over de monitor Geestelijke Gezondheidszorg Ouderen van het Trimbos
Instituut
Antwoorden op kamervragen van Wolbert over de monitor Geestelijke
Gezondheidszorg Ouderen van het Trimbos Instituut
Kamerstuk, 11 mei 2007
De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
CZ-K-U-2763753
11 mei 2007
Antwoorden van minister Klink op de vragen van het Kamerlid Mevrouw
Wolbert (PvdA) over de monitor Geestelijke Gezondheidszorg Ouderen van
het Trimbos Instituut (2060711640).
Vraag 1
Kent u de monitor Geestelijke Gezondheidszorg Ouderen van het Trimbos
Instituut?
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Wat vindt u van de constatering van de onderzoekers dat de psychische,
psychosociale en depressieve klachten van ouderen door huisartsen niet
voldoende worden onderkend en worden doorverwezen? Wat vindt u in dit
verband van het gegeven dat slechts een zeer gering aantal clienten
wordt behandeld voor genoemde klachten?
Antwoord 2
Het in de Monitor Geestelijke gezondheidszorg Ouderen (MGO)
geconstateerde feit dat huisartsen psychische klachten bij ouderen
onvoldoende onderkennen en gebrekkig verwijzen is een belangrijk
aandachtspunt. Het is de vraag of van hen verwacht mag worden in een
tien minuten-gesprek voldoende aandacht aan de in sommige gevallen
complexe en chronische zorgvraag van ouderen te kunnen schenken. Dit
is een van de redenen dat in de eerstelijn initiatieven worden
ontplooid om huisartsen met behulp van praktijkondersteuners te
ondersteunen bij de vraagverheldering van o.a. ouderen met psychische
klachten. Daarnaast zal per 1 januari 2008 een beter sluitende keten
van eerstelijns zorg mogelijk zijn, omdat dan 8 zittingen
eerstelijnspsychologische zorg onderdeel gaan uitmaken van de
Zorgverzekeringswet (Zvw). Dit betekent dat er geen financiële
belemmeringen meer hoeven te zijn voor doorverwijzing door een
huisarts van ouderen met psychische klachten naar de
eerstelijnspsychologische zorg.
Vraag 3
Bent u van plan de opleidingen van eerstelijnspsychologen beter in te
richten op hulpverlening aan ouderen?
Antwoord 3
De opleiding tot eerstelijnspsycholoog is een postinitiële
vakopleiding, die valt onder de verantwoordelijkheid van de betrokken
beroepsvereniging; dit betekent dat de eisen die horen bij de
kwalificatieregeling tot (her)registratie als eerstelijnspsycholoog
worden bepaald onder auspiciën van deze. Ik heb inhoudelijk geen
bemoeienis met het curriculum van de opleiding en laat het aan de
desbetreffende beroepsvereniging over om te beoordelen in hoeverre
aanpassing hiervan op grond van een veranderende zorgvraag van ouderen
in de praktijk noodzakelijk is.
Een van de voorwaarden voor instroom in de opleiding tot
eerstelijnspsycholoog is een registratie als gezondheidszorgpsycholoog
volgens artikel 3 van de Wet Beroepen in de Gezondheidszorg (Wet BIG)
dan wel deelname aan deze opleiding. Hieruit blijkt dat er voldoende
waarborgen zijn voor een kwalitatief hoogstaand opleidingsniveau van
eerstelijnspsychologen.
Vraag 4
Kunt u toezeggen dat u de ontwikkeling van de aanbevolen
kosteneffectieve psychologische en psychosociale interventies gaat
stimuleren, zodat verpleeg- en verzorgingstehuizen beter kunnen zorgen
voor ouderen met chronisch psychiatrische problemen? Wat vindt u in
dit verband van de aanbeveling meer deskundige psychologen op te
leiden en aan te stellen?
Antwoord 4
De inhoudelijke ontwikkeling van kostenteffectieve interventies voor
ouderen is primair de verantwoordelijkheid van betrokken
beroepsgroepen.
Binnen het kader van het onderzoeksprogramma Ouderenzorg van ZonMw is
tot 2003 kennis verzameld rond dit onderwerp, waar de instellingen die
betrokken zijn bij zorg voor ouderen actief gebruik van kunnen maken.
Ook binnen de op dit moment lopende programma's is er ruimte voor
nieuwe initatieven op dit vlak, mits ingediende voorstellen voldoen
aan de door ZonMw gestelde eisen.
Ik ben van mening dat het aanstellingsbeleid voor medewerkers in de
ouderenzorg een zaak is van de instellingen zelf en zie hierbij geen
bemiddelende rol voor de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en
Sport weggelegd.
Wat betreft de aanbeveling om meer psychologen op te leiden; het is
aan het zogeheten College Beroepen en Opleidingen in de
Gezondheidszorg (CBOG) om integraal te ramen voor het opleiden van
zorgverleners. Ik verwacht dat in de zeer nabije toekomst het CBOG in
staat is hierbij de psychologen die een aandeel hebben in de zorg voor
ouderen te betrekken.
Vraag 5
Bent u van plan de aanbeveling voor het opzetten van specifieke
peilstations, zoals de huisartsen peilstations van het Nederlands
Instituut voor Onderzoek (NIVEL) op te volgen?
Antwoord 5
De haalbaarheidsstudie naar de inrichting van peilstations, als
onderdeel van de MGO, heeft nuttige informatie opgeleverd ten bate van
het algemene informatiebeleid voor de geestelijke gezondheidszorg. Dat
een duidelijk zicht op zowel kwantitatief zorggebruik als de kwaliteit
en effectiviteit van zorg aan ouderen noodzakelijk is onderschrijf ik.
Wat dit betekent voor de plaats van peilstations binnen de
verschillende informatiebronnen die het ministerie ter beschikking
staan is op dit moment nog onderwerp van discussie. De mogelijkheid
van een pilot met peilstations wordt daarbij serieus in overweging
genomen.
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport