kracht
Wetgeving tatoeëren en piercen van kracht
Nieuwsbericht, 1 juni 2007
Man met tatoeage op bovenarm. Foto: i-stock
Nieuwe wetgeving moet onhygiënisch werken bij het aanbrengen van
tatoeages, piercings en permanente make-up voorkomen.
Onhygiënisch werken levert ernstige risico's op voor de
volksgezondheid, zoals infecties, Hepatitis B en C en HIV. Op 1 juni
2007 is de wetgeving in werking getreden.
De wetgeving stelt twee eisen aan ondernemers die tatoeëren, piercen
of permanente make-up zetten:
1. Zij moeten een vergunning hebben van de minister van VWS. Deze
vergunningen kunnen ze voor 31 juli aanvragen bij de GGD van de
gemeente waar hun werkruimte zich bevindt. Voor adressen: zie de
website van GGD Nederland. Ondernemers die alleen oorlellen piercen,
hoeven geen vergunning te hebben.
2. Zij moeten veilig werken (deze eis geldt ook voor degenen die
alleen oorlellen piercen). Ondernemers die volgens de richtlijnen van
het Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid werken doen dat. Deze
richtlijnen zijn door de minister van VWS aangewezen als regels voor
veilig werken. Ze zijn te downloaden via de website GGD kennisnet .
Vanaf 1 juni is het verboden om kinderen onder de 16 jaar te tatoeëren
of piercen. Een uitzondering geldt voor kinderen boven de 12 jaar die
in gezelschap zijn van een ouder of voogd, die toestemt in het
aanbrengen.
Binnenkort komt er een website waarop de consument kan zien welke
ondernemers beschikken over een vergunning.
De Voedsel en Waren Autoriteit is belast met de handhaving van deze
wetgeving.
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport