De Voorzitter van de Tweede Kamer Postbus 90801
der Staten-Generaal 2509 LV Den Haag
Anna van Hannoverstraat 4
Binnenhof 1 A Telefoon (070) 333 44 44
2513 AA S GRAVENHAGE Fax (070) 333 40 33
www.szw.nl
2513AA22XA
Contactpersoon Uw brief 2060715790
Doorkiesnummer Ons kenmerk AM/AMI/07/19110
Datum 20 juni 2007
Onderwerp Kamervragen van de leden Fritsma en Van Roon
(PVV)
Hierbij zenden wij u de antwoorden op de Kamervragen van de leden Fritsma en Van Roon
(PVV) over nieuwe migratieplannen van de Europese Commissie.
De Minister van Sociale Zaken De Staatssecretaris voor Europese Zaken,
en Werkgelegenheid,
(J.P.H. Donner) (Drs. F.C.G.M. Timmermans)
Ons kenmerk AM/AMI/07/19110
2060715790
Vragen van de leden Fritsma en De Roon (beiden PVV) aan de minister van Sociale Zaken en
Werkgelegenheid en de staatssecretaris van Buitenlandse Zaken over nieuwe migratieplannen
van de Europese Commissie. (Ingezonden 23 mei 2007)
Vraag 1.
Hebt u kennis genomen van de berichtgeving over de nieuwe migratieplannen van de Europese
Commissie? 1)
Antwoord 1.
Ja.
Vraag 2.
Deelt u de mening dat in Europa met miljoenen werklozen er geen enkele behoefte is om
werkzoekenden van buiten de Europese Unie aan te trekken en dat alle energie erop gericht
moet zijn om de werklozen in Europa aan het werk te krijgen in de vacatures die open staan,
waardoor ook het aantal werkloosheidsuitkeringen kan worden teruggedrongen? Zo neen,
waarom niet? Zo ja, gaat u aan de Europese Commissie duidelijk maken dat Nederland geen
enkele prijs stelt op de activiteiten die de Commissie op dit terrein wil ontplooien? Zo neen,
waarom niet?
Antwoord 2.
De arbeidsmarkt in de EU is niet meer zuiver lokaal en in het verdrag van Amsterdam is
nadrukkelijk vastgesteld dat de Europese Unie mede op het terrein van migratie bevoegd is.
Gelet op het grensoverschrijdend karakter van migratie is er ook geen alternatief. De
voorstellen van de Commissie moeten mede gezien worden in de context van de bestrijding
van illegale immigratie. Illegale immigratie is een onderwerp waar afzonderlijke lidstaten
slechts beperkt resultaat behalen. In die zin kan Europese samenwerking tot doeltreffender
beleid leiden. Tenzij de vraagsteller van mening is dat illegale immigratie moet worden
vrijgelaten, valt moeilijk in te zien dat het optreden van de Commissie op dit terrein niet
gewenst zou zijn. Dan komen we terug op verdragsverplichtingen.
Overigens stel ik vast dat Nederland één van de laagste werkloosheidpercentages heeft. Ook in
de analyse van de vraagsteller is er daarom aanleiding voor het aantrekken van werkzoekenden
uit andere EU-lidstaten en, voorzover dat niet mogelijk is, voor het aantrekken van
werkzoekenden van buiten de Europese Unie.
Vraag 3.
Deelt u de mening dat het een onzinnige verspilling van belastinggelden is dat de Europese
---
Ons kenmerk AM/AMI/07/19110
Commissie in Mali een soort arbeidsbureau aan het opzetten is waar potentiële werknemers
"gematcht" worden met het banenaanbod in Europese landen? Bent u bereid om te verhinderen
dat werkzoekenden van buiten de Europese Unie via dit bureau aan een baan in Nederland
worden geholpen? Zo neen, waarom niet?
Antwoord 3.
In een eerdere brief1 naar uw Kamer schreven de ministers van Buitenlandse Zaken en voor
Ontwikkelingssamenwerking dat het migratiecentrum Mali een uitwerking zal zijn van de
afspraken zoals die zijn gemaakt tijdens de ministeriële conferentie over Migratie in Tripoli
van november 2006, welke in december 2006 zijn bevestigd in Raadconclusies. Het voorstel
voor dit migratiecentrum is nog niet officieel aan de lidstaten voorgelegd; eurocommissaris
voor Ontwikkelingssamenwerking Michel presenteert dit voorstel waarschijnlijk in juli in het
Europees Ontwikkelingsfonds (EOF)-comité.
Afgaande op de informatie die ons tot nog toe bereikt, kunnen we opmaken dat het centrum tot
doel heeft de migratiestromen beter te reguleren en meer informatie te geven over de
mogelijkheden van migratie en de risico's van illegale migratie. Nederland staat positief
tegenover het verstrekken van informatie over migratiemogelijkheden in de landen van
herkomst. Of in het voorstel van de eurocommissaris ook sprake zal zijn van "matching" van
vraag en aanbod, zoals u in uw vraag aan de orde stelt, is ons nog niet bekend. Vooruitlopend
op het definitieve voorstel, kunnen we alvast aangeven dat Nederland, evenals enkele andere
EU-lidstaten, van mening is dat het uitoefenen van de bevoegdheid op het gebied van toelating
een competentie is van de lidstaten zelf.
1) NRC.Next, 16 mei 2007
1 Tweede Kamer, vergaderjaar 20062007, 22 112, nr. 501
---
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid