VVD


10-5-2007

Instellingen, arts én patiënt kennen de mogelijkheden van de euthanasiewet niet

De euthanasiewet werkt, maar in de praktijk moet er nog veel verbeterd worden. Dit concludeert VVD-Kamerlid Anouchka van Miltenburg na het lezen van de conclusies van het evaluatieonderzoek naar de euthanasiewet.

Zo blijkt dat slechts zes op de tien instellingen richtlijnen hebben ontwikkeld voor euthanasie en hulp bij zelfdoding. Eénderde van de richtlijnen is strikter dan de wet en éénderde van de richtlijnen is niet aangepast sinds de inwerkingtreding van de euthanasiewet in 2002. De VVD is dan ook enthousiast over de aanbeveling dat de inspectie op de aanwezigheid van richtlijnen binnen instellingen gaat controleren. Dat garandeert dat iedere instelling richtlijnen heeft. "Daarmee weten artsen en verpleegkundigen beter hoe ze om moeten gaan met euthanasieverzoeken. En weten patiënten beter of het ziekenhuis waar ze heen gaan, bereid is om mee te werken aan een euthanasieverzoek en op welke manier", aldus Van Miltenburg.

Ook de aanbeveling dat er een scherpere scheiding moet komen tussen palliatieve sedatie en euthanasie juicht zij toe. Van Miltenburg zet vraagtekens bij de cijfers met betrekking tot de meldingsbereidheid. Het is moeilijk te controleren of artsen daadwerkelijk meer zijn gaan melden terwijl de cijfers van euthanasie en hulp bij zelfdoding afnemen. In het onderzoek wordt vastgesteld dat sommige gevallen niet onder euthanasie genoemd worden terwijl dat ze dat strikt genomen wel zijn. Op dit punt is de harde conclusie van de evaluatiecommissie dus te stellig.