Ingezonden persbericht
PERSBERICHT
Innovatiemonitor voortgezet onderwijs 2007
Docenten vervullen een hoofdrol bij innovatietrajecten
Utrecht, 31 mei 2007 - Op 96% van de scholen voor voortgezet onderwijs wordt gewerkt aan de verbetering van het onderwijs door innovatie. Docenten vervullen in bijna de helft van de gevallen de hoofdrol bij deze innovatietrajecten. Op een kwart van de scholen wordt de leerlingen om medewerking gevraagd. Dit zijn enkele opvallende resultaten uit de tweede Innovatiemonitor 2007, de jaarlijkse meting van feiten over innovatie in het voortgezet onderwijs.
De Innovatiemonitor laat zien dat op 96 % van de scholen, docenten en schoolleiders bezig zijn om de kwaliteit van het eigen onderwijs te verbeteren. In tegenstelling tot wat vaak gedacht wordt, spelen docenten een hoofdrol bij het tot stand komen van de innovaties, zo blijkt uit het onderzoek waaraan 280 schoolleiders, en deze keer ook een kleine groep docenten, hun medewerking hebben verleend.
Docenten zijn positief over de eigen inbreng en vinden dat zij voldoende ruimte van de schoolleiding krijgen om hun eigen ideeën en ervaringen in de innovatie te verwerken, zij zijn wel kritisch over het beschikbaar stellen van tijd voor de innovatie. Ondanks het feit dat docenten iets kritischer zijn dan schoolleiders, is meer dan de helft in grote mate tevreden over de bereikte resultaten.
Expertise docenten
Schoolleiders vinden het belangrijk om bij de vernieuwingen gebruik te maken van de expertise van de docenten en de inbreng van de leerlingen. Op 44% van de scholen heeft het docententeam een sleutelrol en geeft het team zelf vorm aan de innovatie. "Voorheen werd onderwijsvernieuwing door de politiek opgelegd en wachtten scholen de stelselwijzigingen af. De laatste jaren is er veel meer ruimte gekomen voor de scholen zelf. Die ruimte geeft scholen de kans om te innoveren op een manier die bij hen past, die maximaal aansluit bij de talenten van hun leerlingen en optimaal inspeelt op de wensen van de omgeving. Uit de monitor blijkt dat scholen die ruimte nemen, daarom vinden de innovaties ook op zoveel verschillende manieren plaats", zegt Sjoerd Slagter, voorzitter van de VO-raad.
Talentontwikkeling
De meeste innovaties richten zich op het aantrekkelijker maken van het onderwijs voor leerlingen, door hen aan te spreken op hun talenten. Door de inzet van mini-ondernemingen voor de praktische vmbo-er, plusprogramma's voor havo en vwo-ers en speciale leerroutes voor hoogbegaafden worden leerlingen extra uitgedaagd en worden zij aangesproken op hun talenten. De meeste scholen zien al resultaten van hun innovaties. Deze resultaten vertalen zich vooral in termen van enthousiaste, gemotiveerde leerlingen en docenten. Positieve reacties uit de omgeving worden ook vaak genoemd.
Meer informatie
De resultaten van de Innovatiemonitor 2007 zijn gepubliceerd in de brochure 'Beweging in beeld. Feiten en verhalen over innovatie in het voortgezet onderwijs 2007'. Het onderzoek is uitgevoerd door VO-project Innovatie in samenwerking met onderzoeksbureau Oberon. De brochure is te downloaden via www.vo-project.nl/innovatie/innovatiemonitor/monitor-2007.
EINDE BERICHT
Noot voor de redactie,
Ingezonden persbericht