Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Inhoud pagina: Antwoorden op kamervragen over de financiële positie van
politieagenten
4 juli 2007
Kamervragen van het lid Kuiken (PvdA) over de financiële positie van
politieagenten
1. Vraag
Bent u op de hoogte van het onderzoek van de Raad van
Hoofdcommissarissen naar de toenemende schuldenproblematiek van
politieagenten?
1. Antwoord
Ik ben op de hoogte van het onderzoek van de Raad van
Hoofdcommissarissen naar de toenemende schuldenproblematiek van
politieagenten. Hierover heb ik u in mijn brief met het kenmerk
2007-0000019627 naar aanleiding van de kamervragen van het lid Van
Oudenallen (ingezonden 22 november 2006, nr 2060703370) geïnformeerd.
2. Vraag
Doet de Raad van Hoofdcommissarissen momenteel een diepgaand onderzoek
naar de onderliggende problematiek van deze schulden? Zo ja, wat is de
stand van zaken van dit onderzoek?
2. Antwoord
Zoals in mijn hierboven genoemde brief aan u is gemeld, geven de
uitkomsten van de inventarisatie aanleiding diepgaander onderzoek te
doen naar de oorzaken van het ontstaan van schulden bij
politieagenten. En wel zodanig dat, indien noodzakelijk, het
integriteitbeleid ook daarop kan worden gericht.
De Raad van Hoofdcommissarissen heeft in dit kader de Adviescommissie
Politie en Integriteit opdracht gegeven dit onderzoek uit te (doen)
voeren en, vooruitlopend op de resultaten, landelijk beleid terzake
preventie van loonbeslagen en schuldhulpverlening te formuleren. De
formulering van de "good practice" die landelijk uitgedragen gaat
worden zal in juli worden uitgevoerd.
3. Vraag
Bent u op de hoogte van het verschil van inzicht in de aard en de
omvang van de problematiek tussen de Raad van Hoofdcommissarissen
enerzijds en de politiebonden anderzijds?
3. Antwoord
Ik ben op de hoogte van de aard en omvang van de problematiek uit het
onderzoek van de Raad van Hoofdcommissarissen en ik heb kennis genomen
van het persbericht van de PvdA. Ik kan niet de aard en omvang van de
problematiek zoals die wordt geschetst door de politiebonden en de
PvdA beoordelen, omdat ik niet over de onderliggende gegevens beschik.
4. Vraag
Deelt u de mening dat het percentage van problematische schulden op
ten minste 5% ligt en dat de oorzaken moeten worden gezocht in de
gestegen kosten van het levensonderhoud, de weggevallen tegemoetkoming
in de ziekenkosten en het relatief lage salaris?
4. Antwoord
Zoals aangegeven beschik ik niet over de onderliggende gegevens die uw
5% onderbouwen. Ik kan op voorhand daardoor niet uw mening delen.
5. Vraag
Bent u bereid om een representatief onafhankelijk onderzoek in te
stellen onder politieagenten naar de precieze problematiek en een plan
van aanpak te ontwikkelen om een verdere toename van de problemen in
verband met schulden tegen te gaan?
5. Antwoord
Ik acht op dit moment een onafhankelijk onderzoek naar de precieze
problematiek niet aan de orde, omdat het onderzoek door de Raad van
Hoofdcommissarissen nog loopt. Dit geldt eveneens voor het plan van
aanpak, omdat vooruitlopend op de resultaten van dit onderzoek
landelijk een good practice uitgedragen gaat worden, gericht op
preventie van loonbeslagen en schuldhulpverlening.
6. Vraag
Bent u op de hoogte van het feit dat sommige politieagenten wel 8 tot
13 weekenden achter elkaar werken voor de onregelmatigheidstoeslagen,
dat steeds meer politieagenten een bijbaan zoeken en dat steeds meer
agenten de eindejaars- en vakantie-uitkering maandelijks laten
uitbetalen om het hoofd boven water te houden? Vindt u dit een
gewenste ontwikkeling? Zo neen, wat gaat u hieraan doen?
6. Antwoord
Het is mij bekend dat het voorkomt dat politieagenten op eigen verzoek
meerdere weekenden achtereen werken, een bijbaan hebben of dat zij de
eindejaars- en vakantie-uitkering maandelijks laten uitbetalen. Of dit
gebeurt om het hoofd boven water te kunnen houden kan ik niet
beoordelen. Het hebben van een bijbaan is een eigen keuze van het
individu, zolang de uitoefening van de dienst niet wordt geschaad en
het binnen de wettelijke kaders gebeurd. Dit is ook neergelegd in de
regelgeving ten aanzien van nevenwerkzaamheden. Binnen de Nederlandse
politie bestaat een toetsingskader nevenwerkzaamheden dat recent is
geactualiseerd en ter kennisneming aan het KBB is aangeboden.
7. Vraag
Is het waar dat de nettolonen van de politie, met name in schaal 8 en
lager, gemiddeld lager zijn dan in vergelijkbare beroepen zoals de
verpleging, het onderwijs of de beveiliging? Deelt u de mening dat bij
het aantrekken van toekomstig personeel een aantrekkelijke beloning
een belangrijke rol speelt?
7. Antwoord
Ook mij bereiken signalen over onvrede van politieambtenaren ten
aanzien van hun bezoldiging. Ik neem die gevoelens van onvrede
uitermate serieus omdat daaruit vooral spreekt dat een deel van het
personeel zich onvoldoende gewaardeerd voelt.
Uit de mij ter beschikking staande gegevens blijkt de achterstand ten
aanzien van de verpleging, het onderwijs of de beveiliging niet. Het
bruto-netto traject is bij politieambtenaren overigens hetzelfde als
bij vergelijkbare beroepen in de verpleging, het onderwijs of de
beveiliging.
In het regelmatig geschetste beeld van het nettoloon dat een
politieambtenaar ontvangt wordt vaak ook de inhouding van de nominale
premie in het kader van de zorgverzekeringswet betrokken. Aangezien de
betaling van de premie via de salarisadministratie van de
politiekorpsen verloopt, is die premie zichtbaar op de salarisstrook.
Deze maakt echter geen deel uit van het bruto - netto traject.
In het beeld wordt bovendien regelmatig de situatie geschetst waarbij
partner en kinderen van 18 jaar en ouder zijn meeverzekerd. Deze groep
is door de wijziging in het ziektekostenstelsel inderdaad het meest
getroffen. Ik merk daarbij wel op dat dit niet een representatieve
groep is voor de gehele sector politie.
Ik deel de mening dat bij het aantrekken van toekomstig personeel een
aantrekkelijke beloning een belangrijke rol speelt.
8. Vraag
Ziet u dat de politie in toenemende mate op de arbeidsmarkt moet
concurreren met andere partijen die zich bezig houden met veiligheid,
zoals particuliere beveiligingsbedrijven? Bent u bereid een onderzoek
laten uitvoeren naar de beloning van politiemedewerkers, om vast te
stellen of de huidige normering marktconform is gezien de zwaarte en
de belangrijkheid van het beroep en om te bekijken of een herijking
nodig is?
8. Antwoord
De aanmeldingen om bij de politie te komen werken zijn nog steeds
voldoende om de behoefte aan nieuw personeel te kunnen lenigen. De
concurrentiepositie van de politie is voor de gangbare functies ook
niet in het geding. Een zorgpunt voor mij is de uitstroom van met name
hoger opgeleiden bij de politie in de richting van Bijzondere
Opsporingsdiensten zoals bijvoorbeeld milieudiensten en de FIOD.
Tijdens de komende cao besprekingen zal ik met de vakorganisaties nut
en noodzaak van een dergelijk onderzoek bespreken. Ik sta daar op
voorhand niet negatief tegenover.
---
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties