Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

logoocw

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Postbus 20018

2500 EA Den Haag

Den Haag Ons kenmerk Uw brief van Uw kenmerk 25 mei 2007 DK/BenB/2007/20789 18 april 2007 30 989

Onderwerp Bijlage(n) Oprichting Stichting Lijst van vragen en antwoorden

Kosmopolis

Hierbij zend ik u de antwoorden op de schriftelijke vragen van de Vaste Commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over mijn brief van 21 maart 2007, inzake de oprichting van de Stichting Kosmopolis (Kamerstuk 30 989, nr. 1).

De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

dr. Ronald H.A. Plasterk

Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Rijnstraat 50, Postbus 16375, 2500 BJ Den Haag, T +31-70-4123457 F +31-70-4123456 www.minocw.nl

blad 2/9

30 989 Oprichting Stichting Kosmopolis

nr. Lijst van vragen en antwoorden Vastgesteld (wordt door griffie ingevuld als antwoorden er zijn) De vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap heeft de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap de volgende vragen ter beantwoording voorgelegd over de brief d.d. 21 maart 2007 inzake de oprichting van de Stichting Kosmopolis (Kamerstuk 30 989, nr. 1).
De minister heeft deze vragen beantwoord bij brief van ... De vragen en antwoorden zijn hieronder afgedrukt.

De voorzitter van de commissie, Van de Camp

Adjunct-griffier van de commissie Jaspers

Nr Vraag Blz van tot
1 Hebben de ministeries van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties en Financiën 1 schriftelijk advies uitgebracht over de oprichting van de stichting Kosmopolis? Zo ja, kan de Kamer dit schriftelijke advies ontvangen? Zo neen, kunt u aangeven wat de uitkomsten van dit overleg waren?

De ministeries van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties en Financiën hebben geen schriftelijk advies uitgebracht. Tussen het ministerie van OCW en de ministeries van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties en Financiën heeft mondeling overleg plaatsgevonden over de oprichting van de Kosmopolis. De uitkomst van dit overleg was instemming van de ministeries van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties en Financiën met de u toegezonden brief.


2 Kan de Kamer de bevindingen ontvangen van het overleg dat u in het kader van 1 artikel 96 tweede lid van de Comptabiliteitswet 2001 heeft gevoerd met de Algemene Rekenkamer? Kunt u aangeven of u gevolg heeft gegeven aan de bevindingen van de Algemene Rekenkamer? Zo ja, op welke wijze?

Tussen het ministerie van OCW en de Algemene Rekenkamer heeft mondeling overleg plaatsgevonden over de oprichting van de stichting Kosmopolis. De bevindingen uit dit overleg zijn verwerkt in de u toegezonden brief, waarmee de Algemene Rekenkamer heeft ingestemd. Ik wacht nog op de formele verklaring van geen bezwaar van de president van de Algemene Rekenkamer.


3 Is onderzoek gedaan naar de behoefte aan een dergelijke stichting onder de 1 autochtone bevolking?

De behoefte van de autochtone bevolking aan stichting Kosmopolis is niet specifiek onderzocht door de werkgroep Pröpper. Bij de eerste plannen voor Kosmopolis is het advies Niet langer met de ruggen naar elkaar van de Raad voor Maatschappelijke Ontwikkeling (RMO) een referentiekader geweest. De RMO adviseert om binding met structurele en etniciteit-overstijgende methoden te bevorderen.


4 Bent u van mening dat deze subsidie moet worden aangewend om de Nederlandse 1 cultuur te promoten en op de voorgrond te plaatsen?

Uitgangspunt voor het oprichten van Kosmopolis is de maatschappelijke behoefte Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Rijnstraat 50, Postbus 16375, 2500 BJ Den Haag, T +31-70 - 4123457 F +31-70-4123456 www.minocw.nl

blad 3/9

aan meer binding tussen de burgers in onze samenleving. De kracht van kunst en cultuur wordt ingezet om kennis over en contact tussen de verschillende culturen in de Nederlandse samenleving, autochtoon en allochtoon, tot stand te brengen.


5 Kunt u uitleggen waarom op pagina 1 staat dat de subsidie voor de jaren 2006-2008 1 is en op pagina 2 staat dat er nog wordt overwogen of de subsidie van 2008 zal worden toegekend.?

Het Kabinet heeft op 9 juni 2006 besloten tot een pilot voor de periode 2006-2008. Een jaar na het oprichten van de stichting zal worden geëvalueerd hoe de uitvoering van het werkplan vorm heeft gekregen. De uitkomsten van deze evaluatie zullen meewegen bij de besluitvorming over voortzetting van de pilot. De subsidie wordt per jaar verstrekt en derhalve zal de besluitvorming over voortzetting van de pilot bepalend zijn voor het toekennen van de precieze subsidie voor 2008.


6 Is het geld voor 2008 al begroot? 1

De Rijksbegroting 2008 is in voorbereiding.


7 Is het doel van de stichting Kosmopolis beperkt tot het bereiken van een 'brede 2 culturele dialoog'? Betekent dit dat er geen ruimte is voor focus op bepaalde culturele en etnische groepen?

De activiteiten van Kosmopolis zijn gericht op een brede ontmoeting tussen bevolkingsgroepen. Het Rijk stelt mede daarom de volgende specifieke criteria aan de activiteiten die de stichting met subsidiegelden gaat meefinancieren:
· De stedelijke activiteiten dragen een intercultureel karakter, dat wil zeggen dat zij zich niet richten op één bevolkingsgroep of religie;
· Ze zijn onderscheidend ten opzichte van wat nu al gebeurt;
· Ze zijn breed toegankelijk;

· Ze worden georganiseerd onder de expliciete vlag van Kosmopolis. Kosmopolis zal de programma's van de grote steden beoordelen op basis van deze criteria. Op programmaniveau blijft zo het doel beperkt tot het bereiken van een 'brede culturele dialoog', uitsluitend op het niveau van afzonderlijke activiteiten is er eventueel ruimte voor focus op bepaalde culturele en etnische groepen.


8 Op welke leeftijdsgroepen zal stichting Kosmopolis zich richten? 2

Stichting Kosmopolis maakt in beginsel geen onderscheid tussen leeftijdsgroepen.

Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Rijnstraat 50, Postbus 16375, 2500 BJ Den Haag, T +31-70 - 4123457 F +31-70-4123456 www.minocw.nl

blad 4/9


9 Kunt u ingaan op uw beslissing om geen nadere bevoegdheden te regelen voor de 2 punten zoals die in het Kader voor stichtingen1 worden genoemd?

Zoals het Kader al stelt, verdient het aanbeveling om zoveel mogelijk te volstaan met de in de Awb geregelde bevoegdheden. Het Kader houdt weliswaar de mogelijkheid open om in de statuten aanvullende bevoegdheden te regelen, maar pleit voor een beperkte toepassing. Het gaat dan om situaties waarin een stichting wordt opgericht, waaraan geen subsidie of een subsidie met zeer beperkte looptijd wordt verstrekt. Voor zover het rijk na de oprichting een relatie met de stichting zal onderhouden en daarbij bevoegdheden van het Rijk aan de orde zijn, zal dat via subsidieverstrekking zijn. Conform het Kader is daarom geconcludeerd dat er in dit geval geen reden is nadere bevoegdheden te regelen.


10 Welke overwegingen lagen er voor u aan ten grondslag om de nadruk te leggen op 2 de vier grote steden die ieder hun eigen Kosmopolis dienen op te zetten in plaats van de G31 of de 12 provincies?

In vergelijking met andere steden bestaat de bevolking van de vier grote steden voor een groot deel uit niet-westerse allochtonen, zowel in absolute aantallen als verhoudingsgewijs. Bovendien is in vergelijking met andere steden de diversiteit van de bevolking op basis van herkomst (geboorteland) groot, met name in Amsterdam, Den Haag en Rotterdam.


11 Zijn er binnen de vier grote steden al initiatieven met dezelfde doelstelling als 2 Kosmopolis? Zo ja, bestaat er dan wel voldoende draagvlak voor het opzetten van weer een nieuwe stichting?

Binnen de vier grote steden bestaan geen initiatieven met dezelfde doelstelling als die van Kosmopolis. Het belang van draagvlak is al in de eerste plannen van Kosmopolis als essentieel onderkend om het initiatief levensvatbaar te laten zijn. De burgemeesters van de vier grote steden hebben het initiatief tot het oprichten van Kosmopolis ook daarom expliciet onderschreven.


12 Bepaalt de landelijke stichting Kosmopolis het programma en wat gaat die 2 coördinatie inhouden?

De vier grote steden doen Kosmopolis jaarlijks een voorstel voor hun stedelijke programma's. Kosmopolis zal toetsen of deze passen binnen de doelstelling en of ze voldoen aan de specifieke criteria zoals genoemd als antwoord op vraag 7. De coördinatie leidt tot afstemming van de landelijke en stedelijke programmering, gezamenlijke activiteiten en gezamenlijke faciliteiten en kennis.


13 Is het een eis dat er gebruikt gemaakt gaat worden van bestaande locaties? 2

Het Rijk stelt aan de activiteiten die de stichting met subsidiegelden gaat meefinancieren uitsluitend de specifieke criteria zoals genoemd als antwoord op vraag 7. Voor de huisvesting van de landelijke stichting stelt de gemeente Rotterdam passende kantoorruimte ter beschikking.


14 Gaat het landelijke budget ingezet worden voor het beheren en het opknappen van 2 de lokale locaties?

De rijkssubsidie aan Kosmopolis is uitsluitend bedoeld voor de organisatie van culturele activiteiten, en gaat niet ingezet worden voor het beheren en het


1 Kader voor stichtingen (Kamerstuk 25 268, nr. 42) pag. 10 en 11 Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Rijnstraat 50, Postbus 16375, 2500 BJ Den Haag, T +31-70 - 4123457 F +31-70-4123456 www.minocw.nl

blad 5/9

opknappen van de lokale locaties.


15 Kunnen gemeenten meebetalen als ze hun tak van de stichting steviger op de kaart 2 willen zetten?

Kosmopolis draagt bij aan de activiteiten van de vier grote steden door middel van cofinanciering in een afgesproken verhouding en met een vast maximum. Het staat gemeenten vrij om meer geld te investeren in hun activiteiten dan waaraan Kosmopolis meefinanciert.


16 Beheren de lokale takken of de landelijke stichting het geld? 2

De landelijke stichting Kosmopolis beheert het geld dat door de ministeries van OCW en Buitenlandse Zaken als subsidie is toegekend. De steden beheren het geld dat Kosmopolis hun als cofinanciering ter beschikking heeft gesteld voor uitvoering van de stedelijke programma's.


17 Wanneer verwacht u dat de Stichting Kosmopolis een eigenstandig rechtsorgaan is? 2

Stichting Kosmopolis zal kunnen worden opgericht zo snel als de voorhangprocedure vanwege artikel 34 Cw is afgerond.


18 Uit hoeveel leden gaat het bestuur bestaan? 2

Zeven leden.


19 Wie gaat het bestuur samenstellen en wanneer gebeurt dit? 2

Het bestuur wordt na oprichting van de stichting samengesteld door de voorzitter, in goed overleg met de steden en de directie.


20 Is de totstandkoming van één fysieke plaats waar de activiteiten plaatsvinden in de 2 huidige vorm, de stichting als platform, uitgesloten?

De vier grote steden zetten ieder hun eigen stedelijke Kosmopolis op. Daardoor is de totstandkoming van één fysieke plaats waar de activiteiten plaatsvinden uitgesloten.


21 Op welke wijze zou het duurzaam samenbrengen van de activiteiten voor het 2 nationaal programma Kosmopolis en de activiteiten van het stichting Internationale Culturele Activiteiten (SICA) tekort doen aan de doelstellingen van zowel Kosmopolis als de SICA?

Zoals aangegeven in het antwoord op vraag 4, wil Kosmopolis aanjager zijn van contact tussen de burgers in onze samenleving. De kracht van kunst en cultuur wordt daarvoor ingezet. De SICA is primair een adviescentrum dat zich bezig houdt met internationale culturele activiteiten en beleid. Het duurzaam samenbrengen van de activiteiten van beide instellingen zou de noodzakelijke focus van doelstelling en activiteiten bij elk in de weg staan.


22 Heeft u alternatieve vormen voor het instellen van een landelijk platform voor het 2 nationaal programma Kosmopolis beschouwd? Kan samenwerking met de G4 binnen een bestaand verband worden georganiseerd?

Nagegaan is of bestaande organisaties en verbanden een nationaal programma of een G4-samenwerkingsverband als dat van Kosmopolis kunnen uitvoeren. Uit die

Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Rijnstraat 50, Postbus 16375, 2500 BJ Den Haag, T +31-70 - 4123457 F +31-70-4123456 www.minocw.nl

blad 6/9

beschouwing is de nu gekozen vorm, het instellen van een landelijk platform, als alternatief naar voren gekomen.


23 Hoe heeft u geregeld dat het bestuur wordt benoemd in nauw overleg met de G4? 2

De G4 zijn gevraagd om kandidaat leden aan te dragen voor het bestuur van Kosmopolis en de uiteindelijke lijst van kandidaat leden is aan hun voor commentaar voorgelegd.


24 In hoeverre is er sprake van een hiërarchische verhouding tussen de stichting 2 Kosmopolis en stedelijke Kosmopolissen van de G4? Hoe verhoudt zich een herkenbaar nationaal programma tot lokale initiatieven?

Er is geen sprake van een hiërarchische verhouding tussen de stichting Kosmopolis en stedelijke Kosmopolissen van de G4. Het landelijke programma en de stedelijke initiatieven versterken elkaar, zijn aanvullend. Het landelijke programma beoogt bovendien de afzonderlijke stedelijk initiatieven te ondersteunen en de kwaliteit ervan te verhogen.


25 In hoeverre is met de oprichting van deze nieuwe stichting specifiek voor dit project 2 sprake van versnippering van kennis en budget?

Integendeel. Kosmopolis draagt bij aan de afstemming van centrale en decentrale budgetten voor dit doel. Kosmopolis laat kennisdeling een rol spelen in de facilitering en ondersteuning van de vier grote steden. Activiteiten uit Kosmopolis' eigen programma dragen elementen van kennisdeling mee en gezamenlijke programmering vergroot de doelmatigheid.


26 Is het nationaal programma Kosmopolis inmiddels gereed en kunt u dit aan de 2 Kamer sturen? Is het programma inmiddels in uitvoering? Wat zijn tot nog toe de resultaten?

Kosmopolis heeft het landelijk programma opgenomen in zijn werkplan, dat als bijlage bij deze antwoorden is gevoegd. Het programma is inmiddels door Kosmopolis in uitvoering genomen en heeft de eerste activiteiten opgeleverd.


27 Bent u van mening dat een betekenisvolle evaluatie mogelijk is van de activiteiten 2 van een stichting die in datzelfde jaar is opgericht?

Zoals ook gesteld in het antwoord op vraag 5, zal een jaar na het oprichten van de stichting worden geëvalueerd hoe de uitvoering van het werkplan vorm heeft gekregen. Hierin zal ook de samenwerking tussen Kosmopolis en de G4 een centrale plaats innemen. Een betekenisvolle evaluatie van de opbrengsten van Kosmopolis is pas op langere termijn mogelijk en zal betrekking hebben op de periode na 2008.


28 Wat was uw rol bij de benoeming van de voorzitter van de stichting Kosmopolis? 2

De voorzitter van het bestuur van stichting Kosmopolis is nog niet benoemd. Benoeming zal plaatsvinden na oprichting van de stichting. Begin 2007 heeft de minister van OCW mevrouw Van der Laan gepolst of zij belangstelling heeft voor deze functie.


29 Is het bekend hoe de organisatiestructuur van de stichting Kosmopolis er uit gaat 2 zien?

De organisatiestructuur van de stichting Kosmopolis is opgenomen in het werkplan

Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Rijnstraat 50, Postbus 16375, 2500 BJ Den Haag, T +31-70 - 4123457 F +31-70-4123456 www.minocw.nl

blad 7/9

dat als bijlage bij deze antwoorden is gevoegd.


30 Op welke manier krijgt het eigene van de Nederlandse cultuur een plaats in de 2 doelstelling van de stichting, ook in relatie tot de overige in ons land aanwezige culturen?

Het eigene van alle in ons land aanwezige culturen draagt bij aan het realiseren van de doelstelling van Kosmopolis zoals genoemd in antwoord op vraag 4.


31 Zou de stichting ook zijn opgericht in het geval dat er geen uitzicht zou zijn op het 2 ontvangen van subsidie? Over welke middelen kan de beoogde stichting naast subsidiering door de overheid nog meer beschikken?

