Kamerbrief inzake aanbevelingen CAT-comité (http://www.minbuza.nl:80/nl/actueel/brievenparlement,2007/06/Kamerbrief-inzake-aanbevelingen-CAT-comit-.html) 07-06-2007 |
Samenvatting:
Inhoud:
Op 7 en 8 mei j.l. vond in Genève de behandeling plaats van de vierde
Koninkrijksrapportage onder het Verdrag tegen Foltering en andere Wrede,
Onmenselijke of Onterende Behandeling of Bestraffing (CAT-verdrag).
De delegatie stond onder leiding van de mensenrechtenambassadeur. Naast
vertegenwoordigers van de ministeries van Buitenlandse Zaken, Justitie,
Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, en Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
maakten ook vertegenwoordigers van Aruba en de Nederlandse Antillen deel uit van
de delegatie.
Het vierde rapport bestaat uit een Nederlands en een Arubaans deel en
beschrijft de maatregelen die zijn genomen en de vorderingen die zijn gemaakt
bij de implementatie van de in het CAT-verdrag erkende rechten gedurende de
periode 1999-2002. Voorafgaand aan de mondelinge zitting in Genève had het
Koninkrijk antwoorden op een zgn. List of Issues aangeleverd, met
daarin de meeste recente ontwikkelingen. Daardoor stond niet zozeer het rapport,
maar de beantwoording van de List of Issues centraal bij de
behandeling.
De eerste bijeenkomst op maandag 7 mei bood de 10 experts van het CAT-comité
de gelegenheid hun vragen te stellen. De leden van het comité prezen daarbij de
kwaliteit van zowel het rapport als de antwoorden op de List of
Issues.
De vragen van het comité, die overigens verder reikten dan de
kernverplichtingen onder het verdrag en de naleving van deze verplichtingen door
het Koninkrijk, waren over het algemeen gedetailleerd en handelden over
uiteenlopende onderwerpen, zoals de training van soldaten en politiepersoneel,
de eventuele invloed van terrorismebestrijding op de vrijwaring van marteling,
de (resultaten van de) inwerkingtreding van de Wet Internationale Misdrijven, en
de situatie in de Bon Futuro-gevangenis op de Antillen. Het comité had
bijzondere belangstelling voor de Nederlandse (versnelde) asielprocedure onder
de Vreemdelingenwet 2000 en de mogelijke risico's die deze met zich mee brengt
voor wat betreft het terugsturen van asielzoekers naar landen waar zij
blootgesteld kunnen worden aan marteling. Daarnaast stelde het comité vragen
over de plaats van het CAT-verdrag in de rechtsorde van het Koninkrijk en de
verhouding tussen de afzonderlijke Koninkrijksdelen.
De tweede zittingsdag, op 8 mei, was voor het Koninkrijk de gelegenheid om
antwoorden op alle gestelde vragen te presenteren. Daarbij is gepoogd bovenstaa
nde (en andere) onderwerpen zoveel mogelijk inzichtelijk te maken.
Naar aanleiding van de behandeling van de Nederlandse CAT-rapportage heeft
het comité een aantal conclusies getrokken en aanbevelingen gedaan. Deze
zogeheten Concluding Observations treft u als bijlage bij deze brief
aan.
Het comité heeft het Koninkrijk verzocht op 30 juni 2011 een volgende
CAT-rapportage in te dienen. Deze rapportage zal de ontwikkelingen van 2007 tot
en met 2010 bestrijken. Over de periode 2003 tot voorjaar 2007 hoeft niet meer
afzonderlijk te worden gerapporteerd, nu de implementatie van het CAT-verdrag in
deze periode afdoende aan de orde is gekomen via de List of Issues en
tijdens de behandeling in Genève op 7 en 8 mei jl.
In een volgende rapportage zal een reactie op de door het comité gedane
aanbevelingen worden meegenomen. Deze rapportage zal aan de Kamer worden
toegestuurd.
De minister van Buitenlandse Zaken,
Drs. M.J.M. Verhagen
---
Ministerie van Buitenlandse Zaken