Wereld Natuur Fonds Nederland

Persbericht 31 mei 2007

WNF: handhaving CITES-verdrag in Nederland moet beter

De handhaving van het CITES-verdrag in Nederland moet beter. Er is onvoldoende expertise om de illegale handel in bedreigde planten en dieren en hun producten op te sporen. Goede coordinatie tussen de handhavende diensten schiet tekort. Bovendien wordt door de uitbreiding van de Europese Unie (EU) en het wegvallen van de binnengrenzen de controle nog eens extra bemoeilijkt. Grote inbeslagnames zijn daardoor veelal toevalstreffers. Dat staat in het rapport Het product 'biodiversiteit'. De mondiale, EU- en Nederlandse handel in CITES-soorten, dat het Wereld Natuur Fonds (WNF) vandaag aan de Tweede Kamer aanbiedt.

Hoewel nauwkeurige cijfers over de legale en illegale handel in Nederland ontbreken, blijkt uit het rapport dat Nederland een grote importeur is van bedreigde planten en dieren. Zo werden tussen 1999 en 2003 650.000 wild gevangen vogels onder het CITES-verdrag in de EU ingevoerd; in die periode was Nederland de grootste importeur met 105.761 exemplaren. In Nederland werden tussen 2000-2005 circa 486.438 bedreigde planten (en hun producten) en 67.623 bedreigde dieren (en hun producten) in beslag genomen.

Het rapport laat aan de hand van voorbeelden, waaronder mahoniehout, zien hoe de legale en illegale handel werken. Zo was Nederland binnen de EU ooit een van de grootste mahonie-importeurs. Sinds de handel in mahonie in 2002 vergunningplichtig werd op basis van CITES, voert Nederland vanuit Zuid-Amerika bijna geen mahonie meer in, maar het wordt nog wel op de Nederlandse markt aangeboden. Echter, nu komt het via andere EU-landen - veelal onder een andere naam - Nederland binnen, of wordt verstopt tussen andere houtsoorten. Bij sommige douaneposten is onvoldoende kennis om mahonie te herkennen. Volgens het rapport is het daarom nodig dat de EU als een markt worden gezien, die ook als een markt wordt gecontroleerd.

Afgezien van de Douane, speelt ook de Algemene Inspectie Dienst (AID) van het ministerie van LNV een cruciale rol bij aanpak van de illegale handel. Veel van de 30.000 op CITES opgenomen soorten - en zeker de producten daarvan - zijn alleen te herkennen door experts. Zo is het bepalen van de samenstelling en herkomst van traditionele medicijnen erg moeilijk. Ook vereist het herkennen van orchideeën en reptielen grote expertise. Maar doordat negen van de elf CITES-deskundigen een andere functie bij de AID hebben gekregen, is de kennis hiervoor verdwenen.

"De vraag naar wilde dieren en planten heeft grote impact op de natuur en de mensen die daarvan afhankelijk zijn" aldus Johan van de Gronden, algemeen directeur van het WNF. "Afgaande op de cijfers van inbeslagnames en de geringe pakkans, blijkt Nederland ook voor illegale handelaren aantrekkelijk. Nederland moet dus serieus werk maken van de handhaving en opsporing".

////////////////////


Wereld Natuur Fonds Nederland