De Nederlandse Bank
supervision? Principles and practices (Working Paper nr. 141)
Publicatie DNB Working Paper: Who pays for banking supervision? Principles
and practices (Working Paper nr. 141)
Nieuwsbericht
Datum 26 juni 2007
Het bankentoezicht wordt in Nederland betaald door de Staat én de
instellingen die onder toezicht staan. Dit combinatiemodel is uniek.
In sommige landen voert de centrale bank het toezicht en betalen de
belastingbetalers; elders bestaat een aparte toezichthouder die de
rekening veelal stuurt naar de onder toezicht staande instellingen. De
vraag rijst wat de meest optimale vorm van financiering is. Dit is
onderzocht door prof. Henriëtte Prast (DNB), professor Donato
Masciandaro (Bocconi universiteit, Milaan) en dr Maria Nieto (Spaanse
centrale bank).
`Wie profiteert betaalt'
Er bestaat geen theoretisch economisch model van de optimale
financiering van het toezicht. Een eerste aanzet tot een optimaal
financieringsmodel biedt de beneficiary approach: wie profiteert
betaalt. Dat zijn in eerste instantie de instellingen zelf en hun
klanten. Bij solide financiële instellingen is echter de gehele
economie gebaat en dat pleit voor financiering door de
belastingbetalers.
Maar deze benadering is niet afdoende. Naast het kostenbaten vraagstuk
moet het model meer elementen omvatten: de mogelijke relaties tussen
enerzijds het soort financiering en anderzijds de kwaliteit van het
toezicht én de onafhankelijkheid daarvan.
Keus
De studie laat zien dat in de verschillende landen het gekozen
financieringsmodel eerder gebaseerd lijkt op toeval dan op een
principiële keus. Echter, we komen voor keuzes te staan nu het
toezicht steeds internationaler wordt. Als er een internationale
toezichthouder komt, wie moet die dan financieren? Vervolgonderzoek is
nodig om een weloverwogen keuze te kunnen maken voor een financiering
van het internationale toezicht die optimaal is vanuit het perspectief
van de kwaliteit van het toezicht.