Het initiatief tot het oprichten van Kosmopolis is genomen door het Kabinet, juist omdat het onderkende dat Kosmopolis invulling zou kunnen geven aan een belangrijke maatschappelijke behoefte. Het is onwaarschijnlijk dat Kosmopolis ook zou zijn opgericht als het Rijk daaraan niet had bijgedragen. Voor zover nu bekend heeft Kosmopolis heeft uitsluitend inkomsten uit de subsidies die de ministeries van OCW en Buitenlandse Zaken hebben toegekend.


32 Waarom wordt reeds voorafgaande aan de evaluatie van de pilot besloten tot het 2 oprichten van een stichting?

De evaluatie betreft juist het functioneren van de stichting gedurende de pilot. Hierin zal de samenwerking tussen Kosmopolis en de G4 een centrale plaats innemen.


33 Op welke manier zijn de activiteiten van Kosmopolis onderscheidend ten opzichte 2 van reeds bestaande initiatieven?

Er zijn geen bestaande initiatieven met dezelfde doelstelling. Het initiatief voor Kosmopolis ontstond vanuit de behoefte aan een herkenbaar nationaal programma en wordt breed gedragen door andere organisaties en lokale overheden.


34 Welke andere organisatievormen dan de stichting heeft u overwogen? Om welke 2 reden voldoen die niet aan de beoogde doelstelling?

Met inachtneming van het Kader voor stichtingen is onderzocht of de voorgenomen stichtingsvorm de juiste is. De stichtingsvorm sluit aan bij het ideële ­ not for profit ­ karakter van de activiteiten, dat de organisatie geen winstoogmerk heeft en geen onderneming drijft.


35 Wordt deze subsidie aangewend om de maatschappelijke behoefte aan meer 2 binding tussen de burgers in onze samenleving te realiseren?

Ja, zie het antwoord op vraag 4.


36 Wordt dat met het oprichten van deze stichting bereikt? 2

Kennis over én contact tussen groepen met een uiteenlopende culturele achtergrond, langs de weg van kunst en cultuur, vormt het uitgangspunt voor Kosmopolis. De verwachting is dat daarmee meer binding tussen de burgers in onze samenleving zal worden bewerkstelligd.


37 Hoe zal worden gecontroleerd en gemonitord of daadwerkelijk aan de 3 maatschappelijke behoefte aan meer binding tussen de burgers in onze

Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Rijnstraat 50, Postbus 16375, 2500 BJ Den Haag, T +31-70 - 4123457 F +31-70-4123456 www.minocw.nl

blad 8/9

samenleving is voldaan?

De vraag of daadwerkelijk aan de maatschappelijke behoefte aan meer binding tussen de burgers in onze samenleving is voldaan, is pas op langere termijn te bepalen. Wel kan volgend jaar worden geëvalueerd hoe de uitvoering van het werkplan vorm heeft gekregen. Zie ook het antwoord op vraag 27.


38 Wat is de hoogte van de subsidie waar de stichting jaarlijks op kan rekenen? 3

De hoogte van de subsidie waar de stichting jaarlijks op kan rekenen is nog niet vastgesteld.


39 Voldoet de pilot van het nationaal programma Kosmopolis aan de vooraf gestelde 3 doelstelling? Zo ja, blijkt er voldoende draagvlak te bestaan in de grote steden voor activiteiten die ondersteunt worden door de stedelijke Kosmopolissen?

Dat de pilot zal voldoen aan de vooraf gestelde doelstelling is de verwachting en zal definitief blijken uit de evaluatie. Er is inderdaad voldoende draagvlak van de vier grote steden. Zie voor de evaluatie ook het antwoord op vragen 5 en 27; zie voor het draagvlak ook het antwoord opvraag 11.


40 Wat voor soort subsidierelatie (bijvoorbeeld een instellingssubsidie of 3 projectsubsidie, jaarlijks of meerjarig) bent u voornemens aan te gaan met de stichting Kosmopolis?

Voor de pilot krijgt Kosmopolis per jaar subsidie toegekend.


41 Kunt u het betreffende goedgekeurde activiteiten-, beleids- of projectplan, op basis 3 waarvan de subsidie wordt verleend, aan de Kamer sturen?

Het werkplan van Kosmopolis is als bijlage bij deze antwoorden gevoegd. Het is vastgesteld door de beoogd voorzitter van de stichting. Zie ook het antwoord op vraag 28.


42 Hoeveel subsidie is reeds verstrekt aan de SICA? 3

0,5 miljoen euro is toegekend voor 2006 en 2,5 miljoen euro is toegekend voor 2007.


