Raad van de Europese Unie

10654/07 (Presse 137) 1
NL
RAAD VAN
DE EUROPESE UNIE
NL
10654/07 (Presse 137)
(OR. en)
PERSMEDEDELING
2808e zitting van de Raad
Algemene Zaken en Externe Betrekkingen
Algemene Zaken
Luxemburg, 17-18 juni 2007
Voorzitter Frank-Walter STEINMEIER
Minister van Buitenlandse Zaken van Duitsland

* Voor de 2809e zitting van de Raad Externe Betrekkingen is er een aparte mededeling aan de pers (10657/07).
17.-18 VI.2007
10654/07 (Presse 137) 2
NL
Voornaamste resultaten van de Raadszitting
De Raad heeft de junibijeenkomst van de Europese Raad voorbereid, met name wat het agendapunt "hervorming van de EU-verdragen" betreft. Hij heeft een verslag van het voorzitterschap besproken waarin een beoordeling wordt gegeven van de uitkomst van het overleg met de lidstaten naar aanleiding van de moeilijkheden bij de bekrachtiging van het constitutionele verdrag, en mogelijke verdere stappen worden verkend voor een hervorming van de verdragen, zodat de Europese Raad deze kwestie kan afsluiten.
De Raad heeft de heer Miroslav LajčĆ”k benoemd tot speciaal vertegenwoordiger van de Europese Unie in BosniĆ« en Herzegovina.
Voorts heeft hij een wijziging aangebracht in de lijst van personen waarvoor maatregelen gelden ter ondersteuning van het Internationaal Straftribunaal voor het voormalige Joegoslaviƫ, in verband met de overdracht van Ante Gotovina aan het tribunaal. 17.-18 VI.2007

1 Wanneer de Raad verklaringen, conclusies of resoluties heeft aangenomen, wordt dat in de titel van het betrokken punt vermeld. De aangenomen teksten staan tussen aanhalingstekens. De documenten waarvan het nummer in de tekst wordt genoemd, staan op de internetsite van de Raad http://www.consilium.europa.eu.
Besluiten ten aanzien waarvan verklaringen voor de Raadsnotulen zijn afgelegd die beschikbaar zijn voor het publiek, zijn aangegeven met een asterisk; de tekst van de verklaringen staat op de bovengenoemde internetsite van de Raad en is ook verkrijgbaar bij de Persdienst. 10654/07 (Presse 137) 3
NL
INHOUD1
DEELNEMERS................................................................................................................................. 5 BESPROKEN PUNTEN
HERVORMINGSPROCES VAN DE EU-VERDRAGEN................................................................. 7 VOORBEREIDING VAN DE BIJEENKOMST VAN DE EUROPESE RAAD IN JUNI ................ 8 MIGRATIE - Conclusies van de Raad ................................................................................................ 9 ANDERE GOEDGEKEURDE PUNTEN
EXTERNE BETREKKINGEN
. Afghanistan - Conclusies van de Raad.................................................................................................................. 13 . Uganda - Conclusies van de Raad......................................................................................................................... 14 . Consulaire samenwerking - Conclusies van de Raad............................................................................................ 15 . Bosnie en Herzegovina - Speciaal vertegenwoordiger van de EU ........................................................................ 15 . Internationaal Straftribunaal voor het voormalige Joegoslavie - Beperkende maatregelen................................... 16 . Algemene Vergadering van de VN - Prioriteiten van de EU................................................................................. 16 . Noordelijke dimensie............................................................................................................................................ 16 . Illegale handel in handvuurwapens - Conclusies van de Raad.............................................................................. 17 . Internationaal verdrag inzake wapenhandel - Conclusies van de Raad................................................................. 19 . Massavernietigingswapens - EU-strategie............................................................................................................. 20 . Associatieovereenkomst EU-Algerije ................................................................................................................... 20 . Associatieovereenkomst EU-Jordanie................................................................................................................... 20 . Deelname van bepaalde derde landen aan communautaire programma's.............................................................. 20 17.-18 VI.2007
10654/07 (Presse 137) 4
NL
. Preventie van gewelddadige conflicten ................................................................................................................. 21 . Efficientie, samenhang en zichtbaarheid van het externe beleid van de Europese Unie ....................................... 21 EUROPEES VEILIGHEIDS- EN DEFENSIEBELEID
. Verslag van het voorzitterschap over het EVDB................................................................................................... 21 . Militaire oefening MILEX 08/CPX van de EU..................................................................................................... 21 ONTWIKKELINGSSAMENWERKING
. Humanitaire hulp - Conclusies van de Raad ......................................................................................................... 22 . Bevordering van werkgelegenheid via de ontwikkelingssamenwerking van de EU - Conclusies van de Raad ..................................................................................................................................................................... 22 HANDELSPOLITIEK
. Markttoegang ten behoeve van Europese exporteurs - Conclusies van de Raad................................................... 22 . Antidumping - Thailand - Suikermais ................................................................................................................... 22 . Antidumping - China - Zadels ............................................................................................................................... 22 ALGEMENE ZAKEN
. Besprekingen in de verschillende formaties van de Raad ..................................................................................... 23 BESTRIJDING VAN TERRORISME
. Financiering van terrorisme.................................................................................................................................. 23 ECONOMISCHE EN FINANCIƋLE VRAAGSTUKKEN
. Italie - Btw-aftrek voor bepaalde voertuigen......................................................................................................... 23 . Speciaal verslag van de Rekenkamer over het systeem van het communautair douanevervoer - Conclusies van de Raad.......................................................................................................................................................... 23 EUROPESE ECONOMISCHE RUIMTE
. Wijzigingen van de EER-overeenkomst................................................................................................................ 24 VERVOER
. Overeenkomst met Panama inzake luchtdiensten.................................................................................................. 24 LANDBOUW
. Voedsel- en Landbouworganisatie van de VN - Conclusies van de Raad............................................................. 24 17.-18 VI.2007
10654/07 (Presse 137) 5
NL
DEELNEMERS
De regeringen van de lidstaten en de Europese Commissie waren als volgt vertegenwoordigd: Belgiƫ:
de heer Karel DE GUCHT minister van Buitenlandse Zaken de heer Didier DONFUT staatssecretaris voor Europese Zaken, toegevoegd aan de minister van Buitenlandse Zaken
Bulgarije:
de heer Ivailo KALFIN viceminister-president en minister van Buitenlandse Zaken de heer Todor CHUROV viceminister van Buitenlandse Zaken mevrouw Evgenia Marinova KOLDANOVA viceminister van Buitenlandse Zaken Tsjechische Republiek:
de heer Alexandr VONDRA viceminister-president, belast met Europese zaken de heer Karel SCHWARZENBERG minister van Buitenlandse Zaken Denemarken:
de heer Per Stig MOLLER minister van Buitenlandse Zaken Duitsland:
de heer Frank-Walter STEINMEIER minister van Buitenlandse Zaken de heer Gunter GLOSER staatsminister, ministerie van Buitenlandse Zaken Estland:
de heer Urmas PAET minister van Buitenlandse Zaken Ierland:
de heer Dermot AHERN minister van Buitenlandse Zaken de heer Dirk ROCHE minister van Milieubeheer, Nationaal Erfgoed en Plaatselijk Bestuur
Griekenland:
mevrouw Dora BAKOYANNI minister van Buitenlandse Zaken de heer Ioannis VALINAKIS staatssecretaris van Buitenlandse Zaken Spanje:
de heer Miguel Angel MORATINOS minister van Buitenlandse Zaken en Samenwerking de heer Alberto NAVARRO GONZALEZ staatssecretaris voor de Europese Unie Frankrijk:
de heer Bernard KOUCHNER minister van Buitenlandse en Europese Zaken de heer Jean-Pierre JOUYET staatssecretaris van Europese Zaken Italiƫ:
de heer Massimo D'ALEMA viceminister-president en minister van Buitenlandse Zaken Cyprus:
de heer Yiorgos LILLIKAS minister van Buitenlandse Zaken Letland:
de heer Artis PABRIKS minister van Buitenlandse Zaken Litouwen:
de heer Petras VAITIEK.NAS minister van Buitenlandse Zaken Luxemburg:
de heer Jean ASSELBORN viceminister-president, minister van Buitenlandse Zaken en Immigratie
de heer Nicolas SCHMIT gedelegeerd minister van Buitenlandse Zaken en Immigratie
Hongarije:
mevrouw Kinga GONCZ minister van Buitenlandse Zaken Malta:
de heer Michael FRENDO minister van Buitenlandse Zaken 17.-18 VI.2007
10654/07 (Presse 137) 6
NL
Nederland:
de heer Maxime VERHAGEN minister van Buitenlandse Zaken de heer Franciscus TIMMERMANS minister voor Europese Zaken Oostenrijk:
mevrouw Ursula PLASSNIK minister van Europese en Internationale Zaken Polen:
mevrouw Anna El.bieta FOTYGA minister van Buitenlandse Zaken mevrouw Ewa O.NIECKA-TAMECKA staatssecretaris, Bureau van het Comite voor Europese Integratie
Portugal:
de heer Luis AMADO minister van staat, minister van Buitenlandse Zaken de heer Manuel LOBO ANTUNES toegevoegd staatssecretaris van Europese Zaken Roemeniƫ:
de heer Adrian CIOROIANU minister van Buitenlandse Zaken Sloveniƫ:
de heer Dimitrij RUPEL minister van Buitenlandse Zaken Slowakije:
de heer Jan KUBI. minister van Buitenlandse Zaken
mevrouw O.ga ALGAYEROVA staatssecretaris, ministerie van Buitenlandse Zaken Finland:
de heer Ilkka KANERVA minister van Buitenlandse Zaken de heer Paavo VAYRYNEN minister van Buitenlandse Handel en Ontwikkeling mevrouw Astrid THORS minister van Migratie en Europese Zaken Zweden:
de heer Carl BILDT minister van Buitenlandse Zaken mevrouw Cecilia MALMSTROM minister voor Europese Zaken Verenigd Koninkrijk:
mevrouw Margaret BECKETT minister van Buitenlandse Zaken en Gemenebestzaken Commissie:
mevrouw Margot WALLSTROM vicevoorzitter
Secretariaat-generaal van de Raad:
de heer Javier SOLANA Secretaris-generaal/Hoge vertegenwoordiger voor het GBVB
17.-18 VI.2007
10654/07 (Presse 137) 7
NL
BESPROKEN PUNTEN
HERVORMINGSPROCES VAN DE EU-VERDRAGEN
De Raad heeft op basis van een verslag van het voorzitterschap (document 10659/07) van gedachten gewisseld over de hervorming van de EU-verdragen, zulks ter voorbereiding van de bijeenkomst van de Europese Raad op 21 en 22 juni 2007.
Het verslag van het voorzitterschap vormt het antwoord op een verzoek van de Europese Raad van juni 2006, in het licht van het overleg met de lidstaten naar aanleiding van de moeilijkheden bij de bekrachtiging van het constitutionele verdrag. Het geeft een beoordeling van de gedachten over het hervormingsproces van de verdragen en verkent mogelijke verdere stappen, zodat de Europese Raad deze kwestie kan afsluiten.
De besprekingen van de Raad waren toegespitst op de volgende punten: . werkwijze (terugkeer naar de traditionele methode van verdragswijzigingen door middel van een wijzigingsverdrag);
. terminologische wijzigingen;
. alleen rechtspersoonlijkheid voor de EU;
. het Handvest van de Grondrechten, en een verwijzing naar dat handvest in het verdrag; . overstijgen van de bestaande "pijlerstructuur".
17.-18 VI.2007
10654/07 (Presse 137) 8
NL
VOORBEREIDING VAN DE BIJEENKOMST VAN DE EUROPESE RAAD IN JUNI De Raad heeft zijn goedkeuring gehecht aan een door het voorzitterschap uitgewerkt ontwerp van conclusies van de bijeenkomst van de Europese Raad op 21 en 22 juni in Brussel. De belangrijkste onderdelen van deze ontwerp-conclusies zijn: . hervormingsproces van de EU-verdragen;
. justitie en binnenlandse zaken (politiele samenwerking, terrorismebestrijding, migratiebeleid, burgerschapsrechten en justitiele samenwerking);
. economische en sociale aangelegenheden (met name voltooiing van de interne markt, technologie en onderzoek, sociaal beleid, klimaatverandering en energiebeleid, en vervoer); . externe betrekkingen (met name Europees nabuurschapsbeleid, strategie ten aanzien van Centraal-Azie en betrekkingen met Afrika).
17.-18 VI.2007
10654/07 (Presse 137) 9
NL
MIGRATIE - Conclusies van de Raad
De Raad heeft de volgende conclusies aangenomen:
"1. De Raad onderstreept het belang van het migratiethema voor de EU en haar lidstaten. Hij is derhalve verheugd over de belangrijke vorderingen die zijn gemaakt met de aanneming en uitvoering van de totaalaanpak inzake migratie, en de strategie die de Europese Raad in december 2005 heeft opgesteld en in december 2006 heeft aangevuld met conclusies over de uitwerking van een algeheel Europees migratiebeleid.
2. De Raad neemt nota van de eerste reeks prioritaire acties voor de totaalaanpak, gericht op Afrika en het Middellandse Zeegebied. Een intensievere politieke dialoog, waartoe ook de recente EU-missies naar Afrika behoren, en concrete samenwerking met Afrikaanse en Euromed-partners over migratie en daaraan gerelateerde vraagstukken, zoals de ontwikkelingsaspecten van migratie, zijn belangrijke recente verwezenlijkingen. De verhoogde capaciteit om de controle aan de buitengrenzen te beheren, met name door gezamenlijke maritieme operaties, is een andere belangrijk resultaat. De Raad is van oordeel dat die maatregelen in het licht van de recente gebeurtenissen uitgebouwd moeten worden.

3. De Raad onderstreept dat die inspanningen dringend voortgezet moeten worden, maar wijst ook op de noodzaak om het geografisch toepassingsgebied uit te breiden en de inhoud van de totaalaanpak in algemene zin uit te diepen.

4. De Raad is derhalve ingenomen met de mededelingen van de Commissie van 16 mei 2007 over de toepassing van de algehele aanpak van migratie op de grensgebieden ten oosten en ten zuidoosten van de Europese Unie, en over circulaire migratie en partnerschappen voor mobiliteit tussen de Europese Unie en derde landen. De Raad roept de lidstaten en de Commissie op voldoende personele en financiele middelen uit te trekken, met inachtneming van het bestaande financiele kader, voor een snelle uitvoering van de totaalaanpak inzake migratie.
17.-18 VI.2007
10654/07 (Presse 137) 10
NL
A. Uitbreiding van de totaalaanpak - Toepassing van de totaalaanpak inzake migratie op de grensgebieden ten oosten en ten zuidoosten van de Europese Unie
5. De Raad onderstreept dat de EU, gelet op de grote aantallen migranten die uit of via de oostelijke en zuidoostelijke regio's komen, de migratie efficienter moet beheren. De bestaande samenwerkingsstructuren in de regio moeten verbeterd en volledig in de betrekkingen met de derde landen in kwestie geintegreerd worden, teneinde een bredere, coherentere aanpak te creeren. Die moet vooral zijn beslag krijgen in de dialoog over en de efficiente samenwerking op gebieden als betere grenscontroles, bestrijding van illegale immigratie, georganiseerde criminaliteit en mensenhandel en -smokkel. Het betreft tevens een goed beheerde migratie voor sociale, culturele en economische doeleinden en het benutten van de mogelijkheden om de verbanden en synergieen tussen migratie en ontwikkeling in die gebieden te versterken.

6. De Raad erkent dat de dialoog met de landen in het oosten en het zuidoosten al ver gevorderd is, maar benadrukt dat er nog meer verreikende, concrete maatregelen genomen moeten worden die gebaseerd zijn op de huidige politieke en institutionele kaders en rekening houden met de bevoegdheden van de lidstaten. In de eerste plaats zou er vooral aandacht besteed moeten worden aan een uitdieping van de dialoog en de samenwerking met de regio's die onmiddellijk aan de EU grenzen, d.w.z. de landen van de Westelijke Balkan, Turkije, de ENB-landen (ook over thema's die hen kunnen raken, zoals de consequenties van de situatie van de Iraakse vluchtelingen), en de Russische Federatie. De dialoog over migratiethema's met de landen van herkomst en doorvoer in Centraal-Azie en Azie die op grond van het concept van de migratieroutes zijn vastgesteld, moet eveneens worden geintensiveerd.

7. De Raad onderschrijft de aan deze conclusies gehechte1 prioritaire acties gericht op de grensgebieden ten oosten en ten zuidoosten van de EU, in de context van de uitbreiding van de totaalaanpak inzake migratie. De Raad verzoekt de Commissie verslag uit te brengen over de uitvoering van de aldus uitgebreide alomvattende aanpak. B. Versterking van de alomvattende aanpak - Circulaire migratie en partnerschappen voor mobiliteit tussen de Europese Unie en derde landen
8. De Raad herhaalt dat er actief moet worden nagedacht over de vraag hoe de mogelijkheden tot legale migratie geintegreerd kunnen worden in het externe beleid van de Unie om met de geinteresseerde derde landen tot een evenwichtig partnerschap te komen. Die moeten worden aangepast aan de arbeidsmarktbehoeften van de EU-lidstaten en aan de samenwerkingsresultaten die met de betrokken derde landen zijn geboekt.
1 De bijlage bij deze conclusies staat in document 10746/07. 17.-18 VI.2007
10654/07 (Presse 137) 11
NL

9. De Raad verwelkomt de mededeling van de Commissie over circulaire migratie en partnerschappen voor mobiliteit als basis voor verdere besprekingen. De Raad is van mening dat die twee concepten een belangrijke bijdrage kunnen leveren tot een alomvattende aanpak die maatregelen om de mogelijkheden tot legale migratie te verruimen combineert met acties om illegale immigratie terug te dringen. Die strategie zou er vooral op gericht kunnen zijn duurzame samenwerking met derde landen langs de migratieroutes naar de Europese Unie te bevorderen.

10. De Raad onderstreept dat de partnerschappen voor mobiliteit overwogen zullen worden als zij zowel voor de EU als het derde land een meerwaarde hebben bij het beheer van de migratiestromen, en met dien verstande dat de bereidheid om bij te dragen aan het partnerschap en actief samen te werken de basis vormt voor de daardoor geboden kansen. De partnerschappen moeten, voor zover opportuun, ook mogelijkheden tot legale migratie bieden, met name aangepast aan de specifieke arbeidsmarktbehoeften van de lidstaten, maar met volledige inachtneming van de bevoegdheden van de lidstaten en het beginsel van de communautaire preferentie enerzijds, en een echte samenwerking bij het voorkomen en bestrijden van illegale immigratie, mensenhandel en -smokkel en een efficient terugkeer- en overnamebeleid, waarbij de mensenrechten worden geeerbiedigd, anderzijds.
Voorts is de Raad het erover eens dat die partnerschappen, die voortbouwen op het streven maatregelen en acties te ondernemen die reeds deel uitmaken van de dialoog en samenwerking met derde landen, de volgende elementen kunnen bevatten:
* versterking van de banden tussen migratie en ontwikkeling, onder andere om het productief gebruik van het potentieel van migrantengemeenschappen te vergemakkelijken en projecten voor gezamenlijke ontwikkeling te bevorderen;
* het bundelen van de maatregelen ter ondersteuning van capaciteitsopbouw om de migratie beter te kunnen controleren en beheren;

* bevordering van de reintegratie van repatrianten;
* versoepeling van de visumplicht overeenkomstig de gemeenschappelijke aanpak, rekening houdend met de ervaringen bij de uitvoering van de huidige overeenkomsten;
* betere eerbiediging van de mensenrechten in de strijd tegen illegale immigratie, in het terugkeer- en overnamebeleid en bij de opvang van migranten en asielzoekers, en
* de bescherming van vluchtelingen volgens de internationale normen. 17.-18 VI.2007
10654/07 (Presse 137) 12
NL

11. De Raad is van mening dat het concept van partnerschappen voor mobiliteit tussen de Europese Unie, de lidstaten en derde landen met een beperkt aantal proefpartnerschappen getest kan worden. Hij verzoekt de Commissie derhalve de lidstaten te raadplegen over de verdere uitwerking van het concept, met name over het takenpakket, met het oog op verkennende gesprekken met de geinteresseerde derde landen over proefpartnerschappen in nauwe samenwerking met het voorzitterschap en de geinteresseerde lidstaten. De Commissie wordt verzocht verslag uit te brengen aan de Raad over het resultaat van de raadpleging, zodat de Raad eind 2007 kan bepalen of hij de Commissie moet verzoeken proefpartnerschappen te lanceren.

12. De Raad is het erover eens dat mogelijkheden tot legale migratie, zoals een goed beheerde circulaire migratie, alle partners tot voordeel kan strekken. Alle mogelijkheden voor een goed beheerde circulaire migratie moeten derhalve bestudeerd worden in nauw overleg met de belanghebbenden, zodat de Raad nog in 2007 conclusies kan aannemen." De bijlage over "Prioritaire acties gericht op de grensgebieden ten oosten en ten zuidoosten van de EU" staat in document 10746/07.
17.-18 VI.2007
10654/07 (Presse 137) 13
NL
ANDERE GOEDGEKEURDE PUNTEN
EXTERNE BETREKKINGEN
Afghanistan - Conclusies van de Raad
De Raad heeft de volgende conclusies aangenomen:
"De Raad bevestigt het hechte engagement zoals de Europese Raad dat op 14 december 2006 heeft geformuleerd, dat de EU voor de lange termijn met Afghanistan is aangegaan. De dusgenaamde Afghanistan Compact en de gezamenlijke politieke verklaring van de EU en Afghanistan blijven een volledig kader bieden voor de uitbreiding van het engagement van de EU met Afghanistan. In het kader van dit overkoepelende engagement ten behoeve van de stabiliteit en ontwikkeling in Afghanistan herbevestigt de EU haar steun voor het streven van de Afghaanse regering om de rechtsstaat te bevorderen en uit te breiden door ook op regionaal en provinciaal niveau de politie, de rechtbanken, het gevangeniswezen en het rechtssysteem in zijn algemeenheid, met inbegrip van de drugsbestrijding, op een hoger plan te brengen.
De Raad is ingenomen met de uitzending van een politiemissie van de EU naar Afghanistan, die tevens gericht is op het bredere concept van de rechtsstaat. De missie zal werken aan een Afghaanse politiemacht onder plaatselijke zeggenschap die de mensenrechten eerbiedigt en opereert binnen het rechtsstatelijk kader. De missie vormt een vervolg op de lopende inspanningen en zal een brede, strategische benadering volgen. Hierbij zal de missie zich richten op problemen in verband met de hervorming van de politie op centraal, regionaal en provinciaal niveau. Tevens verwelkomt de Raad dat er een nieuw programma van de Commissie op justitiegebied van start gaat, dat tot doel heeft fundamentele hervormingen in het rechtssysteem te ondersteunen met de nadruk op institutionele hervormingen en rechtsbijstand. Uit de EVDB-missie (ĀgEUPOL AfghanistanĀh) en het programma van de Europese Commissie inzake justitie blijkt dat de EU zich op het gebied van de rechtstaat nog sterker engageert.
In dit verband is de Raad eveneens ingenomen met de conferentie over de rechtsstaat in Afghanistan die op 2 en 3 juli te Rome zal plaatsvinden, en die hij beschouwt als een gunstige gelegenheid om het engagement van de internationale gemeenschap met de hervorming van het gerecht in Afghanistan te versterken en om dit terrein nog meer onder de aandacht van de Afghaanse regering te brengen.
Ook verwelkomde de Raad de bijeenkomst van de ministers van Buitenlandse Zaken van de G8 met hun tegenhangers uit Afghanistan en Pakistan te Potsdam op 30 mei 2007, en stemde hij in met de gezamenlijke verklaring over het initiatief inzake Afghanistan en Pakistan van de G8. Versterking van de regionale samenwerking en de ontwikkeling van een open en opbouwende dialoog tussen Afghanistan en Pakistan zullen voor het algehele verloop van de wederopbouw van Afghanistan van grote betekenis zijn. Dit punt dient een belangrijke plaats te krijgen op de agenda van de volgende zitting van de Gemeenschappelijke coordinatie- en bewakingsraad (JCMB). Derhalve roept de Raad beide landen op de door hen in dit verband gedane toezeggingen na te komen. De EU en haar lidstaten zullen zich kwijten van hun aandeel in de uitvoering van dit initiatief." 17.-18 VI.2007
10654/07 (Presse 137) 14
NL
Uganda - Conclusies van de Raad
De Raad heeft de volgende conclusies aangenomen:
"1. De Raad betuigt opnieuw zijn krachtige steun voor de vredesbesprekingen tussen de regering van Uganda en het Verzetsleger van de Heer (LRA), die momenteel in Juba worden gevoerd om een einde te maken aan het slepende conflict in Noord-Uganda, dat ook op de omliggende regio een vernietigend effect heeft gehad, onder meer door het grote aantal gedode, ontvoerde of ontheemde burgers. Het akkoord over het staken van de vijandelijkheden is van essentieel belang voor het gehele proces. 2. De Raad is ingenomen met de benoeming van de voormalige premier van Mozambique, de heer Joaquim Chissano, tot speciale gezant van de secretaris-generaal van de VN in de gebieden waar het LRA opereert en prijst zijn inspanningen om het bemiddelingsproces te ondersteunen, onder meer door rechtstreekse gesprekken met beide partijen. Hij verheugt zich ook over de bijdrage van de Afrikaanse Unie aan de bemiddelingsinspanningen en prijst de niet aflatende bemiddeling die door de regering van Zuid-Sudan en met name door vice-president Dr. Riek Machar als hoofdbemiddelaar wordt geboden. 3 De Raad benadrukt hoe belangrijk het is om te komen tot een vredesakkoord dat de lokale gemeenschappen vrede en gerechtigheid brengt en verenigbaar is met hun wensen, de nationale wetgeving en het statuut van Rome inzake het Internationaal Strafhof. 4. De Raad is verheugd over de verbetering van de veiligheid en de humanitaire situatie in Noord-Uganda, zonder uit het oog te verliezen dat bijna een miljoen mensen ontheemd zijn, en dringt er bij de regering van Uganda op aan om in vruchtbare samenwerking met de lokale autoriteiten, de NGO's, het systeem van de Verenigde Naties en andere betrokkenen, te blijven tegemoetkomen aan de behoeften van de lokale gemeenschappen aan humanitaire hulp en ontwikkeling.

