Voedingcentrum
Hoeveel voedingsvezels zitten er in brood?
16 mei 2007
Voedingsvezels zijn gezond, bijvoorbeeld voor de darmen. In brood
komen vaak veel vezels voor, maar er zijn veel verschillen tussen
broodsoorten. Uit onderzoek van de Consumentenbond blijkt dat in
meergranenbrood soms veel vezels zitten en soms erg weinig. Als u
meergranenbrood koopt, weet u dus niet hoeveel vezels erin zitten. Bij
volkorenbrood weet u dat wel, daar zitten altijd veel vezels in. Het
Voedingscentrum raadt daarom volkorenbrood aan. Verder wil het
Voedingscentrum graag dat op de verpakking van brood duidelijk wordt
gemaakt hoeveel vezels er in dat brood zitten.
Het onderzoek van de Consumentenbond liet grote verschillen zien
tussen de soorten meergranenbrood. In het meergranenbrood uit de ene
winkel zaten bijvoorbeeld twee keer zo veel vezels als in het
meergranenbrood uit een andere winkel. Bij volkorenbrood weet u zeker
dat er per 100 gram brood ongeveer 7 gram vezels in zitten. Dat komt
omdat in de Warenwet precies staat hoe volkorenbrood moet zijn. In de
Warenwet staat die informatie ook over tarwebrood en witbrood. Over
meergranenbrood staat niets, vandaar die grote verschillen. Omdat in
volkorenbrood zeker veel vezels zitten, raadt het Voedingscentrum
volkorenbrood aan. Voor de duidelijkheid zou op alle verpakkingen van
brood de hoeveelheid vezels moeten staan.
Vezels
Vorig jaar meldde de Gezondheidsraad dat een volwassene tussen de 30
en 40 gram vezels per dag nodig heeft. Dat aantal is goed voor de
darmen. Ook beschermt het tegen hart- en vaatziekten en helpt het
tegen overgewicht. Vezels zijn dus gezond, maar slechts een op de tien
Nederlanders krijgt genoeg vezels binnen. Het is dus belangrijk om
meer vezels te eten. Behalve meer volkorenbrood is het daarom ook goed
om meer verse groente, vers fruit en peulvruchten te eten.