Breda zet in op behoud binnenlocaties voor evenementen
Het college van burgemeester en wethouders heeft besloten in hoger
beroep te gaan tegen de uitspraak van de Bredase bestuursrechter, die
vorige week een einde maakte aan het gedogen van evenementen op drie
locaties: Racketcentrum, Inslag Sportcenter en NAC-stadion.
Koninklijke Horeca Nederland, afdeling Breda, legde de zaak aan de
bestuursrechter voor op grond van oneigenlijke concurrentie. De
uitspraak van de rechter is vooral gebaseerd op interpretatie van de
wettelijke procedures rondom gedoogbesluiten, met name de relatie
tussen het tijdelijk gedogen en het voornemen om een structurele
oplossing te realiseren. De rechter constateert dat Breda een eerder
verleende tijdelijke vrijstelling heeft verlengd zonder voldoende
aannemelijk te maken dat de situatie via de juiste procedures
permanent gemaakt wordt. In de uitspraak gaat de rechter niet in op de
grondslag voor de gedoogbesluiten die Breda m.b.t. deze locaties heeft
genomen.
Zowel voor de genoemde locaties, Racketcentrum, Inslag Sportcenter en
NAC-stadion, als meer in het algemeen voor een grootschalige
evenementenlocatie op de Bavelse Berg, heeft de gemeente plannen en
procedures in een vergevorderd stadium van voorbereiding. Reden om in
hoger beroep aan te voeren, dat het hier gaat om gedogen met zicht op
een permanente juridische regeling, zoals de wet RO dat mogelijk
maakt. Voor twee van de drie binnenlocaties (Racketcentrum en Inslag
Sportcenter) zijn artikel 19 Wet Ruimtelijke Ordening (WRO) procedures
in voorbereiding. Naar verwachting kunnen die tegen het eind van dit
jaar zijn afgerond. Overigens zal daarmee op die locaties slechts een
strikt omschreven en met name genoemd aantal evenementen mogelijk
zijn.
In de voorbereiding zijn onderzoeken naar parkeren, externe
veiligheid, veiligheid van bezoekers en omwonenden opgenomen. Die
zorgvuldigheid vergt tijd, maar betekent zeker geen afstel van het
voornemen om de artikel 19-procedure nog dit jaar af te ronden. De
gemeente zal in deze procedures waar mogelijk versnellen en vraagt
tevens aan de provincie Noord-Brabant een principe-uitspraak over
medewerking aan deze procedures. De gemeente respecteert de
rechterlijke uitspraak en neemt geen nieuwe gedoogbesluiten.
Voor de Bavelse Berg liggen de plannen en procedures op schema. De MER
(milieu-effect rapportage) is afgerond en met de betrokken partners
werd enige tijd geleden de samenwerkingsovereenkomst ondertekend. Nog
voor de zomervakantie verwacht de gemeente met de betrokkenen van
Grontmij B.V. en Maver Holding volgende stappen te kunnen zetten
Brakkenfestival
Het geplande Brakkenfestival in het Racketcentrum kan gewoon doorgaan.
Deze activiteit past binnen het geldende bestemmingsplan. Voor het
organiseren van de knutsel- en sport- en spelactiviteiten biedt de
horeca geen alternatief, zodat volgens de gemeente in dit opzicht
zeker geen sprake is van oneerlijke concurrentie.
Voor andere geplande evenementen treedt de gemeente in overleg met
betrokkenen.
Breda, 26 juni 2007
Gemeente Breda