Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

Antwoord op Kamervragen over kabeljauw in de Noordzee

29 juni 2007 - kamerstuk

Directie Visserij

De Voorzitter van de Tweede Kamer

der Staten-Generaal


Postbus 20018

2500 EA 's-GRAVENHAGE

uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum 24 mei 2007
2060715510

Viss. 2007/2700 29 juni 2007 onderwerp bijlagen

Kamervragen over kabeljauw in de Noordzee
Geachte Voorzitter,

Hierbij zend ik u de antwoorden op de schriftelijke vragen van het lid Ouwehand (PvdD) over kabeljauw in de Noordzee.


1
Kent u het bericht `Kabeljauwpopulatie op instorten door overbevissing?' 1

Ja.


2
Is het waar dat de Noordzeepopulatie van kabeljauw ongeveer 70.000 ton bedraagt? Is het waar dat de minimale populatie benodigd voor herstel van de kabeljauwstand 150.000 ton bedraagt? Zo ja, bent u bereid spoedig maatregelen te treffen om de kabeljauwstand in de Noordzee veilig te stellen? Op welke wijze? Zo neen, wat zijn dan de juiste cijfers?

Genoemde getallen betreffen de zogenaamde bestandsbiomassa. De grenswaarde (waar- onder de aanwas in gevaar is) van kabeljauw in de Noordzee is gesteld op 70.000 ton. Op dit moment bevindt de paaistand zich nog steeds onder deze waarde. Het voorzorgs- niveau voor kabeljauw is 150.000 ton. Boven dit voorzorgniveau bevindt kabeljauw zich binnen veilige biologische grenzen.

Maatregelen om de kabeljauwstand in de Noordzee veilig te stellen zijn al in Europees verband genomen. Sinds 2004 bestaat een definitief herstelplan voor kabeljauw.2


1 Vara Vroegevogels, http://vroegevogels.vara.nl/portal?_mod=&_do=&_scr=news_newsitem&id=280974, 14 mei 2007

2 Verordening (EG) Nr. 423/2004 van de Raad van 26 februari 2004 tot vaststelling van herstelmaatregelen voor bepaalde kabeljauwbestanden

Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad 29 juni 2007 Viss. 2007/2700 2

Dit herstelplan bestaat uit het beheersen van de visserij van kabeljauw door middel van een adequate methode om het peil van de totaal toegestane vangsten (TAC's) te bepalen en een systeem waarmee de op deze bestanden uitgeoefende visserij-inspanning binnen zodanige grenzen wordt gehouden dat de kans op overschrijding van de TAC's onwaar- schijnlijk is. Het doel van het herstelplan is de volwassen populatie van kabeljauw in de Noordzee te laten aangroeien tot het streefniveau van 150.000 ton.


3
Kunt u aangeven wat op dit moment de Europese Unie-quota zijn voor de vangst van kabeljauw in de Noordzee? Zo ja, deelt u de mening dat deze te rijmen zijn met de berichten dat de huidige kabeljauwpopulatie al te laag is om herstel van de soort te garanderen?

Voor 2007 zijn de volgende quota in tonnen (x 1000) vastgesteld:3 België 590 Denemarken 3.388 Duitsland 2.148 Frankrijk 728 Nederland 1.914 Zweden 23 Verenigd Koninkrijk 7.773 Totaal EG-aandeel 16.564

Noorwegen 3.393

Totaal toegestane vangst-
hoeveelheid (TAC) 19.957

Met zorg heb ik onlangs kennisgenomen van het advies van de internationale biologen over de situatie van het kabeljauwbestand in de Noordzee. De biologen adviseren dit jaar wederom een sluiting van de visserij. Dit om in één jaar het bestand tot het voorzorgs- niveau te laten groeien.

Sinds 2000 is zoals gezegd een aantal maatregelen genomen om het herstel van de kabeljauw te bevorderen om de kabeljauwpopulatie weer binnen veilige grenzen te krijgen. Naast een TAC-reductie van 75% in het kader van het kabeljauwherstelplan, zijn aanvullende maatregelen genomen op het gebied van technische maatregelen en door het instellen van een zeedagenregime.