5. De EU bevestigt opnieuw dat zij haar aanzienlijke humanitaire hulp aan Noord-Uganda zal handhaven en, naargelang de behoeften, steun zal verlenen aan het vredesproces. Zij dringt er bij de regering van Uganda op aan om bij haar hulpverlening het langetermijnherstel en de ontwikkeling in Noord-Uganda als prioriteit te beschouwen en biedt de regering van Uganda aan hierbij te helpen. De EU zal hiertoe met de regering van Uganda en met de internationale gemeenschap samenwerken.

6. De Raad onderstreept hoe belangrijk het is dat de regering van Uganda het democratiseringsproces en de eerbiediging van de mensenrechten en de rechtsstaat blijft versterken. In dit verband uit hij zijn bezorgdheid over enkele negatieve tendensen, zoals de afkalving van de rechtsstaat en de kwestie van de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht, die met name blijken uit de rechtszaak tegen verdachten van het LRA, en over de schendingen van de mensenrechten in de met geweld afgedwongen ontwapening in de Karamojastreek.
17.-18 VI.2007
10654/07 (Presse 137) 15
NL

7. De Raad prijst de regering van Uganda voor haar constructieve rol in de regio met betrekking tot de oprichting van een Oost-Afrikaanse Unie, de Conferentie van de Grote Meren en de intergouvernementele ontwikkelingautoriteit (IGAD), en de betrekkingen met Rwanda en Burundi. Zij spoort de regering aan haar beleid van niet-inmenging in de Democratische Republiek Congo (DRC) voor te zetten. De Raad zwaait de regering van Uganda ook lof toe voor het onder zeer moeilijke omstandigheden inzetten van een vredeshandhavingsmissie met een internationaal mandaat in Somalie." Consulaire samenwerking - Conclusies van de Raad
De Raad heeft de volgende conclusies aangenomen:
"Overeenkomstig de richtsnoeren van de Europese Raad van 15-16 juni 2006 heeft de Raad besloten de consulaire samenwerking tussen de lidstaten van de EU te intensiveren door toepassing van het concept leidende staat voor consulaire zaken. De bedoeling van dit concept is de bescherming van de onderdanen van de lidstaten van de Europese Unie in tijden van crisis in derde landen te verbeteren, vooral op plaatsen waar de burgers van de Europese Unie geen lokale nationale vertegenwoordiging hebben. In geval van een belangrijke consulaire crisis zal de leidende staat, onverminderd de primaire verantwoordelijkheid van de lidstaten voor de bescherming van hun onderdanen, trachten ervoor te zorgen dat alle burgers van de Europese Unie bijstand krijgen en zal hij instaan voor de coordinatie tussen de lidstaten ter plekke. De Raad heeft het voorzitterschap verzocht voor het eind van het jaar verslag uit te brengen over de vorderingen met de toepassing van dit concept."
Bosniƫ en Herzegovina - Speciaal vertegenwoordiger van de EU De Raad heeft een besluit aangenomen houdende benoeming van de heer Miroslav Laj.ak tot speciale vertegenwoordiger van de Europese Unie in Bosnie en Herzegovina voor de periode van
1 juli 2007 tot en met 29 februari 2008 (document 10096/07). De heer Laj.ak treedt in de plaats van de heer Christian Schwarz-Schilling, die op 30 januari 2006 tot speciale vertegenwoordiger was benoemd.
Zie ook: verklaring van Hoge vertegenwoordiger Javier Solana waarin hij de benoeming van de heer Laj.ak verwelkomt, en persmededeling (document 10947/07). 17.-18 VI.2007
10654/07 (Presse 137) 16
NL
Internationaal Straftribunaal voor het voormalige Joegoslaviƫ - Beperkende maatregelen De Raad heeft een besluit aangenomen tot uitvoering van Gemeenschappelijk Standpunt 2004/293/GBVB betreffende maatregelen ter ondersteuning van het Internationaal Straftribunaal voor het voormalige Joegoslavie (ICTY), en tot wijziging van de lijst van personen waarvoor maatregelen deze gelden (document 9854/07).
Na de overdracht van Ante Gotovina aan het ICTY is een aantal personen die banden hebben met de heer Gotovina van de lijst geschrapt, en zijn de gegevens van de resterende personen op de lijst bijgewerkt.
De lijst bevat voorts de namen van andere personen die voortvluchtige personen helpen om zich te blijven onttrekken aan berechting voor misdaden waarvoor het ICTY hen in staat van beschuldiging heeft gesteld, of die anderszins handelen op een wijze die het ICTY zou kunnen belemmeren in zijn werkzaamheden.
Op de lijst van personen, die voor het eerst is opgesteld in april 2003, staan thans de namen van 44 personen voor wie een reisverbod geldt.
Algemene Vergadering van de VN - Prioriteiten van de EU De Raad heeft zijn goedkeuring gehecht aan een reeks EU-prioriteiten voor de 62e Algemene Vergadering van de Verenigde Naties, die in september in New York van start zal gaan (document 10184/07).
Noordelijke dimensie
De Raad heeft nota genomen van het jaarlijks voortgangsverslag 2006 over de uitvoering van het Actieplan voor de noordelijke dimensie, en besloot het aan de Europese Raad op 21 en 22 juni 2007 voor te leggen.
De noordelijke dimensie heeft betrekking op de specifieke uitdagingen en kansen die zich in het gebied van de Oostzee en de Arctische Zee aanbieden, en heeft tot doel, de dialoog en de samenwerking tussen de EU en haar lidstaten, Noorwegen, IJsland en de Russische Federatie te versterken.
Het tweede actieplan voor de noordelijke dimensie betrof de periode 2004 - 2006. In dit actieplan werd bijzondere aandacht gevraagd voor de verschillen in ontwikkeling en voor sectorale problemen in het arctisch en subarctisch gebied en in de Russische regio Kaliningrad. Het tweede actieplan bevatte vijf prioritaire gebieden: economie, ondernemingen en infrastructuur, sociale kwesties (met inbegrip van onderwijs, opleiding en volksgezondheid), milieu, nucleaire veiligheid en natuurlijke hulpbronnen; justitie en binnenlandse zaken en grensoverschrijdende samenwerking. Voor elk van deze gebieden werden in het tweede actieplan specifieke doelstellingen voorgesteld.
17.-18 VI.2007
10654/07 (Presse 137) 17
NL
Illegale handel in handvuurwapens - Conclusies van de Raad De Raad heeft zijn goedkeuring gehecht aan een verslag over de uitvoering van de strategie van de EU ter bestrijding van de accumulatie van en illegale handel in handvuurwapens en lichte wapens (SALW) en munitie daarvoor.
De in december 2005 door de Europese Raad aangenomen strategie bouwt voort op bestaand EUbeleid en acties op dit gebied en brengt die onder een noemer. De strategie bevat een actieplan dat voorziet in permanente evaluatie aan de hand van halfjaarlijkse uitvoeringsverslagen. De Raad heeft ook de volgende conclusies aangenomen: "De bedreiging voor vrede, veiligheid en ontwikkeling die uitgaat van de destabiliserende accumulatie en verspreiding van SALW blijft een zeer verontrustende zaak voor de gehele internationale gemeenschap. Door SALW en de munitie daarvoor sterven jaarlijks meer dan 500.000 mensen. De overgrote meerderheid van de slachtoffers zijn burgers. De Raad herhaalt bijgevolg dat hij vastbesloten is de problematiek van SALW en de munitie daarvoor aan te pakken. De EU erkent dat menselijke veiligheid en menselijke ontwikkeling van elkaar afhankelijk zijn, en zet zich in voor een alomvattende en samenhangende aanpak om de destabiliserende accumulatie en verspreiding van handvuurwapens en munitie te bestrijden en te helpen beeindigen. Bij het nastreven van deze doelstellingen laat de EU zich leiden door de strategie ter bestrijding van de illegale accumulatie van en handel in handvuurwapens en lichte wapens (SALW) en munitie daarvoor, die door de Europese Raad van 15-16 december 2005 is goedgekeurd. Wij verwelkomen de aanzienlijke vorderingen die de EU en de afzonderlijke lidstaten hebben geboekt bij de uitvoering van de strategie en het daarin vervatte actieplan. De Raad benadrukt dat hij volledig achter het op 20 juli 2001 aangenomen VN-Actieprogramma ter voorkoming, bestrijding en uitroeiing van alle aspecten van de illegale handel in handvuurwapens en lichte wapens staat. Het VN-Actieprogramma is de basis waaraan alle inspanningen op wereldvlak worden getoetst. Wij herinneren eraan dat complementariteit op mondiaal, regionaal en nationaal niveau nodig is bij de uitvoering van dit Actieprogramma, en benadrukken de vastberadenheid van de EU om hieraan bij te dragen. De Raad betreurt het dat de VN-Conferentie inzake de toetsing van de vorderingen met de uitvoering van het Actieprogramma in de zomer van 2006 is afgesloten zonder de aanneming van een einddocument. Hij verwelkomt de daaropvolgende beslissingen van de Algemene Vergadering van de VN om de volgende tweejaarlijkse bijeenkomst van staten in het kader van het VN-Actieprogramma in 2008 te houden, en hij is vastbesloten actief zorg te dragen voor de verdere follow-up en uitvoering van het VN-Actieprogramma. 17.-18 VI.2007
