21-06-2007
Onbeperkt Meedoen
Meedoen en erbij horen, daar draaide het om tijdens `de zitting' met
als titel `Onbeperkt meedoen'.
Samenwerking tussen alle zorg- en welzijnsinstellingen en de buurt is
nodig zodat iedereen meedoet, met en zonder beperking. Dat was de
conclusie van `rechter' Tony van der Meulen (schrijvend hoofdredacteur
Brabants Dagblad). Hij stelde de voorstanders van de stelling in het
gelijk tijdens het `kort geding'. Inzet van het (gespeelde) geding was
de positie van mensen met een beperking in de wijk en de wijze waarop
hun positie kan worden verbeterd. De stelling van deze middag luidde:
"Zorginstellingen missen de sociale structuur in de wijk. Dit werkt
belemmerend voor de deelname van mensen met een beperking. Het is hoog
tijd dat het welzijnswerk zijn verantwoordelijkheid ten aanzien van
deze doelgroep neemt". Volgens de aanklagende partij bieden
zorginstellingen aan mensen met een beperking onvoldoende kansen om
mee te kunnen doen in hun wijk. Een stelling die wordt onderschreven
door het onderzoek Onbeperkt Meedoen van antropoloog K. Ahdidouch van
welzijnsonderneming Divers.
Kort geding
De zitting werd deskundige ingeleid en had met de aanwezigheid van
advocaten, getuigen, kruisverhoren en slotpleidooien alles in zich
voor een spannende rechtzaak. "Mensen zijn zelf verantwoordelijk voor
hun eigen welzijn en door het toekennen van persoonsgebondenbudgetten
kan veel meer bereikt worden. Het blijft een taak van de overheid om
deelname te bevorderen", aldus een getuige die zich uitspreekt tegen
de stelling. "Welzijnsorganisaties kennen de sociale netwerken in de
wijken en maken daarmee de wegen vrij, voor mensen met een beperking",
klinkt het uit de hoek van de voorstanders.De aanleiding voor het
debat is de invoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo).
Centraal staat hierbij de doelstelling van de gemeente om iedere
inwoner van 's-Hertogenbosch volwaardig te laten meedoen in de
samenleving. Het gaat erom dat mensen zo lang mogelijk zelfstandig
kunnen wonen. Als mensen hulp nodig hebben, speelt een eigen netwerk
van familie, bekenden en vrijwilligers een belangrijke rol. Maar als
ondersteuning uit het eigen netwerk niet genoeg is, is er
professionele hulp. Volgens de aanwezige welzijnwerkers van Divers is
dit doel alleen te realiseren, als deskundigheid en kennis van de
netwerken in de wijken worden ingezet. Er moet begeleiding en
ondersteuning zijn aan twee kanten, want de wijkbewoner zonder en met
beperkingen ontmoeten elkaar niet vanzelf.
Welzijnswerk nodig voor samensmelting
In zijn presentatie van het onderzoek Onbeperkt Meedoen, gaf drs.
Kalid Ahdidouch enkele voorbeelden van welzijnsdiensten waar de
doelgroep zelf behoefte aan heeft. Bijvoorbeeld een maatjesproject
voor het opbouwen van een sociaal netwerk. Daarbij gaat het om
`georganiseerde vriendschap' waarbij iemand met een beperking wordt
gekoppeld aan een vrijwilliger uit de eigen woonwijk. Of een
klussenproject waarbij mensen met en zonder beperking samen kleine
klusjes voor ouderen in de wijk uitvoeren. Mensen met een beperking
willen ook graag contact met lotgenoten uit de eigen wijk. Een
`kwartierhuis' in een buurtgebouw zou als inloop kunnen functioneren.
"Maar", zegt Ahdidouch in zijn presentatie, "zeker zo belangrijk is
dat de bestaande professionele netwerken in de wijken
verantwoordelijkheid nemen voor deze doelgroep".
Wethouder J. Eugster benadrukte in de nabeschouwing van het debat de
wijze waarop de gemeente zich sterk maakt voor mensen met een
beperking. De ambities staan beschreven in het beleidsplan `Meedoen en
erbij horen' dat onlangs is gepresenteerd aan de raad. Daarbij staat
centraal dat iedereen erbij hoort en we alleen vooruitgang kunnen
boeken als alle betrokken partijen het belang van meedoen
ondersteunen.
Gemeente 's-Hertogenbosch