European Union



IP/07/911

Brussel, 27 juni 2007

Financiële diensten: Commissie richt formeel verzoek tot 24 lidstaten om de "MiFID" volledig in nationaal recht om te zetten

De Europese Commissie heeft in totaal 24 lidstaten - alle lidstaten behalve het Verenigd Koninkrijk, Ierland en Roemenië - formeel verzocht de richtlijn betreffende markten voor financiële instrumenten (Markets in Financial Instruments Directive, kortweg de "MiFID") en de uitvoeringsrichtlijn daarvan in nationaal recht om te zetten. Deze verzoeken nemen de vorm aan van een "met redenen omkleed advies", de tweede fase van de inbreukprocedure van artikel 226 van het EG-Verdrag. Indien binnen de twee maanden geen bevredigend antwoord op het met redenen omkleed advies wordt gegeven, kan de Commissie de zaak bij het Europees Hof van Justitie aanhangig maken.

De Commissie heeft een met redenen omkleed advies gericht tot 22 lidstaten - alle lidstaten met uitzondering van Ierland, Litouwen, Slowakije, Roemenië en het Verenigd Koninkrijk - omdat zij Richtlijn 2004/39/EG betreffende markten voor financiële instrumenten, beter bekend als de MiFID, niet binnen de op 31 januari 2007 verstreken termijn in nationaal recht hebben omgezet. De Commissie heeft tevens een met redenen omkleed advies gericht tot 24 lidstaten - alle lidstaten behalve Ierland, Roemenië en het Verenigd Koninkrijk - omdat zij hebben nagelaten Richtlijn 2006/73/EG tot uitvoering van de MiFID, waarin nadere invulling aan de nieuwe voorschriften wordt gegeven, binnen dezelfde termijn in nationaal recht om te zetten. Tot dusver hebben alleen Ierland, Roemenië en het Verenigd Koninkrijk zowel de MiFID als de uitvoeringsrichtlijn daarvan volledig omgezet.

De bepalingen van de MiFID zijn vanaf 1 november 2007 van toepassing. De periode van negen maanden tussen de omzetting van de MiFID in nationaal recht en de effectieve toepassing ervan was bedoeld om de deelnemers aan de financiële markten de nodige tijd te geven zich aan de nieuwe voorschriften aan te passen. De laattijdige omzetting heeft tot gevolg dat deze aanpassingsperiode in de overgrote meerderheid van de lidstaten aanzienlijk korter zal uitvallen.

De MiFID brengt een nieuw rechtskader voor het verrichten van beleggingsdiensten in de EU tot stand door voorwaarden voor de vergunningverlening aan en de bedrijfsuitoefening van beleggingsondernemingen en gereglementeerde markten vast te stellen. Een essentieel kenmerk van dit kader is dat beleggingsondernemingen de in één van de lidstaten verkregen vergunning kunnen aanwenden om in een andere lidstaat financiële diensten te verrichten. De voordelen die dit nieuwe rechtskader te bieden heeft, kunnen echter niet optimaal worden benut als de MiFID niet vóór 1 november 2007 door alle lidstaten in nationaal recht is omgezet.

Op 20 april 2007 heeft de Commissie ten aanzien van 23 lidstaten de inbreukprocedure met betrekking tot de MiFID en ten aanzien van 24 lidstaten de inbreukprocedure met betrekking tot de uitvoeringsrichtlijn ingeleid door de betrokken lidstaten formele aanmaningsbrieven toe te zenden, waarin hun werd verzocht uit te leggen waarom de omzetting vertraging had opgelopen.

De lidstaten beschikken thans over een periode van twee maanden vanaf de ontvangst van het met redenen omkleed advies om de nodige maatregelen te nemen teneinde de richtlijnen in nationaal recht om te zetten.

Wat is de MiFID?

De MiFID is een van de hoekstenen van het Actieplan voor financiële diensten (APFD) en zal een cruciale rol spelen bij de verwezenlijking van een solide, gemeenschappelijk regelgevingskader voor de Europese effectenmarkten. De MiFID zal de belemmeringen voor het gebruik door beleggingsondernemingen van het "Europese paspoort" wegnemen, de concurrentie in de hand werken, gelijke concurrentieverhoudingen tussen Europese handelsplatforms tot stand brengen en overal in Europa een hoog niveau van beleggersbescherming bieden.

Het laatste nieuws over inbreukprocedures ten aanzien van de lidstaten is te vinden op:
http://ec.europa.eu/community_law/eulaw/index_en.htm