Senternovem
27-06-2007 | Ontwerpbesluit Besluit Bodemkwaliteit opnieuw naar Raad van
State
Gevolgen voor inwerkingtreding
Op 8 juni 2007 is het Besluit bodemkwaliteit in de ministerraad
behandeld. De ministerraad heeft de Raad van State opnieuw om advies
gevraagd. De eerder gecommuniceerde data voor inwerkingtreding - 1
augustus 2007 voor het natte gedeelte en 1 januari 2008 voor de
overige toepassingen - kunnen daarmee niet worden gehaald. Wanneer het
besluit Bodemkwaliteit wel in werking treedt, hangt af van de snelheid
waarmee de Raad van State advies uitbrengt en de tijd die nodig is om
het advies te verwerken. Om partijen de mogelijkheid te bieden zich
voor te bereiden op de inwerkingtreding van het besluit, plaatst
Bodem+ begin juli informatie over de inhoud van het besluit op de
website. De regels voor Kwalibo zijn wel op 1 juli 2007 van kracht.
Kwalibo valt op dit moment nog onder het Besluit uitvoeringskwaliteit
bodembeheer.
Waarom gaat het besluit naar de Raad van State?
De Raad van State geeft advies over nieuwe wetgeving. In een eerdere
fase heeft de Raad van State al advies gegeven over het
ontwerpbesluit. Justitie en BZK vinden dat het ontwerpbesluit
ingrijpend is gewijzigd na advisering door de Raad van State. Deze
zienswijze is gebaseerd op het grote aantal wijzigingen in de
juridische verankering van het beleidskader. Het beleidskader zelf is
slechts op één punt gewijzigd: de meldingsplicht voor schone grond is
teruggebracht tot een eenmalige melding van de toepassingslocatie bij
toepassing van meer dan 50 m3 schone grond of baggerspecie. De
zienswijze van Justitie en BZK is doorslaggevend geweest bij de
behandeling van het ontwerpbesluit in de ministerraad. Wel is
afgesproken dat de Raad van State om een spoedadvies mag worden
gevraagd.
Waarom is het Besluit niet direct goedgekeurd?
De ministerraad was ook gevraagd een beslissing te nemen over de
organisatie van de handhaving. Vanwege een verschil van inzicht
besloot de ministerraad dat VROM eerst met Justitie en BZK in overleg
zou treden voordat het ontwerpbesluit aan de Raad van State wordt
toegezonden. Het verschil van inzicht betrof met name de organisatie
van de handhaving en de heterogeniteit van niet-vormgegeven
bouwstoffen. Inmiddels is er overeenstemming bereikt en is de aanpak
van deze handhavingspunten uitgewerkt in de nota van toelichting bij
het besluit.
Ook over het melden van schone grond is een beslispunt aan de
ministerraad voorgelegd. Hierover bestond verschil van inzicht tussen
VROM, V&W en EZ. Dit punt is niet besproken in de ministerraad omdat
de minister van EZ niet aanwezig was op het moment dat het
ontwerpbesluit werd besproken. De meldingsplicht voor schone grond is
daarom gehandhaafd (in afgeslankte vorm). De minister van EZ heeft
echter aangekondigd dat zij dit punt alsnog in de ministerraad wil
behandelen na advisering van het ontwerpbesluit door de Raad van
State.
Welke stappen zijn er nog meer?
Na advisering door de Raad van State wordt het advies verwerkt en
wordt het ontwerpbesluit gepubliceerd in de Staatscourant. De Tweede
Kamer heeft dan nog een maand de gelegenheid om aan te geven of zij
het besluit accepteert of niet. Er is geen mogelijkheid meer om het
besluit aan te passen. Na deze maand (nahang) kan het besluit in
werking treden. Hernieuwde Europese notificatie wordt niet meer
overwogen.
Wat betekenen deze stappen voor de datum van de in werking treding van
het Besluit bodemkwaliteit?
Het is erg jammer dat de inwerkingtreding een aantal keren is
uitgesteld. Het besluit wordt door alle partijen die hieraan hebben
meegewerkt gezien als een verbetering van de wetgeving. Zij willen het
graag zo snel mogelijk uitvoeren.
Wanneer het Besluit nu in werking treedt, hangt af van de snelheid
waarmee de Raad van State advies uitbrengt en de tijd die nodig is om
het advies te verwerken. Rekening houdend met de nahang van de Tweede
Kamer - deze moet ten minste drie weken buiten het reces van de Tweede
Kamer vallen - is 1 oktober de vroegst mogelijke datum. Een beperkt
aantal voorschriften (met name voor het verspreiden van baggerspecie
in oppervlaktewater) zijn dan direct van kracht. De voorschriften voor
het toepassen van grond en baggerspecie op of in de bodem, het
toepassen van bouwstoffen op of in de bodem en het toepassen van
bouwstoffen in oppervlaktewater worden een half jaar na
inwerkingtreding van kracht. Dit om betrokken partijen voldoende
voorbereidingstijd te geven.
Waarom is er geen actuele versie van het ontwerpbesluit beschikbaar?
Staatsrechtelijk is vastgelegd dat voorgenomen wetgeving in de periode
tot aan publicatie niet meer openbaar mag worden gemaakt zodra deze
wetgeving voor advies aan de Raad van State is voorgelegd. Vandaar ook
dat het merendeel van de inhoudelijke voorschriften een
overgangsperiode van een half jaar heeft.
Het ontwerpbesluit dat ter visie heeft gelegen, is de laatste versie
die officieel openbaar is gemaakt. De wijze waarop met de
binnengekomen inspraakreacties wordt omgegaan, dient in de nota van
toelichting te worden verantwoord. Alle gevolgen van het besluit zijn
opgenomen in de handreiking die Bodem+ heeft gemaakt. Deze
handreiking, uiteraard een concept, is begin juli vanaf de site van
Bodem+ te downloaden.
Wanneer treden de kwalibo-artikelen in werking?
Voor de verbetering van de kwaliteit van de uitvoering van het
bodembeheer geldt reeds het Besluit uitvoeringskwaliteit bodembeheer.
Dit besluit wordt vervangen zodra het Besluit bodemkwaliteit in
werking treedt. De inhoudelijke voorschriften veranderen nagenoeg
niet. Uitstel van het Besluit bodemkwaliteit heeft daarom geen effect
op de Kwalibo-operatie. Volgens planning treedt per 1 juli de derde
tranche van Kwalibo in werking.
Is voorbereiding op het besluit mogelijk?
De taak van Bodem+ is om de implementatie van het Besluit
bodemkwaliteit te ondersteunen. Er is al veel informatiemateriaal
vervaardigd. Dit materiaal gaat nu gebruikt worden om de partijen die
zich willen voorbereiden, te ondersteunen. Naast de handreiking gaat
het om een concept informatieblad en presentatiemateriaal over het
besluit. Daarnaast ondersteunt Bodem+ regionale platforms door
presentaties over het besluit te geven. Uiteraard is het nodig om een
formele slag om de arm te houden omdat het besluit nog bekrachtigd
moet worden. Om die reden wordt de informatie ook digitaal aangeboden.
Pas als het besluit formeel van kracht is, worden de
communicatiemiddelen gedrukt en verspreid.