3 Verordening (EG) Nr. 41/2007 van de Raad van 21 december 2006 tot vaststelling, voor 2007, van de vangst- mogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de wateren van de Gemeenschap en, voor vaartuigen van de Gemeenschap, in andere wateren met vangstbeperking van toepassing zijn

Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad 29 juni 2007 Viss. 2007/2700 3

Het zeedagenregime is mede ingesteld om door middel van controle illegale aanlandingen van kabeljauw te voorkomen. De Europese Commissie, de lidstaten en de Regionale Advies Raden spreken nu over een herziening van het kabeljauwherstelplan. Sluiting van de kabeljauwvangst is naar mijn opvatting geen realistische optie. Nog los van het feit dat kabeljauw in Nederland voornamelijk als bijvangst wordt gevangen. Ik zal mij wel inzetten voor maatregelen die voor het bereiken van het voorzorgsniveau nodig zijn.


4
Bent u bereid een stop op kabeljauwvangst in te stellen in het Nederlandse deel van de Noordzee en buurlanden op te roepen dat voorbeeld te volgen? Zo ja, op welke termijn? Zo neen, waarom niet?

Nee. Het instellen van een nationaal verbod op kabeljauwvangst in het Nederlandse deel van de Noordzee is in strijd met de regels van het Gemeenschappelijk Visserijbeleid. Het kabeljauwbestand zal, evenals andere visbestanden, de komende jaren communautair worden beheerd. Daarbij blijft uitgangspunt dat het bestand moet toe groeien naar het voorzorgsniveau.


5
Bent u bereid tot het instellen van zeereservaten in de Noordzee, zoals Greenpeace voorstelt, zodat het zeeleven zich in die gebieden kan herstellen van overbevissing? Zo ja, op welke termijn en op welke wijze? Zo neen, waarom niet?

Nederland zal op grond van Europees en internationaal beleid en verplichtingen vanuit de Vogel- en Habitatrichtlijn (VHR) en het OSPAR-verdrag voor de bescherming van de Noord-Oost Atlantische oceaan, zeegebieden met bijzondere ecologische waarden in het Nederlandse deel van de Noordzee (territoriale zee en Exclusieve Economische Zone (EEZ)) beschermen. Een belangrijk doel is ook voor de zee een samenhangend Europees netwerk van beschermde natuurgebieden tot stand te brengen, het zogenaamde Natura 2000- netwerk. Dit netwerk heeft betrekking op de territoriale zee en de EEZ. Vanuit het OSPAR- verdrag wordt eveneens gewerkt aan het realiseren van een coherent netwerk van mariene beschermde gebieden voor de Noord-Oost Atlantische oceaan waar de Noordzee deel van uitmaakt.

De genoemde internationale verplichtingen zijn vastgelegd in de Nota Ruimte en uitgewerkt in het Integraal Beheerplan Noordzee 2015 (IBN). In het IBN zijn vier gebieden aangewezen die bijzondere ecologische waarden bezitten: het Friese Front, de Klaverbank, de Doggersbank en gedeelten van de Kustzee die reeds een VHR-gebied zijn. Duurzaam gebruik van de gebieden, waaronder de visserij, blijft in principe mogelijk. De Nederlandse besluitvorming voor het aanwijzen van beschermde gebieden is vastgelegd in mijn brief aan de Tweede Kamer van 22 januari 2007. Daarin staat dat de ministerraad begin 2008 de ontwerplijst van beschermde zeegebieden zal vaststellen, de `mariene Natura 2000- gebieden'.

Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad 29 juni 2007 Viss. 2007/2700 4

In de loop van 2008 moeten alle EU-lidstaten hun `mariene Natura 2000-gebieden' bij de Europese Commissie hebben aangemeld. Na inspraak en beoordeling door de Europese Commissie zullen de lidstaten in 2009 deze gebieden definitief aanwijzen.

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,

G. Verburg


---- --