10654/07 (Presse 137) 18
NL
De Raad neemt met voldoening nota van de belangrijke bijdrage die de EU en de afzonderlijke lidstaten sinds 2001 leveren aan de bestrijding van de illegale handel in SALW en munitie daarvoor. Met haar alomvattende aanpak van de problematiek van menselijke veiligheid, die in het bijzonder betrekking heeft op de controle en vermindering, alsmede op de inzameling en verwijdering van SALW en munitie, maar ook op grenscontroles, juridische hervormingen en de bewustmaking van het publiek, levert de EU, samen met de afzonderlijke lidstaten, wereldwijd de grootste bijdrage aan projectwerkzaamheden en technische samenwerking op het gebied van SALW en munitie daarvoor. Munitie speelt een doorslaggevende rol bij de escalatie en voortduring van gewapende conflicten en de verspreiding van georganiseerde criminaliteit. De Raad is bijgevolg ingenomen met de toenemende aandacht voor het munitieprobleem. De Raad onderschrijft de beslissingen van de Algemene Vergadering van de VN om dieper op dit probleem in te gaan, en hij moedigt actieve betrokkenheid bij dit proces aan. Hij steunt tevens de in het kader van de OVSE lopende werkzaamheden in verband met de problematiek van voorraden conventionele munitie. Het feit dat SALW- en munitievoorraden niet effectief en efficient worden beheerd en beveiligd, is niet alleen een belangrijke oorzaak van de illegale handel in SALW en munitie daarvoor, maar vormt ook een bedreiging voor de burgerbevolking en het milieu. Tegen deze achtergrond verwelkomt de Raad de conclusies van de bijeenkomst van deskundigen ĀeEnhancing controls and promoting reductions in stockpiles of conventional arms and ammunitionĀf (De voorraden conventionele wapens en munitie meer controleren en helpen verminderen), die op 3 en 4 april 2007 in Berlijn is gehouden. Hij benadrukt dat hij bereid is technische medewerking te verlenen aan het beheer en de beveiliging van voorraden door opleiding aan te bieden en advies te verstrekken over verbeteringen in de infrastructuur, alsmede over technische en administratieve maatregelen zoals markering en registratie.
De Raad benadrukt dat in vele regio's en landen van de wereld SALW-wetgeving moet worden vastgesteld en verbeterd, waaronder wetgeving en controles voor de regulering van de uitvoer, invoer en overdracht van SALW en de tussenhandel daarin. De EU en de afzonderlijke lidstaten bevestigen hun engagement om nationale, regionale en mondiale initiatieven ter versterking van dergelijke controles te steunen en hieraan bijstand te verlenen, alsook de uitvoering ervan te bevorderen.
De Raad wijst erop dat het illegale vervoer door de lucht van handvuurwapens en lichte wapens en munitie daarvoor moet worden bestreden. Luchtvervoer is in vele regio's een van de belangrijkste kanalen voor de illegale verspreiding van SALW en munitie daarvoor. De Raad erkent het belang van passende controles en beveiligingsmaatregelen ter voorkoming van illegaal luchtvervoer, en moedigt de voortzetting aan van de lopende werkzaamheden in het kader van de OVSE en de Regeling van Wassenaar.
17.-18 VI.2007
10654/07 (Presse 137) 19
NL
De Raad is ingenomen met het wereldwijd groeiende besef dat de proliferatie van SALW en gewapend geweld negatieve gevolgen heeft voor duurzame ontwikkeling en voor de verwezenlijking van de millenniumontwikkelingsdoelstellingen. In dit verband steunen de EU en de afzonderlijke lidstaten mondiale, regionale en nationale initiatieven om deze last te verlichten en meetbare vooruitgang te maken met de voorkoming en terugdringing van de proliferatie van SALW en gewapend geweld. De Raad verwelkomt tevens inspanningen om maatregelen inzake SALWcontroles en terugdringing van gewapend geweld op te nemen in nationale planningkaders voor ontwikkeling.
De Raad benadrukt nogmaals de rol van regionale en subregionale samenwerking in de strijd tegen het illegale aanbod en de destabiliserende verspreiding van SALW en munitie daarvoor. Regionale studiebijeenkomsten en uitwisselingen van beste praktijken, onder meer in het kader van het ASEAN Regionaal Forum, de EU-AU, de EU-LAC en andere regionale processen, dragen bij tot het opbouwen van vertrouwen en het creeren van politieke wil en engagement om de verspreiding van SALW en munitie daarvoor aan te pakken. De Raad benadrukt dat hij zich blijft inzetten voor samenwerking op het gebied van SALW en munitie daarvoor, in het bijzonder met Afrikaanse partners bezuiden de Sahara. In dit verband verwelkomt hij de aanneming, op 24 april 2007, van een gezamenlijke verklaring van de ECOWAS (Economische Gemeenschap van West-Afrikaanse Staten) en de EU over de proliferatie van handvuurwapens en lichte wapens." Internationaal verdrag inzake wapenhandel - Conclusies van de Raad De Raad heeft de volgende conclusies aangenomen:
"De Raad stelt met tevredenheid vast dat de praktische besprekingen voor de opstelling van een juridisch bindend internationaal verdrag inzake wapenhandel zijn begonnen. De Raad tekent aan dat de secretaris-generaal van de VN in januari 2007 het standpunt van de lidstaten heeft gevraagd over de haalbaarheid, de werkingssfeer en de ontwerp-parameters van een alomvattend, juridisch bindend instrument, met het oog op de vaststelling van gemeenschappelijke internationale normen voor de invoer, uitvoer en overdracht van conventionele wapens. De Raad vindt het bemoedigend dat een groot aantal staten tot nog toe heeft bijgedragen aan dit proces, en blijk heeft gegeven van voortdurende en toenemende internationale steun voor dit initiatief, en betuigt zijn erkentelijkheid voor de actieve deelname van de lidstaten van de EU aan dit proces. Uit de ervaring van de Europese Unie met haar eigen systeem van exportcontrole komt naar voren dat het haalbaar is overeenstemming te bereiken over een instrument zonder dat staten hun nationale voorrecht wordt ontnomen om zelf bepaalde vormen van export toe te staan of te verbieden, en blijkt dat een multilateraal mechanisme voor exportcontrole doeltreffend en efficient is.
De Raad benadrukt dat het van belang is dat er in de aanloop naar een verdrag inzake wapenhandel wordt samengewerkt met andere staten en regionale organisaties. De Raad is er vast van overtuigd dat een alomvattend, juridisch bindend instrument, dat spoort met de bestaande verantwoordelijkheden van de staten uit hoofde van het toepasselijke internationale recht, en waarin gemeenschappelijke internationale normen worden vastgesteld voor de invoer, uitvoer en overdracht van conventionele wapens, in belangrijke mate zal bijdragen aan de strijd tegen de ongewenste en onverantwoorde verspreiding van conventionele wapens, die een ondermijnende werking heeft op het gebied van vrede, veiligheid, duurzame ontwikkeling en volledige eerbiediging van de mensenrechten." 17.-18 VI.2007
