SGP
SGP » jongeren >>
25 - 06 - 07 | Wet op het kindgebonden budget
Wet op het kindgebonden budget
Plenair debat â 21 juni 2007
B.J. van der Vlies (SGP)
Bittere pil
Als we Sytze Faber in zijn âDe wet van de koestalâ mogen geloven
heerste er in het formatieoverleg van 29 januari 2007 van de partij
van deze minister grote verwarring over het kindgebonden budget. Ik
citeer: âEr is een wat warrige discussie over het door de ChristenUnie
gewenste kindgebonden budget. Het is onduidelijk welk budget
beschikbaar zal zijn. Op steun van het CDA hoeft niet gerekend te
worden. Jan Peter vindt het al heel wat als de ChristenUnie de naam
van kindgebonden budget wordt gegund.â Die passage staat na een
opmerking over de afschaffing van de algemene heffingskorting die
wordt ervaren als bittere pil.
Die verwarring en die âbittere pilâ-ervaring kan de SGP-fractie zich
goed voorstellen. En meer dan dat. Waar de hoogte van het kindgebonden
budget per 2009 nog niet vaststaat, is de afschaffing van de algemene
heffingskorting al zeker. Wat met de ene hand gegeven wordt in het
kindgebonden budget, wordt met de andere hand weer meer dan genomen
met de afschaffing van de overdraagbare algemene heffingskorting en
het extra geld dat naar de kinderopvang gaat.
Wetsvoorstel
Oppervlakkig beschouwd zou men kunnen denken dat het wetsvoorstel dat
we vandaag behandelen precies past bij het verkiezingsprogramma van de
SGP. Dat vraagt immers om een vertaalslag waarin er een kindgebonden
budget komt dat beschikbaar is voor alle ouders. Dit wetsvoorstel
lijkt de realisering daarvan. Helaas is het slechts een slap aftreksel
van wat ons voor ogen staat.
Eigenlijk is het op hoofdlijnen gewoon het wetsvoorstel van het vorige
kabinet om te dienen als vervanging van de kinderkorting. Dat voorstel
had twee doelen: het verzilveringsprobleem oplossen en het integreren
van inkomensafhankelijke regelingen. Prima doelen. Niets mis mee. Maar
eigenlijk gewoon dezelfde regeling in een nieuw jasje. Geen
kinderkorting maar een kindersubsidie.
Gezin als basis
De SGP vindt het positief als gezinnen financieel ondersteund worden.
In gezinnen worden immers de belangrijke dingen van het leven geleerd.
Daar leren kinderen waarden en normen. Daar leren kinderen
onderscheiden tussen goed en kwaad. Daar worden kinderen geestelijk
gevormd. Daar krijgen kinderen een goede basis voor hun verdere leven.
Uiteraard laat ik nu de vele schrijnende problemen die er ook kunnen
zijn - het mislukken van de opvoeding of het zelfs in
kindermishandeling ontaarden - buiten beschouwing. Ideaal gesproken is
het zoals ik het hier heb weergegeven.
Om die opvoeding te kunnen geven is het belangrijk dat ouders
beschikbaar zijn voor hun kinderen. Ouders moeten hun kinderen kunnen
begeleiden. Daar moet tijd en ruimte voor zijn. Als die ruimte niet
geboden wordt of als ouders maar altijd van huis zijn, dan is de kans
op ontsporing zeer groot. Kinderen hebben een veilige basis nodig, een
thuishaven.
Naast alle goede maatregelen en opvoedingsadviezen die gegeven kunnen
worden, is hoe dan ook de financiële kant van de zaak zeer
belangrijk. Kinderen krijgen is een geschenk, een gave van God.
Kinderen opvoeden is een mooie en verantwoordelijke taak. Een
opdracht. Kinderen onderhouden kan een hele last zijn. Voor een goed
gezinsbeleid zijn de financiële randvoorwaarden daarom van groot
belang.
Bevordering tweeverdienerschap
Als we dit wetsvoorstel zelfstandig bekijken, dan is het oordeel
eenvoudig. Weliswaar te weinig, maar een goed begin. Toch kijken we
dan te beperkt. Dit wetsvoorstel is onderdeel van een heel
kabinetsbeleid. In dat beleid worden juist arbeidsdeelname van
iedereen en tweeverdienerschap scherp gepromoot. Als ik alleen maar
kijk naar het extra geld dat naar de kinderopvang gaat â zoân 700
miljoen â dan wordt dat al duidelijk. Als we ook nog de (geleidelijke)
afschaffing van de overdraagbaarheid van de algemene heffingskorting
erbij betrekken, dan is dat nog veel duidelijker. De visie erachter
is: kinderen zijn een last voor de ouders, ouders moeten zoveel
mogelijk kunnen werken, de staat zal zorgen dat uw kinderen een mooi
plekje krijgen in de kinderopvang.
