15 jun 2007
De kans dat migrerende wilde zwijnen en edelherten ziektes overbrengen
naar landbouwdieren is klein, maar voor een aantal locaties zeker niet
verwaarloosbaar. Dat concluderen Alterra en CIDC-Lelystad, beide
onderdeel van Wageningen UR, na een inventarisatie van de risico's van
zogenaamde 'robuuste verbindingen'.
Deze verbindingszones moeten het straks mogelijk maken voor plant- en
diersoorten om te migreren tussen nu nog geïsoleerde natuurgebieden
zoals de Veluwe en de Meinweg in Limburg. Tien van deze verbindingen
richten zich specifiek op de migratie van edelherten. Ook wilde
zwijnen zouden hier gebruik van kunnen maken. Dit is nu zeker geen
wens/beleid van LNV.
Mooi voor de natuur, maar minder voor de landbouw, zeggen veehouders.
Zij vrezen dat de dieren ziektes zoals varkenspest, mond- en klauwzeer
en koeiengriep overbrengen op hun vee.
De kans dat dit gebeurt is echter klein, stellen de Wageningse
onderzoekers die in opdracht van het ministerie van LNV de risico's in
kaart brachten. De gevreesde virussen komen namelijk nauwelijks voor
onder wilde herten en zwijnen. Bovendien is contact tussen hen en de
landbouwhuisdieren in de omgeving van de migratieroutes beperkt.
Op basis van het rapport stelt minister Verburg van LNV dat provincies
vooral door moeten gaan met de realisering van de robuuste
verbindingen. De onderzoekers scharen zich achter dit besluit, maar
plaatsen ook enkele kanttekeningen. Want hoewel de kans op besmetting
klein is, blijft overdracht mogelijk. Bij een eventuele uitbraak zijn
de gevolgen groot voor regio's met veel veehouderijen.
Daarom moeten er maatregelen worden genomen die contact tussen vee en
wilde dieren verder uitsluiten. Boeren kunnen elektrische rasters als
afscheiding van hun erf plaatsen en hun vee binnenhouden in de periode
dat edelherten en wilde zwijnen zich massaal verplaatsen. Ook moeten
de robuuste verbindingszones afsluitbaar zijn, voor het geval een
ziekte uitbreekt onder de wilde dieren. / Laurien Holtjer
Zie het origineel
Alterraraport Robuuste verbindingen en wilde hoefdieren
Wageningen Universiteit