alle andere
politieke gezagdragers met
de aanbevelingen van het rapport Ellis gaan doen. Implementeren
of wordt het weer
"business as usual"? Vooralsnog zijn de signalen gericht op het
scenario "business as
Usual".
4. Economisch Vooruitblik 2007
Ook de Dienst Economische Zaken maakt in haar presentatie over de
economic outlook 2007 melding van het belang van deugdelijkheid van
bestuur. Duurzame economische groei zal pas op gang komen indien
sprake is van deugdelijkheid van bestuur in de vorm van fiscale
discipline, belastinghervormingen en nakomen van gemaakte afspraken
met Nederland om zo het SEI programma van de grond te krijgen.
Het belang van deugdelijk en behoorlijk bestuur kan niet genoeg worden
benadrukt. Duurzame economische groei, werkgelegenheid, investeringen,
verbetering van de kwaliteit van het leefklimaat etc zijn hiervan
afhankelijk.
Het schijnt dat een (te) groot deel van de politieke gezagdragers dit
niet wenst in te zien. Inschakelen van het OM en een actievere rol van
de Koninkrijksregering (waarborgfunctie) zullen corrigerend werken
echter het beste is dat de nieuwe Eilandsraad en het BC zich hierover
uitspreken en verplichten om "good governance" te bewerkstelligen.
Besluiten die genomen zijn en dit proces frustreren moeten worden
teruggedraaid.
Curaçao, 5 juli 2007
Vereniging Bedrijfsleven Curaçao