43 In hoeverre is de subsidiëring van stichting Kosmopolis voor 2008 en verdere jaren 3 onzeker, gezien de koppeling van besluiten hierover aan de evaluatie in 2007?

Zie het antwoord op de vragen 5 en 27.


44 In hoeverre schept u met de oprichting van de stichting vooruitlopend op de 3 evaluatie in 2007 verplichtingen voor subsidieverstrekking in 2008 en latere jaren?

Nadrukkelijk is gesteld dat de uitkomsten van de evaluatie zullen meewegen bij de besluitvorming over voortzetting van de pilot en bij de beslissing over het toekennen van subsidie voor 2008 en verder. Dat hiervoor een stichting is opgericht beïnvloedt deze besluitvorming niet. Zie ook het antwoord op de vragen 5 en 27.


45 Dienen ontvangers van jaarlijkse instellingssubsidies een accountantsverklaring bij 3 hun jaarrekening aan u te overleggen? Zo ja, waar is dat geregeld?

Ja. Dat is geregeld in het Bekostigingsbesluit Cultuuruitingen.

Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Rijnstraat 50, Postbus 16375, 2500 BJ Den Haag, T +31-70 - 4123457 F +31-70-4123456 www.minocw.nl

blad 9/9


46 Verlangt u van stichting Kosmopolis een accountantsverklaring bij de jaarrekening 3 in de zin van het handboek verantwoording cultuursubsidies instellingen. Zo ja, waar is dat geregeld?

Ja, dat is geregeld in het Bekostigingsbesluit Cultuuruitingen.


47 Zal er sprake zijn van een financieringsrelatie van stichting Kosmopolis met de 3 stedelijke Kosmopolissen van de G-4 en zo ja, welke eisen stelt u aan deze financieringsrelatie op het gebied van toezicht en verantwoording over de rechtmatigheid en doelmatigheid van deze uitgaven door de G-4?

Er zal sprake zijn van een financieringsrelatie van stichting Kosmopolis met de stedelijke Kosmopolissen van de G-4. Kosmopolis zal ervoor zorg dragen dat toezicht en verantwoording binnen deze relatie aansluiten bij de eisen die wet- en regelgeving stellen aan de subsidierelatie tussen Kosmopolis en de ministeries van OCW en Buitenlandse Zaken.


48 Is er overleg met de G4 geweest over mogelijkheid en wenselijkheid van een 3 financieringsrelatie? Zo ja, wat waren de uitkomsten van dat overleg?

Ja, er is overleg geweest met de G4 over mogelijkheid en wenselijkheid van een financieringsrelatie. Zij hebben ingestemd met de nu uitgewerkte vorm.


49 Op welke manier denkt u de `toezicht en verantwoording' van stichting Kosmopolis 4 te waarborgen aangezien het handboek verantwoording cultuursubsidies niet van toepassing is op bijvoorbeeld jaarsubsidies? Wanneer bent u voornemens om bekend te maken wat voor een subsidierelatie u aangaat met de stichting Kosmopolis?

Toezicht en verantwoording zijn geregeld door subsidie te verstrekken op basis van de Wet op het specifiek cultuurbeleid. Het Bekostigingsbesluit Cultuuruitingen en de Regeling subsidies en uitkeringen cultuuruitingen zijn van toepassing, evenals het Handboek verantwoording cultuursubsidies instellingen.


50 Is er toezicht op het vermogen - naast de subsidies zijn er ook donaties, 4 schenkingen, erfstellingen mogelijk - van de eigen stedelijke Kosmopolissen? Zo niet, is de toezicht gewaarborgd op bijvoorbeeld voortrekking van bepaalde bevolkingsgroepen wat in strijd is met de doelstelling van de stichting.

Ja, toezicht en verantwoording door het landelijke Kosmopolis op de stedelijke Kosmopolissen zal moeten voldoen aan de eisen die wet- en regelgeving, waaronder het Bekostigingsbesluit Cultuuruitingen, stellen aan de subsidierelatie tussen het landelijke Kosmopolis en de ministeries van OCW en Buitenlandse Zaken.

Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Rijnstraat 50, Postbus 16375, 2500 BJ Den Haag, T +31-70 - 4123457 F +31-70-4123456 www.minocw.nl