Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
logoocw
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
Den Haag Ons kenmerk
27 juni 2007 DE/07/18592
Onderwerp
Eindrapportage Plan van aanpak "Emancipatie en
Integratie"
Hierbij bieden wij u de eindrapportage van het Plan van aanpak "Emancipatie en Integratie" aan. Dit
Plan van aanpak, dat eind 2003 door het toenmalige kabinet is gestart en tot doel had de
maatschappelijke participatie van allochtone vrouwen en meisjes te bevorderen, is eind 2006
afgerond. Eerdere rapportages over de voortgang zijn aan de Tweede Kamer aangeboden in november
20041 en in november 20052.
De Tweede Kamer heeft er, bij de start van het Plan van aanpak, op aangedrongen dat in de
rapportages met name inzichtelijk zou worden gemaakt welke kwantitatieve resultaten er zijn behaald.
Wij kunnen u melden dat de doelstelling om 20.000 vrouwen en meisjes te activeren ruimschoots is
gehaald: ruim 29.000 allochtone vrouwen en meisjes hebben deelgenomen aan activiteiten die
onderdeel uitmaakten van het Plan van aanpak. Dit is onder andere het resultaat van een forse
inspanning van de betrokken gemeenten en van de doelgroep zelf. In de bijlage treft u de volledige
informatie over de uitvoering en de resultaten van het Plan van aanpak aan.
De uitvoering van het Plan van aanpak "Emancipatie en Integratie" heeft deels parallel gelopen aan de
inspanningen van de commissie PaVEM3. Dit is een goede combinatie gebleken. De commissie heeft
met wethouders van de 30 grootste gemeenten (G30) afspraken gemaakt over het verhogen van de
ambitie om vrouwen uit etnische minderheidsgroepen te laten participeren. Aan de gemeenten zijn
1 (DCE-04/64537) 29203, nr 16
2 (DCE-05/86282) 29203, nr 27
3 De commissie voor Participatie van Vrouwen uit Etnische Minderheidsgroepen (PaVEM) heeft onder
leiding van Paul Rosenmöller van juli 2003 tot juli 2005 gemeenten gestimuleerd bij het bevorderen
van de participatie van vrouwen. Samen met 30 grote gemeenten zijn afspraken gemaakt om de positie
van vrouwen uit etnische minderheidsgroepen te verbeteren.
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Rijnstraat 50, Postbus 16375, 2500 BJ Den Haag T +31-70-412 3456 F +31-70-412 3450 W www.minocw.nl
E
blad 2/3
met het Plan van aanpak vervolgens concrete instrumenten en subsidie geboden om deze afspraken uit
te voeren.
Deze samenwerking tussen Rijksoverheid en gemeenten heeft er voor gezorgd dat de participatie van
vrouwen uit etnische minderheidsgroepen hoger op de agenda van gemeentelijk beleid is komen te
staan. Daar veel vrouwen uit deze groep geen uitkering hebben en daarom vaak niet zichtbaar zijn voor
gemeenten, gaf het merendeel van de gemeenten in het verleden geen prioriteit aan het activeren van
deze vrouwen. Daar is in de afgelopen periode verandering in gekomen.
Dat gemeenten bij het activeren van deze doelgroep voor een grote uitdaging staan is bevestigd tijdens
de uitvoering van het Plan van aanpak. Naast de onbekendheid van gemeenten met een deel van de
doelgroep, zorgden ook de schotten tussen de verschillende gemeentelijke diensten en bijbehorende
financiële middelen ervoor dat de bij het Plan van aanpak betrokken beleidsmedewerkers aanzienlijk
moesten onderhandelen met collega's om activiteiten voor deze doelgroep op poten te kunnen zetten.
Gezien de resultaten in de afgelopen periode zijn gemeenten er desondanks in geslaagd om een deel
van de doelgroep te bereiken en activeren.
