LTO Noord


LTO/NOP: Alertheid geboden na uitbraak vogelgriep in Tsjechië

Het gevaarlijke H5N1 vogelgriepvirus heeft toegeslagen op een kalkoenbedrijf in Tsjechië, ongeveer 150 km ten oosten van Praag. Op 20 juni jl. is onderzoek uitgevoerd nadat was gebleken dat bijna een derde van de 6000 kalkoenen op het bedrijf waren doodgegaan. Daags daarna bleek uit zogenaamde PCR-testen (snelle testen) dat het gaat om H5N1 vogelgriep. In maart 2006 werd het virus ook al in Tsjechië gevonden, maar toen ging het om wilde zwanen. Nu gaat het om een bedrijf. De dieren die nog leven, worden geruimd.

LTO en NOP raden pluimveehouders aan om bedacht te zijn op afwijkend gedrag van hun pluimvee, bijvoorbeeld verhoogde sterfte of sterk verminderde opname van voer en water. In dat geval dient de bedrijfsdierarts te worden gewaarschuwd. In uitzonderlijke gevallen kan gebeld worden met het meldnummer dierziekten: 045 5354232.

Uit onderzoek blijkt dat Nederland de laatste weken alleen enkele papegaaien uit Tsjechië heeft geïmporteerd. Maar bekend is dat er in het goedkopere Oost-Europa veel broederijen en opfokbedrijven zijn en dat de pluimveehouderij veel internationale handelscontacten heeft. Op 24 januari 2007 werd de H5N1 vogelgriep gevonden op een pluimveebedrijf in Hongarije, gevolgd door een uitbraak in Oost-Engeland op 1 februari. Het Engelse geval bleek rechtstreeks af te stammen van de Hongaarse, terwijl er geen wilde vogels met vogelgriep aangetoond konden worden. Conclusie was toen dat er waarschijnlijk sprake was van een handelscontact. Volgens LTO en NOP is er reden genoeg om zeer alert te zijn.

De precieze lokatie van het bedrijf is Usti nad Orlici in Oost-Bohemen, zie ook:
. De Europese Unie heeft de afvoer van pluimvee(producten) uit het besmette Tsjechische gebied verboden. Er worden zones van drie en tien kilometer ingesteld rondom het getroffen bedrijf. Dit gebeurt volgens de EU-richtlijn 2005/94 en EU-beschikking 2006/415. In de 3-km zone ligt een pluimveebedrijf met 17.000 kippen. In de 10-km zone liggen nog eens negen bedrijven met in totaal 350.000 stuks pluimvee, voornamelijk kalkoenen en vleeskippen.
Rondom de 10-km zone zal nog een zogenaamde "zone B" worden ingesteld, die waarschijnlijk de grenzen volgt van provincie(s) of gemeente(n). Vanuit dit gebied zal voorlopig geen afvoer van pluimvee(producten) mogelijk zijn.

Het tijdstip van de vondst is ongebruikelijk voor vogelgriep. Het virus overleeft namelijk minder makkelijk bij hogere temperaturen en bovendien is dit niet het seizoen voor de vogeltrek. In het voor- en najaar kan het virus in bijvoorbeeld oppervlaktewater langer overleven. Wilde watervogels (met name eenden) kunnen een virusreservoir van vogelgriep vormen zonder zelf ziek te worden en het virus overdragen op andere (trek)vogels. Vanuit wilde vogels kan het virus overspringen op pluimvee.
Na de vondst van vogelgriep in Hongarije in januari 2007 moet de Tsjechische uitbraak wel bijna tot de conclusie leiden dat H5N1 vogelgriep zich in de natuur in delen van (Centraal) Europa kan handhaven en van tijd tot tijd voor onplezierige verrassingen zorgt. Voor LTO en NOP is dit mede een reden om met kracht te blijven pleiten voor een vaccinatiebeleid, waardoor de veehouderij veel minder kwetsbaar wordt.

Klaas Johan Osinga, 06 10586047
Mona van Spijk,
Integrale portefeuille diergezondheid LTO Nederland

Vrijdag 22 juni 2007