Partijvoorzitter Van Heeswijk: betere positie jongeren in het CDA
Partijvoorzitter Peter van Heeswijk heeft tijdens het CDJA-Congres zaterdag 16 juni jl gepleit voor een betere positie van jongeren binnen het CDA. "Jongeren moeten een betere positie krijgen in onze partij. Zij moeten de kans krijgen om daadwerkelijk politieke verantwoordelijkheid te dragen: in commissies en werkgroepen, in gemeenteraad, provinciale staten en Tweede Kamer. Niet alleen omdat zij jongeren zijn maar omdat zij jong, getalenteerd zijn en kwaliteit in huis hebben", aldus Van Heeswijk.
Beste mensen. Dank voor de uitnodiging om hier als nieuwe partijvoorzitter het woord te voeren.
De tijd dat CDA geassocieerd werd met ouderen en grijze pakken is voorbij; het CDA is grootste partij onder jongeren in de categorie van 18 tot en met 35 jaar. Daar kregen wij 24% van de kiezers. Bij laatste verkiezingen in november 2006 haalden wij een relatief goede score in studentensteden en deden wij het relatief goed in de Randstad.
De zichtbaarheid CDJA met onder met het Team Toekomst, Che-JP-shirts, de ronde langs hogescholen en universiteiten heeft vruchten afgeworpen. Onze jongeren zijn veel zichtbaarder geworden en hebben trends gezet. Als Hugo Borst zondagavond in Studio Voetbal met een JP-shirst in de uitzending zit, dan heb je het goed gedaan.
Er zijn grote kansen voor CDA en CDJA, maar die moeten wij dan wel grijpen. Het grootste gevaar dat ons bedreigt is zelfgenoegzaamheid, op onze lauweren rusten en stilstand want die leidt ook tot de spreekwoordelijke achteruitgang.
Ik was daarom -los van enkele feitelijke onjuistheden- blij met het betoog en de waarschuwing van CDJA-voorzitter Harrie van der Molen en Maarten Neutenboom zaterdag 9 juni jl in Trouw.
CDA-debatpartij
Centraal staat de komende jaren voor mij de Agenda 2011-2015; wij moeten nu al gaan nadenken over het nieuwe verkiezingsprogramma voor de volgende kabinetsperiode 2011-2015. Welke ontwikkelingen zijn er?, Zijn er nieuwe of andere thema's, moeten wij andere accenten zetten? Wij moeten nu starten met het denken en debatteren daarover. Ook en misschien wel juist als regeringspartij moeten wij dat debat voeren.
Ik ga dus voor debat, debat, debat in onze partij. Dat heb ik in mijn campagne gezegd, en dat wil ik nu ook waarmaken. Geen debat om het debat maar als middel om onze boodschap steeds te toetsen aan de tijdgeest en aan nieuwe ontwikkelingen en thema's. En om waar nodig onze politieke boodschap te toetsen en aan te scherpen. Want een debat levert ook signalen op die weer vertaald moeten worden in politieke daden;
Bij dat debat schuwen wij lastige thema's niet: wij zijn immers een volwassen en stabiele partij en kunnen wel tegen een stootje
Discussie ook over thema's die ons raken, die ook jongeren raken. Ik noem
* het huisvestingsbeleid met aandacht voor zaken als jongerenhuisvesting
* het integratiebeleid met aandacht voor de moeizame participatie en scholing van allochtone jongeren, de rol van religie in het publieke domein,
* ook aandacht ook voor de solidariteit tussen generaties en de vergrijzingsproblematiek.
Niet met de opzet generaties tegenover elkaar te zetten, maar om juist te zoeken naar verbinding; een gezamenlijk zoeken naar de juiste aanpak van de vergrijzing.
Los van rigoreuse maatregelen vormen een financieel-solide beleid en het streven naar meer arbeidsparticipatie een degelijke basis om de vergrijzingsproblemen aan te pakken.
Het CDA zal het kabinet op koers moeten houden, zeker op deze twee punten.
Meer straat, minder staat
Enkele jaren geleden organiseerde het CDA een symposium met als motto: minder staat, meer straat.