Bij de positieve geluiden moeten wij tegelijkertijd constateren dat er nog forse inspanningen nodig
zullen zijn om een nog groter deel van de doelgroep allochtone vrouwen te laten participeren in de
samenleving. In 2003 schatte het Sociaal en Cultureel Planbureau de groep kwetsbare en kansarme
vrouwen uit de 4 grootste minderheidsgroepen op 280.000 personen.4 Deze zijn deels met het Plan van
aanpak bereikt, maar er wachten het kabinet en de gemeenten op dit terrein dus nog uitdagingen. In
het Coalitieakkoord heeft het kabinet aangekondigd de ruimte voor gemeenten om via maatwerk
participatiebevorderend beleid te voeren te vergroten. Ook heeft het kabinet aangekondigd de
bestaande schotten tussen de diverse op re-integratie en participatie gerichte budgetten weg te
nemen.
Met verruiming van de mogelijkheden om deze budgetten in te zetten en de instrumenten en
methodieken die de afgelopen jaren zijn ontwikkeld kunnen gemeenten nog beter aan de slag om de
participatie van allochtone vrouwen te bevorderen. Het is aan gemeenten om er voor te zorgen dat de
aandacht voor de positie van allochtone vrouwen beklijft, zodat structureel meer vrouwen bereikt
worden en meer vrouwen zich kunnen ontwikkelen. Dit start met de politieke wil om hier, over
verschillende beleidsterreinen heen, aan te werken. En die wil is er gelukkig. Zo hebben wij op 8 maart
jl., samen met de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de staatssecretaris van
Volksgezondheid, Welzijn en Sport, het convenant Duizend en één Kracht met 6 gemeenten
ondertekend. In dit project bundelen wij samen met gemeenten, migrantenorganisaties en
vrijwilligersorganisaties de krachten om 50.000 allochtone vrouwen te laten instromen in
4 Emancipatie in Estafette, SCP (2004): Van de vrouwen in de vier grootste groepen (Turken,
Marokkanen, Surinamers en Antillianen) tussen 15 en 64 jaar bevindt 53% zich in een kansarme en
26% in een kwetsbare positie. Vrouwen in een kansarme positie zijn niet economisch zelfstandig, ze
hebben veelal geen werk, het opleidingsniveau is laag en ze hebben geen of nauwelijks contacten
met autochtonen. Vrouwen in een kwetsbare positie hebben wel een baan, maar op een elementair of
lager niveau. Hun inkomen ligt ofwel onder de norm van economische zelfstandigheid of net
daarboven,
blad 3/3
vrijwilligerswerk.Voor vrouwen voor wie tijdens of na de inburgering de stap richting een
vervolgopleiding of werk nog te groot of nog niet in zicht is, biedt maatschappelijke participatie door
middel van vrijwilligerswerk een tussenstap. Dit project is een mooi voorbeeld van een aanpak waarin
gezocht wordt naar het realiseren van een samenhangend aanbod om de participatie van allochtone
vrouwen te vergroten.Met overige gemeenten zullen wij de mogelijkheden bespreken om zich bij dit
initiatief aan te sluiten.
Het kabinet zal daarbij ook gebruik maken van de plannen in het kader van het Actieplan Wijkaanpak.
In de 40 geselecteerde wijken kan Duizend en één Kracht invulling geven aan de het koppelen van
maatschappelijke participatie aan inburgeringstrajecten. Daarnaast zullen laagdrempelige initiatieven
van en voor allochtone vrouwen gestimuleerd worden zoals het betrekken van vrouwen bij bijvoorbeeld
wijkcentra en brede scholen. Verder kan gedacht worden aan het met behulp van microkredieten
creëren van broedplaatsen voor vrouwelijke etnische ondernemers in de wijk.
Wij vertrouwen erop dat met de inspanningen van het huidige kabinet de aandacht voor de doelgroep
allochtone vrouwen bij gemeenten hoge prioriteit zal houden.
De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
dr. Ronald H.A. Plasterk
De minister voor Wonen, Wijken en Integratie,
drs. Ella Vogelaar