Het wetsvoorstel dat we vandaag behandelen is hier slechts een kleine
correctie op. Het kijkt immers niet naar de wijze waarop ouders hun
kinderen opvoeden of opvangen. Iedere ouder krijgt afhankelijk van
zijn inkomen een bedrag in handen in de vorm van een kindgebonden
budget. Dat is een eerlijke benadering.
Intussen moeten we dan niet vergeten dat diezelfde ouders alleen een
extra voordeel in de vorm van kinderopvangtoeslag ontvangen als zij
ook buitenshuis gaan werken. Alleen dàn krijgen zij extra geld voor
hun kinderen. Dat is gewoon een nare vorm van rechtsongelijkheid.
De overheid moet zich niet bemoeien met de vraag hoe ouders hun
kinderen willen laten opvangen. Of zij dat via de formele kinderopvang
doen â met budget! â of via de informele â zonder budget! â of
zelfstandig beschikbaar zijn voor hun kinderen â ook zonder budget!
Verschillende regelingen
Ik neem aan dat minister Rouvoet nog goed het verkiezingsprogramma
kent op basis waarvan hij is gekozen. Daar kwam ik iets tegen dat
gelukkig veel leek op onze ideeën hierover. Het heeft onze fractie
daarom erg verbaasd dat juist hij in de beantwoording van onze vragen
waarom de kinderopvanggelden niet zijn meegenomen, zo terughoudend is.
Hij schrijft dat de achtergronden van de kinderopvanggelden en het
kindgebonden budget te verschillend zijn. Dat zou samenvoeging in de
weg staan.
Tot onze verbazing lezen wij in de dezelfde kamerstukken in het kader
van het verdragsrecht dat kinderbijslag, kindgebonden budget en
kinderopvangtoeslag gezamenlijk een vorm van gezinsbijslag zijn. Ze
zouden daarom hetzelfde moeten worden behandeld. Daarin vinden wij
elkaar al weer heel wat beter.
Waarom dan toch later zeggen dat het een ander doel is? Want óf je
vindt dat de doelen zo verschillend zijn dat dat ook een verschillende
benadering vergt in verdragsrechtelijk licht, of je vindt dat het in
beide gevallen gaat om vormen van ondersteuning van gezinnen die
bijeengevoegd kunnen worden. De SGP pleit heel duidelijk voor het
laatste.
Kinderopvangtoeslag en kindgebonden budget zijn zaken die volledig
samengevoegd kunnen worden. Ze hebben hetzelfde doel,
gezinsondersteuning, maar samenvoeging is ook vanwege administratieve
en uitvoeringstechnische redenen veel beter. Het vereenvoudigt de
regels, brengt de administratieve lasten omlaag en het brengt de
burger meer duidelijkheid. Ook is het veel eerlijker. Wat wil de
minister meer?
Wij hebben de minister daarom geholpen met een amendement. Dat beoogt
ook het geld op basis van de Wet op de Kinderopvang te laten verdelen
via het kindgebonden budget. We rekenen op zijn steun.
Per kind
Een oude regeling in een nieuw jasje. Dat was het voorstel van het
vorige kabinet. Deze minister sluit daar voor het komende jaar bij
aan. Waarom wordt dat bedrag in dat jaar per gezin berekend? Dat is
toch geen echt kindgebonden budget, maar gezinsgebonden? Gelukkig gaat
dat in 2009 veranderen. Is het nu echt zo moeilijk om al in 2008 het
bedrag per kind te laten gelden? Ik kan me bijna niet voorstellen dat
het doorgeven van het aantal kinderen nu echt zo moeilijk is dat het
uitstel rechtvaardigt. Wat is er zo complex aan?
Intussen is er al duidelijkheid dat op een gegeven moment de
overdraagbaarheid van de algemene heffingskorting ophoudt â tenzij de
coalitiepartijen het regeerakkoord wijzigen. Ook het extra geld voor
de kinderopvang staat al vast. De negatieve zaken voor veel ouders
zijn dus al bekend. Maar we tasten nog in dikke duisternis over de
hoogte van het kindgebonden budget per kind met ingang van 2009. Weten
we pas bij de Begroting in 2008 wat dit wetsvoorstel voor ouders
oplevert? Hebben we het vandaag dan alleen over de techniek?
