Den Haag, 01 juni 2007
Vragen van het lid Jacobi (PvdA) aan de minister van Landbouw Natuur en Voedselkwaliteit
over mogelijk illegale gewasbeschermingsmiddelen
1. Kent u het artikel "CTB moet snel komen met plan van aanpak over illegaal geworden bestrijdingsmiddelen" in het Agrarisch Dagblad van 16 mei 2007?
2. Met de uitspraak op 4 mei door het College van Beroep voor het Bedrijfsleven zijn circa 800 gewasbeschermingsmiddelen mogelijk illegaal geworden omdat blijkt dat zij niet naar behoren getoetst zijn op effecten op mens, dier en milieu. Voor de overgang naar de nieuwe wet op 1 oktober worden de circa 800 stoffen nu alsnog snel getoetst op hun effect op mens, dier en milieu. Kunt u de Tweede Kamer een plan van aanpak sturen van welke (groepen) stoffen in welk tempo getoetst gaan worden? Voldoet deze snelle toetsing (quick scan) aan de toetsingsvereisten? Kunt u te zijner tijd de Kamer informeren over de uitkomsten van de toetsing?
3. Hoeveel van de circa 800 middelen op de toelatingslijst zijn middelen die nodig zijn voor de milieuvriendelijke integrale teelt? Bent u bereid de middelen nodig voor de geïntegreerde teelt met voorrang te toetsen en van een solide basis te voorzien? Zo niet, waarom niet? Op welke termijn zou dit kunnen?
4. Hoeveel van de circa 800 middelen bevatten stoffen die op een lijst staan van acuut toxische stoffen van de World Health Organization, de lijst van kankerverwekkende stoffen van de Amerikaanse overheidsdienst EPA, of die van gevaarlijke stoffen van de Europese Unie (de Nasty Eight, die uitgefaseerd worden)? Kunt u de potentieel gevaarlijke stoffen met voorrang te toetsen? Zo niet, waarom niet? Op welke termijn zou dit kunnen? Hoe groot acht u de kans dat bij toetsing van deze stoffen blijkt dat ze schadelijke effecten hebben op mens, dier of milieu? Welke gevolgtrekking leidt u hieruit af?
5. Welke status hebben de stoffen in de tussentijd zolang ze nog niet getoetst zijn?
6. Stichting Natuur en Milieu betoogt dat op grond van art. 6:19 van de Awb de uitspraak van het CBb ook de 2006-lijst raakt. Is dit zo? Ook al zouden juridisch gezien de vervangende lijsten van 2004 en 2006 níet worden geraakt, hebben deze dan niet hetzelfde probleem, namelijk dat ook de middelen van deze lijsten de noodzakelijke toetsing ontberen, en hebben ze daarmee dan niet dezelfde status als de 2002-lijst? Wat gebeurt er als tegen de 2006-lijst alsnog bezwaar wordt gemaakt?
7. Hoe groot acht u de kans dat de 2006-lijst alsnog verboden zal worden omdat gevraagd wordt om handhaving? Welke mogelijkheden ziet u dan voor tijdelijke toelating?
BIJLAGE: artikel Agrarisch Dagblad d.d. 16 mei 2007
---
Dit artikel verscheen op woensdag 16 mei 2007 in het Agrarisch Dagblad
Natuur en Milieu blij met uitspraak College van Beroep voor het Bedrijfsleven
CTB moet snel komen met plan van aanpak over illegaal geworden bestrijdingsmiddelen
Door: Joost Rutteman, jurist bij Natuur en Milieu
Honderden bestrijdingsmiddelen zijn op vrijdag 4 mei 2007 in een klap illegaal geworden dankzij een uitspraak van het College van Beroep voor het Bedrijfsleven. Die middelen waren ten onrechte op de Nederlandse markt toegelaten. Er heeft, zo oordeelde het College van Beroep, onvoldoende beoordeling plaats gevonden van de schadelijkheid voor mens, dier en milieu. En dat is in strijd met Europees recht, in het bijzonder de Europese Gewasbeschermingsmiddelenrichtlijn (uit 1991) en de Biocidenrichtlijn (uit 1998). Met deze uitspraak is volgens sommigen de basis onder de chemische gewasbescherming weggeslagen. Er zijn zelfs misoogsten aangekondigd.
De impact van de uitspraken van het College van Beroep voor het bedrijfsleven is inderdaad fors. Het gaat om ruim 800 bestrijdingsmiddelen (op basis van 240 actieve stoffen). Deze stoffen hebben een groot aantal verschillende toepassingen: gewasbescherming (140 van de 240 actieve stoffen), houtconservering, desinfectie en antifouling. Onder de middelen die gebruikt worden in de gewasbescherming zitten middelen die internationaal verdachte stoffen bevatten. Ze staan bijvoorbeeld op een lijst van acuut toxische stoffen van de World Health Organization (WHO, 2006), de lijst van kankerverwekkende stoffen zoals geïdentificeerd door de Amerikaanse overheidsdienst EPA, of die van gevaarlijke stoffen zoals aangeduid door de Europese Unie (de Nasty Eight, die uitgefaseerd worden). Of ze staan in wetenschappelijke literatuur ter discussie. Natuur en Milieu is dan ook blij dat er door de uitspraak alsnog een gedegen toetsing op de schadelijkheid voor mens, dier en milieu plaats moet vinden. Dat het ondertussen een heel stuwmeer van stoffen en middelen betreft komt omdat het CTB en LNV nooit wilden luisteren naar de waarschuwingen van de milieubeweging. Dat is jammer want daardoor is het probleem veel groter dan het had hoeven zijn. Dat gezegd hebbende, ligt nu wel de vraag voor: hoe nu verder?
Wat Natuur en Milieu betreft zijn het CTB en het ministerie van LNV aan zet. Zij moeten op korte termijn - laten we zeggen binnen vier weken, oftewel voor 15 juni - komen met een Plan van Aanpak hoe om te gaan met de ruim 800 bestrijdingsmiddelen die nu illegaal op de markt zijn. Natuur en Milieu zal in de tussentijd niet aandringen op handhavend optreden. In dat Plan van Aanpak moeten nadrukkelijk de gevolgen voor milieu en gezondheid centraal staan. Immers op basis van de onvoldoende toetsing op dit punt heeft het College van Beroep zijn vergaande oordeel geveld. Omdat niet al die middelen van de ene op de andere dag alsnog getoetst kunnen worden, zal het CTB prioriteiten moeten stellen. Sommige middelen zullen met voorrang alsnog getoetst worden en dus mogelijk snel weer legaal worden. Het gaat dan wat ons betreft met name om die middelen die essentieel zijn voor de geïntegreerde gewasbescherming. Deze vorm van gewasbescherming, die tot een veel geringer gebruik van bestrijdingsmiddelen leidt, dient juist nu voortvarend opgepakt te worden. Een ander belangrijk onderdeel van het plan moet zijn dat het verbod op de meest schadelijke middelen direct gehandhaafd wordt.
Kortom, een snel en gedegen Plan van Aanpak kan de voor de sector onwerkbare situatie snel verbeteren en milieuorganisaties overtuigen dat de belangen van milieu en gezondheid voortaan de volle aandacht krijgen. CTB en LNV zijn aan zet.
Met vriendelijke groet,
Chantal Linnemann
Secretaresse Voorlichting
Tweede Kamer-fractie Partij van de Arbeid
Plein 2
K 117
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
Tel: 070 318 2694
Fax: 070 318 2800
c.linnemann@tweedekamer.nl
Partij van de Arbeid