ChristenUnie
Bijdrage debat verslag Europese Top
Bijdrage debat verslag Europese Top
woensdag 27 juni 2007 11:21
Mevrouw Wiegman-van Meppelen Scheppink (ChristenUnie):
Voorzitter. Wat was het spannend afgelopen weekend. Vandaag blikken
wij terug. Bij de fractie van de ChristenUnie overheerst een gevoel
van opluchting en tevredenheid. Zij is opgelucht omdat de top tot een
goed einde is gebracht, ondanks de grote meningsverschillen tussen de
lidstaten. Zij is tevreden omdat de bewindslieden erin geslaagd zijn
om de afspraken die vastgelegd zijn in het coalitieakkoord grotendeels
binnen te halen. Felicitaties en complimenten aan de bewindslieden
zijn dan ook op zijn plaats.
De fractie van de ChristenUnie was geen voorstander van het
grondwettelijk verdrag. Deze stellingname werd gedeeld door een
meerderheid van de bevolking die zich twee jaar geleden via een
referendum uitsprak tegen het grondwettelijk verdrag. De regering
wilde recht doen aan het nee van Nederland met de afspraken in het
coalitieakkoord over de Europese samenwerking. De inzet was om tot een
verdrag te komen zonder grondwettelijke pretenties, een betere
afbakening van de bevoegdheden tussen de EU en de lidstaten,
versterking van de rol van de nationale parlementen en een stevigere
verankering van de toetredingscriteria. Op al die punten zijn
resultaten geboekt. Daarmee wordt in belangrijke mate tegemoetgekomen
aan de bezwaren die de fractie van de ChristenUnie had tegen het
grondwettelijk verdrag. Dat verdrag is nu definitief van tafel. In
plaats daarvan komt er een klassiek wijzigingsverdrag met aandacht
voor het vereenvoudigen van de huidige verdragsstructuur. Er zijn
zeker verbeteringen aangebracht op het punt van vereenvoudiging, maar
het is er met de vele protocollen, voetnoten en clausules bepaald niet
overzichtelijker door geworden.
Alles wat neigt naar een Europese superstaat wordt geschrapt: vlag en
volkslied krijgen geen verdragsrechtelijke basis, verordeningen en
richtlijnen worden niet vervangen door wetten en kaderwetten, er komt
geen Europese president en evenmin een Europese minister van
Buitenlandse Zaken. Dit zijn niet slechts symbolische aanpassingen.
Het gaat wel degelijk om een inhoudelijke koerswijziging. Het zegt
iets over de aard van de Europese samenwerking. Staatssecretaris
Timmermans heeft dat al opgemerkt en ik onderschrijf zijn mening van
harte.
Het verdrag zal verduidelijken welke bevoegdheden wij aan Europa geven
en hoe die worden begrensd. Dat is voor de fractie van de ChristenUnie
cruciaal. De kern van haar kritiek is altijd geweest dat via het
Europees parlement of het Europese Hof van Justitie sluipenderwijs
steeds meer bevoegdheden naar Brussel weglekten. Dat wordt veel
lastiger, nu heel duidelijk wordt vastgelegd wanneer de lidstaten
bevoegd zijn en wanneer de EU dat is. Daarbij wordt het primaat bij de
lidstaten gelegd: het uitgangspunt is nationaal, tenzij er duidelijk
Europese belangen zijn. Dat is een wezenlijke verbetering ten opzichte
van het grondwettelijk verdrag.
Het feit dat nationale parlementen op het terrein van familierecht in
de toekomst zelfstandig de overgang van unanimiteit naar
gekwalificeerde meerderheidsbesluitvorming kunnen tegenhouden,
voorkomt ook het sluipenderwijs verliezen van bevoegdheden. Het
democratisch gehalte van Europa wordt vergroot door een grotere rol
voor het Europees parlement, transparantie bij besluitvorming en
verheldering van de wetgevingsprocedure. Naast de reeds voorziene
procedure met de gele kaart, tref ik die met een oranje kaart aan. Er
is geen sprake van een rode kaart, maar het oranje bevat voldoende
rood om een effectief middel te kunnen zijn bij de toepassing van het
subsidiariteitsbeginsel. Ook de procedure met de organje kaart maakt
het mogelijk om bevoegdheden aan lidstaten terug te geven. Mijn
tevredenheid met de oranje kaart wordt voor een groot deel verklaard
door de duidelijkheid die het nieuwe EU-verdrag zal bieden over de
specifieke rechten van de nationale parlementen. Het aantal terreinen
waarop gekwalificeerde besluitvorming mogelijk is, wordt uitgebreid.
Dat heeft de volle instemming van mijn fractie, voor zover het
terreinen betreft met een grensoverschrijdend karakter. Ik doel onder
andere op het asiel- en migratiebeleid en het energie- en
klimaatbeleid. Stemming met gekwalificeerde meerderheid is cruciaal om
op die terreinen tot voortvarende besluiten te komen. Een vetorecht
zou op die terreinen funest zijn. Een heldere verdeling van
bevoegdheden is daarbij echter wel een belangrijke voorwaarde.