De SGP-fractie kan niet begrijpen dat minister Rouvoet dit voor hem
belangrijke punt zo slecht regelt. Als je iets moois maakt, wil je ook
weten wat het oplevert. Toch? Zeker gezien het feit dat het kabinet
nù al volop het zoet uitdeelt, zou het wel erg zuur zijn als er in
2009 geen budget meer is om extra te investeren in het kindgebonden
budget. Gezien de karige hoogte van de gezinstoeslagen in Nederland
ten opzichte van andere landen willen wij de minister met klem vragen
hier alert te zijn en nu eens echt gezinnen te gaan steunen. De tijd
van de individualisering is nu wel voorbij. In dit verband intrigeert
het wat wonderlijk geformuleerde artikel 3, tweede lid. Wat zijn de
concrete plannen?
Export
Net kwam de export van onder meer kinderbijslag al aan bod. Waarom is
het nodig om als Nederland anders dan veel andere landen dit soort
bijdragen door te sluizen naar kinderen die in het buitenland zijn?
Ongetwijfeld zijn er voorbeelden van landen die dat ook doen. Maar
Nederland hoort daarin toch tot de uitzonderingen. Waarom kiest de
regering er niet voor die verdragen te gaan wijzigen als de door de
minister genoemde export verplicht zou zijn? De export van dit soort
toeslagen is ongewenst.
WTOS
Op zich hebben wij begrip voor een eventuele latere invoeging van de
WTOS in deze wet. Het hangt er alleen wel heel erg vanaf of dit in de
praktijk een echte verbetering betekent. Hoe wil de minister hiermee
omgaan? Welke vorm krijgt die WTOS in deze wet?
Belastingdienst en SVB
De uitvoering vindt plaats door de Belastingdienst, terwijl de
kinderbijslag bijvoorbeeld via de SVB gebeurt. Zou het niet een beetje
voor de hand liggen om te kijken of die twee zaken niet wat meer
gecombineerd kunnen worden. Afstemming is mooi, maar we hebben wij de
invoering van de diverse toeslagen vorig jaar gezien dat de uitvoering
verre van vlekkeloos verliep. De Minister doet over die problemen
nogal laconiek. Het zou een eenvoudige regeling zijn. Naar onze
bescheiden mening is de zorgtoeslag zelfs eenvoudiger. Er hoeft daar
immers alleen gekeken te worden naar het inkomen en naar het soort
huishouden. Hier moet ook nog eens contact gelegd worden met de SVB
over het aantal kinderen.
Kwartaal of maand
Het is voor ouders verwarrend dat de kinderbijslag wordt betaald per
kwartaal, terwijl het hieraan gekoppeld recht op een kindgebonden
budget per maand wordt betaald. Is dat erg logisch? Waarom niet in
lijn met artikel 11 van de Algemene Kinderbijslagwet gekozen voor een
kwartaalbenadering. Zeker nu het kindgebonden budget toch geen enorm
bedrag is zou dat het karakter van een âextraâtjeâ nog kunnen
bevorderen. Misschien zijn er best haken en ogen, maar dan hoor ik dat
graag van de minister.
Werkloosheidsval
De opmerking over het verminderen van de werkloosheidsval is volgens
onze fractie pure onzin. Voor velen die uit een situatie met een
uitkering op minimumniveau komen, zal gelden dat hun inkomen onder de
30.000 euro blijft en dus houden ze een precies even hoog kindgebonden
budget als in hun uitkeringssituatie. Sterker nog: nu krijgen mensen
met een uitkering geen kinderkorting in handen en is het dus voordelig
om te gaan werken. Straks maakt het niet uit in welke situatie je zit.
Conclusie
Voorzitter, ik rond af. Het wetsvoorstel van vandaag is voor de
SGP-fractie een goed beginnetje voor een kindgebonden budget, maar de
context van het kabinetsbeleid waar het instaat bevalt ons niet. Wat
met de ene hand via de ene wet wordt gegeven, wordt met de andere hand
via andere regelingen weer stevig weggehaald. Wat vandaag oogt als een
mooie vooruitgang voor een goed gezinsbeleid blijkt bij nadere
beschouwing een camouflage te zijn voor een verdere individualisering
van het belastingstelsel en voor een grote nadruk op
tweeverdienerschap. Helaas.
Wet op het kindgebonden budget