Algemene Rekenkamer

Rapport Toezicht op mededinging door de NMa


29-5-2007

De Algemene Rekenkamer publiceert vandaag het rapport Toezicht op mededinging door de NMa.

Toezicht op mededinging door de NMa goed ontwikkeld

Voldoende waarborgen voor functioneren Nma, nog wel verbeteringen mogelijk.

De Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa) heeft de instrumenten die zij heeft voor het uitoefenen van haar toezichtstaken goed ontwikkeld. Waarborgen voor de wettelijk verplichte functiescheiding tussen onderzoek naar en sancties bij kartel- en misbruikzaken zijn voldoende aanwezig. De Algemene Rekenkamer ziet nog wel verbeterpunten bij bijvoorbeeld de opsporing en selectie van kartel- en misbruikzaken, de inzet van instrumenten anders dan een boete, de beheersing van doorlooptijden en de follow-up van zaken. Dit staat in het rapport Toezicht op mededinging door de NMa dat de Algemene Rekenkamer vandaag publiceert. In het rapport concluderen wij ook dat de NMa er veel aan doet om inzicht te krijgen in de effecten van haar toezicht.

Bij opsporing kartels meer gebruik maken van marktanalyses Voorwaarde voor effectief toezicht is dat de NMa onderbouwde keuzes maakt bij de opsporing, selectie en prioritering van zaken. De NMa doet dat onder andere door jaarlijks sectoren te benoemen waaraan zij in haar onderzoek prioriteit geeft. De belangrijkste aanleidingen voor kartel- en misbruikzaken zijn klachten, tips en aanmeldingen door overtreders (de NMA kan clementie verlenen). De Algemene Rekenkamer beveelt de NMa aan meer te investeren in opsporing door eigen (markt)analyses. De NMa heeft op dit vlak al stappen in de goede richting gezet.

Uitgangspunten alternatieve handhaving vastleggen
De NMa maakt naast het opleggen van boetes in kartel en misbruikzaken gebruik van een relatief nieuwe aanpak, de zogenoemde 'alternatieve handhaving'. De invulling van deze alternatieve handhaving varieert van het maken van afspraken met bedrijven over maatregelen, tot het voeren van een waarschuwend gesprek. De NMa ziet grote voordelen in dit soort handhaving, zoals tijdsbesparing en snelle verandering van gedrag bij bedrijven. Dat levert direct voordeel op voor de consument. De aanpak is nog in ontwikkeling en de NMa heeft tot nu toe enkele uitgangspunten vastgelegd. Met het oog op rechtszekerheid en rechtsgelijkheid bevelen wij aan richtlijnen voor de inzet van alternatieve handhaving verder te ontwikkelen en deze richtlijnen openbaar te maken.

NMa brengt effecten van markttoezicht in kaart
De NMa is in 2004 begonnen met het meten van de effecten van haar optreden in individuele zaken en publiceert hierover in haar jaarverslag. De NMa geeft bij de presentatie van haar effectberekeningen aan dat sprake is van onzekerheden in de uitkomsten, en welke dat zijn. De Algemene Rekenkamer heeft daar waardering voor. Wij constateren wel, net als de NMa, dat verdere ontwikkeling van onderzoek naar effecten nodig is. De NMa onderzoekt niet of haar beslissingen om bijvoorbeeld een fusie toe te staan of niet op te treden tegen samenwerking tussen bedrijven achteraf gezien terecht waren. Wij bevelen aan om af en toe te (laten) onderzoeken in welke mate hier sprake van is geweest en wat de maatschappelijke effecten daarvan waren.

Toezicht door minister EZ belemmert onafhankelijkheid NMa niet Het Ministerie van Economsiche Zaken (EZ) is goed op de hoogte van wat er speelt bij de NMa. Wel kan er bij het toezicht op de NMa systematischer aandacht worden besteed aan het functioneren van checks-and-balances (zoals bezwaar en beroep), integriteit, functiescheiding, kwaliteitsborging, strategie, risico- en marktanalyse, kwaliteit van genomen besluiten en inzicht in effecten. De minister zou in het jaarverslag van het Ministerie van EZ meer expliciete oordelen kunnen geven over het functioneren van de NMa en zich beter moeten verantwoorden over haar toezicht op de NMa.

De NMa is in 1998 opgericht, tegelijk met het van kracht worden van de nieuwe Mededingingswet (Mw), en heeft drie hoofdtaken: handhaving van het verbod van mededingingsafspraken (kartels); handhaving van het verbod van misbruik van economische machtsposities; toetsing van voorgenomen fusies en overnames. Het functioneren van de Directie Toezicht energie (Dte) en de Vervoerkamer, onderdelen van de NMa-organisatie, zijn in dit onderzoek buiten beschouwing gelaten. De NMa had in 2006 een formatie van 297 fte's en een budget van ¤ 29,9 mln. (exclusief de Vervoerkamer en de DTe). De NMa valt onder de veranwtoordelijkheid van de minister van EZ.