Toespraak minister-president Jan Peter Balkenende ter gelegenheid van
Veteranendag, Den Haag, 29 juni 2007
Koninklijke Hoogheid, dames en heren,
Steeds meer veteranen komen in scholen vertellen over hun ervaringen. Vorig
jaar ook in de klas van Noortje van 15 jaar. Ze schreef er later het
volgende over:
"Ik snap niet dat je naar zo'n land toe wilt. Ik zou het nooit doen. Maar
als iedereen dat zegt, dan komt er nooit vrede in de wereld. Wel gek dat
jij een veteraan bent. Ik dacht altijd dat je dan heel oud moest zijn."
Noortjes woorden maken duidelijk hoe waardevol het is dat veteranen scholen
bezoeken en jonge generaties hun verhaal vertellen. Scholieren laten zien
dat er veteranen zijn van ver in de tachtig, maar ook van begin twintig.
Maar Noortjes opmerking toont meer. Namelijk dat er iets is wat alle
veteranen verbindt: het brengen van vrede, hoop en stabiliteit.
Of het nu de Nederlandse militairen zijn die in de jaren 1940 - 1945 ons
eigen land hebben verdedigd tegen de bezetter. Of zij die in de jaren
daarna uitgezonden zijn op militaire missies. Missies die zo verschillend
waren. Angola is geen Afghanistan. Cambodja is geen Korea. Irak is geen
Indië. En het voormalig Joegoslavië is geen Libanon.
Nederland is altijd een land geweest met open vensters naar de wereld. Ook
nu. Ons land zal altijd een constructieve rol blijven spelen. We beseffen
ons daarbij dat garanties niet gegeven kunnen worden. Werken aan vrede en
veiligheid is een kwestie van doorzetten. Van lange adem. Het kost heel wat
tijd en energie voordat een land dat verscheurd is door conflicten er weer
bovenop is.
Maar als het dan lukt, dan is de dankbaarheid onder de bevolking groot. Dat
heeft ook Korea-veteraan Bert Peeren ervaren tijdens zijn bezoeken aan het
land. "De mensen daar zijn ons nog altijd dankbaar. Op straat spreken ze je
aan: Kamsa hamnida!, hartelijk bedankt!"
Nederland zal blijven meebouwen aan een veilige, stabiele wereld waarin
mensenrechten een belangrijke rol vervullen. Een wereld waar tirannie,
geweld en terreur het afleggen tegen democratie, rechtvaardigheid en
solidariteit.
Ik ben er dankbaar voor dat er mensen zijn die deze waarden - ook ver van
huis - lijfelijk willen verdedigen. Juist zij weten dat daar gevaren en
risico's aan verbonden zijn. De recente ontwikkelingen bij de missie in
Afghanistan maken dat pijnlijk duidelijk. In korte tijd hebben drie
Nederlandse militairen het leven verloren. Zij gaven hun leven voor de
vrijheid van anderen. We gedenken hen met het grootste respect en leven mee
met hun nabestaanden.
Meerdere landgenoten zijn daar ook gewond geraakt. Ook zijn er Afghaanse
burgerslachtoffers te betreuren. Onschuldige vrouwen en kinderen worden
door de tegenstander ingezet als pionnen in hun lugubere strijd.
De actieve militairen van vandaag zijn de veteranen van morgen. Het is
daarom goed vandaag ook hen erbij te betrekken. Gewone Nederlanders die
laten zien in uitzonderlijke situaties tot uitzonderlijke dingen in staat
te zijn. Dat heb ik ook met eigen ogen kunnen zien tijdens mijn bezoeken
aan de troepen in Bosnië, Irak en Afghanistan.
Dames en heren,
Nederlandse militairen hebben zich door de jaren heen in alle werelddelen
en windstreken in dienst gesteld van vrede en veiligheid. Iedere militair
is eraan begonnen met eigen verwachtingen. Iedere militair is teruggekomen
met persoonlijke ervaringen.
Velen van u hebben onder moeilijke omstandigheden uw werk moeten doen. U
bent geconfronteerd met geweld, armoede en chaos. Met schrijnende
situaties. Met pijn en verdriet. Sommige beelden en gebeurtenissen zijn zo
schokkend dat ze in uw geheugen staan gegrift. Ook jaren later nog brengen
ze op onverwachte momenten allerlei emoties en reacties teweeg. U hebt
dingen meegemaakt die uw kijk op het leven hebben veranderd. Die u hebben
veranderd.
Natuurlijk zijn er ook andere kanten. Indië-veteraan Jac Cruijsberg
verwoordde het zo: "Het mooiste uit die tijd was de kameraadschap. Het voor
elkaar opkomen en elkaar bijstaan in moeilijke tijden. Nu, 60 jaar later,
heb ik nog steeds intensief contact met oude kameraden."
Veteraan, dat ben je voor het leven.
Jarenlang zijn we in Nederland te stil geweest over onze veteranen. Te stil
over u en uw grote betekenis. Het is daarom goed dat we nu een Veteranendag
hebben. Het is goed dat wij u in ieder geval één dag per jaar openlijk
kunnen bedanken voor uw inzet. Een dag waarop wij publiekelijk uiting geven
aan ons respect voor alles wat u hebt gedaan. Een dag waarop we kunnen
zeggen dat we trots op u zijn.
Om die reden draag ik vandaag vol overtuiging deze witte anjer. Een
prachtig initiatief. Met deze anjer wil ik mijn betrokkenheid en waardering
voor onze Nederlandse veteranen zichtbaar maken. Ik hoop van harte dat vele
Nederlanders hetzelfde zullen doen.
Dames en heren,
Vraag een militair wat het belangrijkste is op zijn of haar missie en het
antwoord zal steeds zijn: een thuisfront dat me onvoorwaardelijk steunt.
Achter iedere uitgezonden militair staat een groep mensen: partners,
kinderen, familie en vrienden. Veteraan Manja Blok die als
F-16 piloot in het voormalig Joegoslavië heeft gediend kent beide kanten.
Die van uitgezonden zijn en als thuisfront. Ze zegt: "Als thuisfront is het
het moeilijkst. Je zit in feite te wachten tot de ander weer thuiskomt."
Wachten in combinatie met onzekerheid en ongerustheid. Het thuisfront
doorstaat dat met moed, liefde en volharding. Tijdens een missie, maar
zeker ook daarna als de militairen weer thuis zijn. Ik wil hier vandaag ook
mijn waardering uitspreken aan al die mensen die hun militairen, hun
veteranen door dik en dun steunen.
Dames en heren,
Libanon-veteraan Hans van den Boogaard zei ooit: "Vroeger konden we ons
verhaal wel vertellen, maar toen luisterde niemand."
Ik zou tegen hem en tegen alle andere veteranen willen zeggen: Laat uw
verhaal horen. En we zullen luisteren. Niet alleen vandaag. Niet alleen op
Veteranendag. Maar iedere dag.
Dank u wel.
Ministerie van Algemene Zaken