Kernpunt was daar de noodzaak om als politieke partij veel meer de straat op te gaan. Weg uit de gemeente- en provinciehuizen en de departementen, naar de burgers toe. Dat is de enige manier om betrokkenheid bij de politiek te stimuleren. En dat is broodnodig want met enkele oplevingen en uitzonderingen neemt het ledental van politieke partijen steeds verder af en is het moeilijk mensen te bewegen daadwerkelijk politiek actief te zijn.
Te vaak blijken dit soort woorden loze woorden te zijn. Daarom ben ik ook blij met de 100-dagentoernee van het kabinet. Dat verdient navolging door onze partij, en dan niet voor 100 dagen maar voor alle komende jaren.
Dat betekent dat wij:
- allereerst fysiek zichtbaarder moeten zijn: op politieke markten, op straat etc
- dat wij actiegerichter moeten zijn, zeker op lokaal gebied liggen daar genoeg kansen. Een moor voorbeeld van een actie die landelijk en lokaal aansloeg was de actie Geen coffeeshops in de buurt van scholen. Dat heeft tot daden geleid, bijvoorbeeld in Rotterdam waar bijna de helft van de coffeehops wordt gesloten
- dat wij veel meer dan nu het maatschappelijk middenveld en de maatschappelijke organisaties, op alle niveaus , dus ook de speeltuinvereniging, de sportclub, de bewoners- en wijkcommissie moeten opzoeken om samen met die verenigingen zaken aan te pakken.
In dure woorden: maatschappelijke allianties aangaan. Dat is nodig omdat maatschappelijk draagvlak essentieel is voor een politieke partij en lokaal, provinciaal, landelijk en Europees bestuur.
Daar is voor het CDA nog een wereld te winnen
Het CDJA kan daar heel veel betekenen, in de talrijke contacten met andere jongeren en organisaties. Zoek die organisaties -studentenverenigingen, jongeren van CNV tot EO, de scouting - op en betrek ze bij het CDJA en de politiek.
De CDJA-ers zijn onze ambassadeurs; zij kunnen leeftijdgenoten meer betrekken bij de politiek.
CDA en CDJA
Het CDJA verwacht veel van het CDA. En dat is terecht. Ik ga er ook vanuit dat ook de komende tijd het CDJA zijn horzelfunctie waarmaakt, en de moederpartij en haar politici op de inhoud prikkelt.
Maar het CDA verwacht ook veel van het CDJA: het is een bondgenoot in het politieke debat, het levert het CDA het broodnodige politieke talent waar meer mee moet gebeuren. Ik heb het in mijn campagne gezegd en zeg het nu weer: jongeren moeten een betere positie krijgen in onze partij. Zij moeten de kans krijgen ook daadwerkelijk politieke verantwoordelijkheid te dragen: in werkgroepen en commissies, in gemeenteraad, provinciale staten en Tweede Kamer. Niet alleen omdat zij jongeren zijn, maar omdat zij jong, getalenteerd zijn en kwaliteit in huis hebben.
Ook als het gaat om het zoeken naar nieuwe en moderne middelen om kiezers te mobiliseren zien wij het CDJA als onze bondgenoot..
Communicatie is anno 2007 het sleutelwoord. Wie slecht, niet eenduidig, niet eensgezind en niet authentiek communiceert verliest de verkiezingen (VVD,PvdA) en wie het omgekeerde doet wint de verkiezingen (CDA, SP, CU)
Communicatie is het sleutelwoord, en authenticiteit in de communicatie is doorslaggevend. Als voorbeeld: Jan Peter Balkenende heeft 10.000-den vrienden op Hyves; dat is alleen maar gelukt doordat hij authentiek, zichzelf bleef in de communicatie
Om een beter beeld te krijgen waar het jongerenpotentieel zich bevindt, wat zij van het CDA verwachten en met welke middelen zij het best bereikt kunnen worden start na de zomer een jongerenmarketingonderzoek. Met de uitkomsten daarvan kunnen CDA en CDJA hun voordeel doen.
Tot slot
Ik reken als partijvoorzitter op het CDJA, zijn inzet, kritische zin, acties en activiteiten, talenten en kwaliteiten, creativiteit en vooral gedrevenheid.
Want om dat laatste gaat het natuurlijk in de eerste plaats: gedrevenheid en passie voor onze christen-democratische idealen en voor een betere samenleving.
Ik reken op jullie
CDA