Lage vangstadviezen voor 2008 vanwege geringe aanwas van jonge vis
Dit is een gezamenlijk persbericht van Wageningen IMARES (Institute
for Marine Resources and Ecosystem Studies) en het ministerie van
Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV).
Persbericht | 04-06-2007
Hoewel de visserijdruk op de Noordzee langzaam afneemt, ligt een
aantal visbestanden nog onder het door de EU gewenste voorzorgniveau.
De jonge aanwas van schol, kabeljauw, wijting en haring is laag. Dit
maakt een beperking van de vangst van deze soorten noodzakelijk om de
bestanden weer op het voorzorgniveau te krijgen.
Dit blijkt uit de adviezen van de Internationale Raad voor het
Onderzoek van de Zee (International Council for the Exploration of the
Sea, ICES).
Onderzoekers van Wageningen IMARES hebben de biologische adviezen
vandaag gepresenteerd aan het ministerie van Landbouw, Natuur en
Voedselkwaliteit (LNV), de visserijsector en maatschappelijke
organisaties. De adviezen hebben onder andere betrekking op de
bodemvisserij van tong, schol en kabeljauw in de Noordzee, en op de
visserij van haring.
Dit jaar worden voor het eerst alle adviezen al in juni gegeven. De
Europese Commissie en de lidstaten willen namelijk zo vroeg mogelijk
starten met het voorbereiden van de besluitvorming in de Europese Raad
van Visserijministers. Aan het eind van het jaar stelt deze raad de
toegestane vangsthoeveelheden (TAC's) vast. De definitieve adviezen
komen in oktober beschikbaar. In deze adviezen zijn ook de uitkomsten
van de laatste onderzoeksreizen - waaronder een belangrijke
platvissurvey - verwerkt.
Hieronder volgen de voorlopige beoordelingen door ICES van de voor
Nederland belangrijkste visbestanden.
Noordzee tong
De visserijdruk op het tongbestand in de Noordzee is de laatste jaren
afgenomen. De stand van volwassen tong ligt begin 2008 naar
verwachting net onder het voorzorgniveau van 35 000 ton. Om het
bestand begin 2009 boven het voorzorgniveau te brengen, moet de vangst
in 2008 beperkt worden tot 14 000 ton. Dat is iets lager dan de
toegestane vangst (TAC) voor 2007 (15 000 ton).
Noordzee schol
De stand van volwassen schol neemt iets af en wordt geschat op
ongeveer 181 000 ton aan het begin van 2008. De stand blijft daarmee
onder het voorzorgniveau van 230 000 ton. Een vermindering van de voor
2007 toegestane vangst van 50 260 ton naar 26 000 ton in 2008 zou de
scholstand ondanks de lage aanwas van jonge schol binnen een jaar weer
op voorzorgniveau brengen.
De Europese Raad van Visserijministers keurt binnenkort het
meerjarenplan voor het beheer van tong en schol in de Noordzee goed.
In dit plan, dat in 2008 van toepassing wordt, staat dat de
visserijsterfte voor tong en schol met 10% per jaar moet dalen en dat
de toegestane vangsthoeveelheid (TAC) maximaal met 15% per jaar mag
fluctueren. Met dezelfde onderzoekgegevens zouden de beheerregels uit
het meerjarenplan leiden tot een TAC voor 2008 van 14 800 ton voor
tong en 48 000 ton voor schol.
Noordzee kabeljauw
De kabeljauw bevindt zich al een aantal jaren in de problemen. Alles
wijst erop dat het paaibestand nog steeds onder de grenswaarde
(waaronder de aanwas in gevaar is) van 70 000 ton ligt. Het
voorzorgniveau is 150 000 ton. De aanwas van jonge kabeljauw was in
2006 iets beter dan het lage gemiddelde van de afgelopen jaren. De
visserijsterfte is afgenomen en bevindt zich nu zelfs beneden het
voorzorgniveau. De EU heeft een herstelplan voor kabeljauw ingesteld,
waardoor een beperkte vangst van kabeljauw mogelijk blijft. ICES
concludeert net als vorig jaar dat het volledig stopzetten van de
vangst de beste mogelijkheden biedt voor enig herstel van het bestand.
Wijting
De paaistand van de wijting bevindt zich nu op het laagst waargenomen
niveau tot nu toe. Dit is het gevolg van de al sinds 2003 constant
lage aanwas van jonge wijting. De visserijsterfte is laag, in ieder
geval beneden het voorzorgniveau. Maar voor een herstel van de
wijtingstand is een beperking van de vangst aan wijting voor
menselijke consumptie nodig tot 5 000 ton in 2008.
Noordzee-haring
De stand van volwassen haring is onder de 1 miljoen ton gekomen
vanwege de jaren achter elkaar tegenvallende aanwas van jonge haring.
Dat ligt niet aan de productie van haringlarven. Deze heeft in 2004
nog een maximum bereikt, maar de geringe overleving van die larven
zorgt nu voor een minder productieve haringstand. De Europese
visserijbiologen adviseren nu de vangst van haring in 2008 terug te
brengen tot 200 000 ton, waarvan 175.000 ton voor menselijke
consumptie. De TAC voor 2007 is 341 000 ton. Verder adviseren de
onderzoekers de bijvangst van jonge haring in visserij op soorten die
bestemd zijn voor vismeel (zogenoemde industrievisserij) te halveren.
Vervolg
De biologische adviezen worden binnen de lidstaten van de EU met de
visserijsectoren en met maatschappelijke organisaties besproken. De
Europese Commissie zal ter voorbereiding van haar voorstellen aan de
Raad van Visserijministers eerst het bedrijfsleven en de
maatschappelijke organisaties consulteren. De toegestane
vangsthoeveelheid voor Noordzee-haring wordt gezamenlijk met Noorwegen
vastgesteld. In december 2007 beslist de Raad van Visserijministers
over de vangstquota voor volgend jaar.
Verwante informatie
* Wageningen IMARES
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit