| |
|Datum: 26-06-'07 | | | |Nieuw overleg rooster Brandweer Utrecht |
|De Bedrijfscommissie voor Lagere Publiekrechtelijke Lichamen heeft een| |advies gegeven in het geschil tussen de gemeente Utrecht en de | |Ondernemingsraad van de brandweer. De Bedrijfscommissie is van oordeel| |dat de ondernemingsraad onredelijk heeft gehandeld door geen | |instemming te verlenen aan het voorgestelde rooster. Ze adviseert dat | |opnieuw overleg plaatsvindt tussen gemeente en ondernemingsraad over | |een nieuw rooster waarmee de brandweer in een vier ploegendienst gaat | |werken. De ondernemingsraad van de brandweer krijgt het rooster nu | |opnieuw voorgelegd voor instemming. | | | |De gemeente is blij met dit advies en hoopt de medewerkers van de | |brandweer zo snel mogelijk duidelijkheid te kunnen geven over de | |toekomstige roosters, binnen de bepalingen van het | |Arbeidstijdenbesluit. Om de brandweerzorg op peil te houden blijft het| |bestaande noodrooster van kracht. | | | |Als geen overeenstemming wordt bereikt is de Bedrijfscommissie van | |oordeel dat de gemeente een rooster moet kunnen invoeren dat aan het | |Arbeidstijdenbesluit voldoet. Dan is ook een vervolg van de | |bodemprocedure bij de kantonrechter mogelijk. | | | |Het advies van de Bedrijfscommissie is een vervolg op het eerdere kort| |geding om tot een definitieve oplossing te komen. | |Noot voor de media | |Neem voor meer informatie contact op met Erlijn Mulder, 030 286 1148 |
---- --
| | |
|Aan de leden van de commissie Bestuur en Veiligheid Aan de leden van de| |commissie Bestuur en Veiligheid | | | | | | | | | | | | | | |Behandeld | |Datum | | |door | | |13 april 2007 | |Doorkiesnum| |Ons kenmerk| | |mer | | | | |E-mail | |Onderwerp |Uitspraak | | | | |bedrijfscommissie |
| | | | Geachte dames en heren, | |
Op 13 april 2007 hebben wij u schriftelijk geïnformeerd over de uitspraak in het kort geding tussen de Gemeente Utrecht en de Ondernemingsraad van de Brandweer Utrecht. Deze uitspraak luidde dat wij niet het nieuwe rooster, zoals voorgelegd aan de ondernemingsraad van de brandweer, mochten invoeren. Wij hebben u toen het verdere verloop in deze procedure geschetst. Wij willen u met deze commissiebrief informeren over de ontwikkelingen sindsdien.
Om een blijvende instemming voor een nieuw rooster te bewerkstelligen is - conform het gestelde in de Wet op de Ondernemingsraden - een procedure gestart bij de Bedrijfscommissie voor Lagere Publiekrechtelijke Lichamen. Deze stap is noodzakelijk om een bodemprocedure bij de kantonrechter mogelijk te maken. In een bodemprocedure bij de kantonrechter wordt dan een vervangende instemming gevraagd voor de invoering van een nieuw rooster. Op 15 mei 2007 hebben de Gemeente Utrecht en de Ondernemingsraad van de Brandweer Utrecht hun standpunten bij de Bedrijfscommissie nader toegelicht.
Op 22 juni 2007 hebben wij het advies van de Bedrijfscommissie ontvangen. In deze brief beperken wij ons tot het advies van de Bedrijfscommissie. Het volledige rapport van de Bedrijfscommissie (overwegingen en advies) ligt voor u ter inzage in de leeskamer.
De Bedrijfscommissie adviseert dat opnieuw overleg moet plaatsvinden over het rooster Utrecht4. De Ondernemingsraad van de Brandweer Utrecht krijgt het rooster schriftelijk voorgelegd voor instemming. De Ondernemingsraad zal dit instemmingverzoek vervolgens beoordelen, waarbij hij de wegingsfactoren buiten beschouwing laat. De Bedrijfscommissie adviseert om voor de duur van deze instemmingprocedure het noodrooster te handhaven. Voor zover de Ondernemingsraad en de bestuurder (commandant brandweer) geen overeenkomst bereiken over het rooster Utrecht4 dan wel dat een te groot deel van de medewerkers de voor Utrecht4 noodzakelijke opt-outregeling niet tekent, is de Bedrijfscommissie van oordeel dat de bestuurder in de gelegenheid moet worden gesteld uitvoering te geven aan het rooster Utrecht2.
Besluit
Het College neemt het advies van de Bedrijfscommissie voor Lagere Publiekrechtelijke Lichamen over en hoopt, dat de Ondernemingsraad van de Brandweer hetzelfde zal doen. Gelet op het advies van de Bedrijfscommissie hebben wij de commandant van de Brandweer Utrecht opdracht gegeven het rooster Utrecht4 schriftelijk aan te bieden aan de Ondernemingsraad van de Brandweer Utrecht met het verzoek in te stemmen.
Daarnaast hebben wij besloten dat het bestaande noodrooster van kracht blijft gedurende de periode dat de instemmingprocedure loopt. Dat is naar verwachting vier weken.
De reden en technische achtergrond van het noodrooster is u bekend en wordt in de brief van 13 april 2007 beschreven.
Wij zullen u van het verdere verloop van de procedure op de hoogte houden.
|Hoogachtend, | | | | | | | |Burgemeester en wethouders van Utrecht, | | | | | |De secretaris, De burgemeester, | | | | | | |
---- --