Ten aanzien van justitiële en politiële samenwerking,
grensoverschrijdende criminaliteit en terrorisme, is de
ChristenUnie-fractie altijd van mening geweest dat afschaffing van het
vetorecht niet nodig is. Er kan worden volstaan met verbetering van de
intergouvernementele samenwerking.
Een punt waar wij ook minder gelukkig mee zijn, is de mogelijkheid van
versterkte samenwerking tussen groepjes lidstaten. Wij zijn geen
voorstander van een EU met kopgroepen en minder harde lopers. Er wordt
weliswaar in het wijzigingsverdrag opgenomen dat de
flexibiliteitsclausule niet tot sluitende amendering van de verdragen
mag leiden. Hoe kan in de praktijk echter worden voorkomen dat er geen
druk op andere lidstaten wordt uitgeoefend om hierin mee te gaan
zonder een verdragsbasis?
Mijn fractie is blij dat het gemeenschappelijk buitenlands- en
veiligheidsbeleid van de toepassing van de flexibiliteitsclausule
uitgezonderd wordt en dat het vetorecht op dat terrein gehandhaafd
blijft.
De fractie van de ChristenUnie is minder blij met het
verwijzingsartikel naar het handvest, dat een juridisch bindende
werking kent. Deze oplossing had niet de voorkeur van mijn fractie.
Die kan ermee leven omdat in de voetnoten wordt geregeld dat het
handvest niet tot nieuwe bevoegdheden zal leiden en het slechts
betrekking heeft op de verhouding tussen Unie en burgers. De lidstaten
blijven daarmee eerstverantwoordelijk voor het waarborgen van de
grondrechten.
Ik spreek mijn volle instemming uit met het verankeren van
toetredingscriteria in het verdrag. Er zijn belangrijke resultaten
binnengehaald. De punten die de ChristenUnie indertijd tot een nee
tegen het grondwettelijk verdrag deden besluiten, zijn geschrapt of
fundamenteel omgebogen in de door ons gewenste richting. Het zijn
bevredigende resultaten op een groot aantal voorstellen zoals wij die
in ons verkiezingsprogramma hebben gedaan. Het zijn resultaten op
punten die wij terugzagen in de inzet van het kabinet. Kortom, er is
een verdragswijziging in de steigers gezet waarin de contouren
zichtbaar zijn geworden van een beperkter, minder ambitieus Europa dat
zich meer richt op haar kerntaken. Daarin is geen sprake van een
voortdurende uitbouw van Europese instellingen en een concentratie van
macht en bevoegdheden in Brussel. Wij kijken uit naar de uiteindelijke
verdragstekst.
De heer Van Bommel (SP):
Ik sta hier met gebroken klompen. Mevrouw Wiegman zegt dat de redenen
voor de ChristenUnie om tegen het grondwettelijk verdrag te zijn,
verdwenen zijn of omgebogen zijn in een door de ChristenUnie gewenste
richting.
De ChristenUnie was er zeer op tegen dat de vetorechten werden
weggeven. Het staat nog steeds op de website van de partij. De tekst
luidt: Per saldo krijgen de grote landen meer invloed. Vanouds hebben
christenen moeite met de concentratie van veel macht op een punt.
Mevrouw Wiegman verdedigt vandaag echter het weggeven van vetorechten.
Volgens haar zou het vetorecht zelfs funest zijn. Ik noem ook nog de
Europese president, de voorzitter, en de Europese minister van
Buitenlandse Zaken, nu hoge vertegenwoordiger. Dat zijn toch
cosmetische veranderingen? Ik noem ook een ander groot bezwaar van de
ChristenUnie, namelijk het ontbreken van een verwijzing naar de
joods-christelijke traditie van Europa. Dat waren belangrijke bezwaren
van de ChristenUnie om tegen het grondwettelijk verdrag te zijn. Die
bezwaren zijn met dit verdrag niet weggenomen. Hoe kan mevrouw Wiegman
dan staan juichen over dit verdrag en beweren dat haar bezwaren zijn
weggenomen?
Mevrouw Wiegman-van Meppelen Scheppink (ChristenUnie):
Ik sta hier te juichen over afspraken die tijdens de Europese Top zijn
gemaakt. Ik heb in mijn betoog helder weergegeven wat onze pijnpunten
waren en waarom wij blij zijn met de gemaakte afspraken. Ik ben bereid
om op bepaalde terreinen vetorechten in te leveren. Dat heeft te maken
met de versterking van de rol van de nationale lidstaten en de
nationale parlementen. Dat heeft te maken met de duidelijke afbakening
tussen wat Europa en wat de nationale lidstaten doen. Als dat helder
is, ben ik bereid om op die terreinen vetorechten in te leveren. Ik
krijg daar een heel transparant, democratisch en slagvaardig Europa
voor terug. Daar ga ik voor.