10654/07 (Presse 137) 20
NL
Massavernietigingswapens - EU-strategie
De Raad heeft zijn goedkeuring gehecht aan een voortgangsverslag over de uitvoering van de in december 2003 door de Europese Raad aangenomen EU-strategie tegen de verspreiding van massavernietigingswapens.
Dit zesmaandelijkse voortgangsverslag, over de activiteiten van de EU in het eerste halfjaar van 2007, is opgesteld door het bureau van de persoonlijke vertegenwoordiger van de Hoge vertegenwoordiger voor non-proliferatie, in coordinatie met de Commissie. Associatieovereenkomst EU-Algerije
De Raad heeft een besluit aangenomen met het oog op de oprichting, door de Associatieraad EUAlgerije, van een werkgroep sociale zaken en 6 technische subcomites, die de uitvoering van de overeenkomst bezien.
De Europees-mediterrane overeenkomst met Algerije, die in september 2005 in werking is getreden, voorziet in de totstandbrenging van een vrijhandelszone tussen de EU en Algerije, uiterlijk op 31 augustus 2017.
Associatieovereenkomst EU-Jordaniƫ
De Raad heeft een besluit aangenomen houdende goedkeuring van de sluiting van een overeenkomst met Jordanie tot wijziging van de Associatieovereenkomst tussen de EU en Jordanie (document 7387/07).
De Associatieovereenkomst EU-Jordanie is in mei 2002 in werking getreden. Nadat in januari 2006 verdere bilaterale handelsconcessies voor landbouwproducten en verwerkte landbouwproducten zijn ingesteld, is de overeenkomst gewijzigd om onjuistheden met betrekking tot bepaalde codes van de Jordaanse douanenomenclatuur te verduidelijken en te verbeteren. Deelname van bepaalde derde landen aan communautaire programma's De Raad heeft een besluit aangenomen waarbij de Commissie gemachtigd wordt onderhandelingen te voeren over protocollen bij de partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomsten van de EU met Armenie, Azerbeidzjan, Georgie, Moldavie en Oekraine, bij de Euromediterrane associatieovereenkomsten met Algerije, Egypte, Israel, Jordanie, Libanon, Marokko en Tunesie en bij de interim-overeenkomst met de PLO ten behoeve van de Palestijnse Autoriteit, tot vaststelling van de algemene beginselen voor de deelname van die landen aan communautaire programma's. 17.-18 VI.2007
10654/07 (Presse 137) 21
NL
Preventie van gewelddadige conflicten
De Raad heeft zijn goedkeuring gehecht aan een verslag van het voorzitterschap aan de Europese Raad betreffende de EU-activiteiten in het kader van de preventie van gewelddadige conflicten. Het verslag biedt een overzicht van de activiteiten die de EU sinds juli 2006 heeft ondernomen op grond van het EU-programma voor de preventie van gewelddadige conflicten dat in juni 2001 in Goteborg door de Europese Raad is aangenomen.
Het bevat ook aanbevelingen op basis van de ervaring die is opgedaan tijdens de activiteiten die vorig jaar zijn verricht. Het verslag gaat over de ontwikkelingen met betrekking tot vroegtijdige waarschuwing, planning en beleid enerzijds, en EU-instrumenten anderzijds, alsmede over de samenwerking met partners.
Efficiƫntie, samenhang en zichtbaarheid van het externe beleid van de Europese Unie De Raad heeft nota genomen van een voortgangsverslag, met aanbevelingen voor de toekomst, betreffende maatregelen ter verbetering van de efficientie, de samenhang en de zichtbaarheid van het externe beleid van de EU (document 8909/07).
EUROPEES VEILIGHEIDS- EN DEFENSIEBELEID
Verslag van het voorzitterschap over het EVDB
De Raad heeft zijn goedkeuring gehecht aan een verslag van het voorzitterschap over het Europees veiligheids- en defensiebeleid (EVDB), dat aan de Europese Raad van 21 en 22 juni 2007 zal worden voorgelegd.
Het verslag heeft betrekking op alle EVDB-aangelegenheden die in de eerste helft van dit jaar zijn besproken en bevat tevens een mandaat voor het komende Portugese voorzitterschap. Militaire oefening MILEX 08/CPX van de EU
De Raad heeft zijn goedkeuring gehecht aan het ontwerp van de oefeningspecificaties voor militaire oefening MILEX 08/CPX van de EU, die zal worden toegespitst op de interactie tussen een EUoperationeel hoofdkwartier en een EU-hoofdkwartier van de troepenmacht. De uitvoering van deze EU-oefening past in het kader van een EU-oefeningenprogramma dat in juni 2006 door de Raad is goedgekeurd.
17.-18 VI.2007
10654/07 (Presse 137) 22
NL
ONTWIKKELINGSSAMENWERKING
Humanitaire hulp - Conclusies van de Raad
Volledige tekst van deze conclusies (document 10496/07): http://register.consilium.europa.eu/pdf/nl/07/st10/st10496.nl07.pdf Bevordering van werkgelegenheid via de ontwikkelingssamenwerking van de EU - Conclusies van de Raad
Volledige tekst van deze conclusies (document 10513/07): http://register.consilium.europa.eu/pdf/nl/07/st10/st10513.nl07.pdf HANDELSPOLITIEK
Markttoegang ten behoeve van Europese exporteurs - Conclusies van de Raad Volledige tekst van deze conclusies (document 10542/07 + COR 1): http://register.consilium.europa.eu/pdf/nl/07/st10/st10542.nl07.pdf http://register.consilium.europa.eu/pdf/nl/07/st10/st10542-co01.nl07.pdf Antidumping - Thailand - SuikermaĆÆs
De Raad heeft een verordening aangenomen tot instelling van een definitief antidumpingrecht en tot definitieve inning van het voorlopige antidumpingrecht op bepaalde bereide of verduurzaamde suikermais in korrels van oorsprong uit Thailand (document 10272/07). Antidumping - China - Zadels
De Raad heeft een verordening aangenomen tot instelling van een definitief antidumpingrecht en tot definitieve inning van het voorlopige antidumpingrecht op bepaalde zadels van oorsprong uit de Volksrepubliek China (document 10231/07).
17.-18 VI.2007
10654/07 (Presse 137) 23
NL
ALGEMENE ZAKEN
Besprekingen in de verschillende formaties van de Raad De Raad heeft nota genomen van een verslag van het voorzitterschap over de besprekingen in de verschillende Raadsformaties (document 10480/07).
BESTRIJDING VAN TERRORISME
Financiering van terrorisme
De Raad heeft zijn goedkeuring gehecht aan beginselen voor de uitwerking van procedures inzake gerichte sancties ter bestrijding van de financiering van terrorisme, die zijn vastgesteld naar aanleiding van een workshop EU-VS in Brussel op 24 april 2007. ECONOMISCHE EN FINANCIƋLE VRAAGSTUKKEN
Italiƫ - Btw-aftrek voor bepaalde voertuigen
De Raad heeft een beschikking gegeven waarbij Italie wordt gemachtigd om het recht op aftrek van de belasting over de toegevoegde waarde (btw) ter zake van uitgaven voor gemotoriseerde wegvoertuigen die niet uitsluitend voor bedrijfsdoeleinden worden gebruikt, tot 40% te beperken (document 10112/07).
Op grond van deze beschikking is het Italie toegestaan een bijzondere maatregel toe te passen die afwijkt van het gemeenschappelijk btw-stelsel van de EU, met de bedoeling het recht van een belastingplichtige op aftrek van de btw ter zake van uitgaven voor bedoelde voertuigen te beperken. De beschikking verstrijkt op de datum van inwerkingtreding van de nieuwe communautaire regels met betrekking tot het recht op btw-aftrek voor wegvoertuigen, of uiterlijk op 31 december 2010. Speciaal verslag van de Rekenkamer over het systeem van het communautair douanevervoer - Conclusies van de Raad
Volledige tekst van deze conclusies (document 9228/07): http://register.consilium.europa.eu/pdf/nl/07/st09/st09228.nl07.pdf 17.-18 VI.2007
10654/07 (Presse 137) 24
NL
EUROPESE ECONOMISCHE RUIMTE
Wijzigingen van de EER-overeenkomst
De Raad heeft zijn goedkeuring gehecht aan twee ontwerp-besluiten van het Gemengd Comite van de Europese Economische Ruimte (EER) tot wijziging van de EER-overeenkomst met betrekking tot de samenwerking op de volgende gebieden:

* een besluit tot verlenging van de samenwerking in het kader van het programma Marco Polo II voor de toekenning van communautaire financiele bijstand om de milieuprestaties van het vrachtvervoerssysteem te verbeteren (document 9636/07);
* een besluit met het oog op de voortzetting van de samenwerking in 2007 op het gebied van de tenuitvoerlegging en ontwikkeling van de interne markt (document 9515/07). VERVOER
Overeenkomst met Panama inzake luchtdiensten
De Raad heeft een besluit aangenomen inzake de ondertekening van een overeenkomst met Panama inzake luchtdiensten.
De overeenkomst vormt het resultaat van onderhandelingen krachtens een mandaat aan de hand waarvan de Commissie met een derde land onderhandelingen kan openen om de bestaande bilaterale luchtvaartovereenkomsten van de lidstaten in overeenstemming te brengen met het Gemeenschapsrecht.
LANDBOUW
Voedsel- en Landbouworganisatie van de VN - Conclusies van de Raad Volledige tekst van deze conclusies (document 10251/07 + COR 1): http://register.consilium.europa.eu/pdf/nl/07/st10/st10251.nl07.pdf http://register.consilium.europa.eu/pdf/nl/07/st10/st10251-co01.nl07.pdf

P E R S
We t s t r a a t 1 7 5 B . 1 0 4 8 B R US S E L T e l . : + 3 2 ( 0 ) 2 2 8 1 8 0 2 6 / 6 3 1 9 F a x : + 3 2 ( 0 ) 2 2 8 1 8 0 2 6 press.office@consilium.europa.eu http://www.consilium.europa.eu/Newsroom