FNV Bouw

Houtverwerking: 2,7% in éénjarige cao

In de houtverwerkende industrie is een principeakkoord bereikt voor een eenjarige cao. Van 1 mei 2007 tot 30 april 2008 krijgen de 5600 werknemers in totaal 2,7% loonsverhoging. Verder komt er een experiment met loopbaanontwikkeling en krijgen werknemers het recht op een jaarlijks functioneringsgesprek. Ook is de cao voortaan bijna helemaal op buitenlandse werknemers van toepassing.

Drie onderhandelingsronden waren voldoende voor een principeakkoord met de 4 verenigingen van werkgevers in de houtverwerkende industrie, de emballage- en palletfabrikanten, de houtwarenindustrie, de klompenmakers en de borstelfabrikanten. Op 1 juli 2007 worden de lonen met 1,7% verhoogd; op 1 januari 2008 nog eens met 1%. Verder krijgen werknemers die zich extra verzekerd hebben voor fysiotherapie, op 1 juli een tegemoetkoming van 75 euro. Op diezelfde datum worden ook alle kostenvergoedingen, waaronder de kilometervergoeding, met 2,7% verhoogd. Daarnaast is een verplichte verzekering voor het zogeheten WIA-gat afgesproken, waarvoor de werknemer de premie van ongeveer 0,17% draagt. Ook kan voortaan de vakbondscontributie fiscaal vriendelijk worden verrekend met het brutoloon.

De nieuwe Arbeidstijdenwet heeft geen invloed op de werktijden in de houtverwerkende industrie, zo hebben partijen afgesproken. Wel krijgt de werknemer individueel en strikt vrijwillig de mogelijkheid om roostervrije uren om te zetten in salaris. De inzet van FNV Bouw op loopbaanontwikkeling en 'erkenning van verworven competenties' is beloond. Daarmee wordt een experiment gehouden, waarbij werkgever en werknemer elk drie dagen tijd leveren. Is er voor de scholing meer tijd nodig, dan betaalt het sociaal fonds van de bedrijfstak. In samenhang hiermee is in de nieuwe cao opgenomen dat de werkgever moet meewerken aan een jaarlijks functioneringsgesprek als de werknemer daarom vraagt. Het is immers vooral in dit gesprek dat werknemers hun wensen voor loopbaan en scholing ter sprake kunnen brengen.