Mijn grote vraag was waar dit kabinet mee terug zou komen. Als het
enkel cosmetische ingrepen zijn, zou ik daar ontzettend veel moeite
mee hebben. Ik heb vorige week gezegd dat er werkelijk iets moest
veranderen aan de inhoud. Ik constateer na lezing van de brief dat er
werkelijk wat gebeurt. Een ander punt is God in de grondwet. Ik ga
ervan uit dat er dit keer bij het verdrag geen ronkende preambule komt
waarin uitvoerig in wordt gegaan op de wortels van Europa en waarbij
heel bewust het christendom niet wordt genoemd. Ik hoor dat graag
bevestigd door het kabinet. Dit zijn voor ons wezenlijke punten. Die
zijn in onze richting omgebogen.
De heer Van Bommel (SP):
Ik blijf met lege handen staan. U was onverkort tegen het inleveren
van de vetorechten. Kijkt u nog maar eens op de website van uw partij.
Nu accepteert u het en juicht u het zelfs toe. De franje in de vorm
van de voorzitter en de minister van buitenlandse zaken blijft
bestaan. Overigens komt er wel een preambule en wordt er wel verwezen
naar de religieuze geschiedenis van Europa, maar de joods-christelijke
traditie wordt daarin niet genoemd. Voor mij is dat geen bezwaar maar
voor uw partij was het destijds bijna een halszaak. Nu laat u het
allemaal gaan. Ik stel vast dat u de grondwet accepteert in ruil voor
het regeringspluche.
Mevrouw Wiegman-van Meppelen Scheppink (ChristenUnie):
Het heeft weinig zin om in herhaling te vallen. Ik ben heel helder
geweest. Ik heb de drie verschillende punten uiteengezet. Ik wil nog
één punt heel nadrukkelijk noemen. U zegt dat mijn partij zomaar de
vetorechten opgeeft, maar ik heb in mijn betoog behoorlijk uitgebreid
aangegeven dat het de ChristenUnie ging om de combinatie van symboliek
en verdragsteksten die wees op de ontwikkeling naar een Europa van
federale staten. De rem op de afbakening van bevoegdheden en
beleidsterreinen was daarbij onduidelijk. Het opheffen van het
vetorecht ging mijn partij in dat verband veel te ver. Een Europa dat
inhoudelijk en geografisch geen grenzen meer kent, zonder vetorechten
voor afzonderlijke lidstaten, ging echt veel te ver. Ik constateer op
basis van het verslag van de Europese top dat de inhoud werkelijk is
veranderd. Ik hoor graag een bevestiging van de punten die ik zojuist
genoemd heb.
Tweede termijn
Mevrouw Wiegman-van Meppelen Scheppink (ChristenUnie):
Voorzitter. Vanavond zijn er wat complimenten uitgedeeld. Ook de
nee-stemmers zijn verschillende keren bedankt. Ik heb de neiging om
die complimenten en woorden van dank op mij persoonlijk en de fractie
van de ChristenUnie te betrekken. Ik denk namelijk dat het
constructieve nee van de ChristenUnie destijds een plek heeft gekregen
in het coalitieakkoord. De SP mag dan wel zeggen dat het
regeringspluche blijkbaar belangrijker is dan de Europese grondwet,
maar doordat wij in tegenstelling tot de SP het regeringspluche niet
geschuwd hebben, hebben wij het afgelopen weekend zo veel weten te
bereiken met de Nederlandse inzet in Europa.
Vorige week had ik de neiging om een onderscheid te maken tussen vorm
en inhoud. Ik vind het waardevol dat uit de beantwoording is gebleken
dat bij veel zaken vorm ook inhoud is. Als je iets anders noemt, wordt
het ook anders. Met het veranderen van de naam verandert ook de
functie. Volgens mij is dat vanavond heel scherp naar voren gekomen,
toen het ging om de rol van de zogenaamde hoge vertegenwoordiger.
Ik ga nog in op een paar voor mijn fractie belangrijke punten. Dat
betreft allereerst de rode-kaartprocedure, waarbij de Commissie
werkelijk een halt kan worden toegeroepen en in het voortraject
bepaalde zaken geblokkeerd kunnen worden. Verder noem ik de handhaving
van het vetorecht ten aanzien van het gemeenschappelijk buitenlands en
veiligheidsbeleid, inclusief een noodremprocedure.
Er is toegezegd dat er een precieze lijst komt van de beleidsterreinen
en de bevoegdheden. In het kort is van de zijde van het kabinet al een
limitatieve opsomming gegeven op het terrein van criminaliteitsbeleid.
Wij kijken uit naar zo'n lijst, omdat wij het cruciaal vinden een en
ander scherp in beeld te krijgen.
De staatssecretaris heeft verschillende keren gesproken over de
zogenaamde krijtlijnen rondom de positie van publieke diensten. Welnu,
als mijn kinderen een dag flink met stoepkrijt aan de slag zijn
geweest en het vervolgens gaat regenen, dan is het krijt weg. Dus ik
zou zeggen: maak er dikke strepen van.